college 10 Flashcards
emotie
gevoelens die je hebt, wmoties zorgen ervoor dt we uberhaupt dingen doen, zorgt voor urgentie of juist niet
componenten van emotioneel gedrag
fysiologische component= bv angstig of blij voelen
motorische component= bv op verschillende manieren lopen als je zelfvertrouwen hebt of verdrietig bent
cognitieve evaluatie= gaan reflecteren waarom je je voelt zoals je voelt
onbewust gedrag (intuïtie)= iets wat we doen zodra we heel ervaren raken met emotie
basisemopties 6
bijheid, verbazing, angst, afschuw, boosheid, verdriet
circuit voor emoties in ons brein
emotionekle output en input vooraak amyglada, vlqkbrij neurotransmitter die hormomen aanmaken. amyglada= inpit vanuit sensorische systemen, multimodalw cellen, azonderlijke kernen, gevaar of dreiging
limbisch systeem
prefrontale en sensorische cortex, komt de infor binnen en denken we erover na, dat is een bewust traject de andere helft= amyglada en hypothalamus is onbewust. eerste fysieke reactie voordat er betejnis word gegevn aan wat er gaande is, niet meer logisch nadekne emoties nemen je helemal over
james lange theorie
meest klassieke, er is een stimulus die je oproept, maa daar tussenit zit jee fysologische repsons, amyglada straalt iets uit waardoor je gaat voelen dat je angstig bent.
somatische marker theorie damasio
tegen james lange is, verklrane scala aan emoties, afname lichzmlijke reacties leid tot mindere sterkte waarneming emoties. je kan fysologische reacties temmen of oproepen, dus als je fysologisch iets gaat oproepen ga je het ook voelen
cognitieve emotionele interactie theorie LeDoux
belangrijk over emoties te praten en rationiseren, emoties vergote overleving, nauw verbonden met cognitie, richt zich op angst en vrees, context, 2 manieren van verwerken kort en lange
leasies linkerhemisfeer
vlak gedrag, depressieve sympotmen
anterieure leasies
verminderde gezichtsexpressies
leasies linker frontaalkwab
spreken weinig,emotionele lading minder goed begrijpen
leasies rechter frontaalkwab
veel meer praten, die niet kunnen ij context
aandacht
detecteren en selecteren van sensorische info uit de omgevinf en verder verwerking van de infor
aandachtsnetwerken
alertheidnetwerk= frontaalkwab, zorgt voor aansturing, gericht je aandacht ernes op richten, thalamus= betrokken bij slaap n waakritme
orientatientwerk=waar ben ik, paar uur lang zelfde activiteit word je moe
executieve aandachtsnetwerk= prefrontale cortex, hogere orde nademken, plannen, weten dat je maar beperkte aandacht hebt en inschakelen wanneer nodig, vaakst problemen mee
aandacht als proces
cognitief proces, automatiscvh en beuwst, variatie en intesiteit en selectie