College 6 Taakinrichting en ontwerp Flashcards

1
Q

DA- fit

A

Demands-ability fit – Fit tussen wat het werk vraagt en wat een WN kan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

SV- fit

A

Supplies- valus fit – Fit tussen wat de WN wil/ van waarde vindt en wat het werk biedt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Belangrijke ontwikkelingen

A
  • Veranderende marktomstandigheden
  • Mechanisering en automatisering
  • Van product naar dienstverlening

Dit zijn de belangrijkste redenen voor organisatieontwikkeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

I-shaped

A

Expert at one thing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Generalist

A

Capable in a lot of thing but not expert in any

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

T-Shaped

A

Capable in a lot of things and expert in one of them

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Taakroulatie

A
  • Meer begrip voor elkaars taken
  • Meer inzicht in het totaal proces
  • Rottaken laten rouleren
  • Werknemer kunnen elkaar makkelijker vervangen
  • Ogganisatie wordt flexibeler
  • Groter netwerk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Taakroulatie

A
  • Wisselen van taak binnen de organisatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Taakverrijking

A
  • Taken erbij van een hoger niveau: meer erkenning, meer autonomie, werk is betekenisvoller, meer verantwoordelijkheid, meer uitdaging
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Taakverbreding

A
  • Eigenlijk meer van heltzelfde
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Job craften

A
  • Hoeveelheid taken
  • Complexiteit van taken
  • Mate van interactie met mensen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

JCM van Hackman en Oldham

A
  • Job characteristics model of taakkenmerkenmodel
  • Werk zo inrichten dat deze motiverende kenmerken heeft
  • Functies moeten voldoen aan 5 kenmerken om motiverend te zijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly