Chapter 9 04.06.2020 Flashcards
1
Q
Die Aktivität
A
de activiteit - de activiteiten
2
Q
die Fassade
A
de gevel - de gevels
3
Q
die Gracht
A
de gracht - de grachten
4
Q
der Händler
A
de handelaar - de handelaars / de handelaaren
5
Q
der Mitarbeiter
A
de medewerker - de medewerkers
6
Q
die Möglichkeit
A
de mogelijkheid - de mogelijkheden
7
Q
das Monument
A
het monument - het monumenten
8
Q
die Region
A
de regio - de regio’s
9
Q
die Terrasse
A
het terrasje) - de terrassen / terrasjes
10
Q
das Transportmittel
A
het vervoermiddel - de vervoermiddelen