Biologie - Paragraaf 11.5 Flashcards

1
Q

Hoeveel chromosomen bevatten voortplantingscellen?

Voortplantingscellen zijn de zaadcellen en eicellen

A

23

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Door welke soort deling onstaan zaadcellen en eicellen?

A

meiose of een ander woord: reductiedeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe werkt meiose?

A
  1. Voordat meiose start, zijn de chromosomen onzichtbaar
  2. de chromosomen worden zichtbaar
  3. De chromosomen van gelijk type vormen paren in het midden
  4. De paren splitsen de de chromosomen gaan uit elkaar
  5. De twee groepjes chromosomen vormen een celkern en daarna deelt de cel zich in tweeën
  6. Er zijn nu twee cellen met ieder de helft van het aantal chromosomen in de celkern ontstaan: bij de mens 23.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waarom worden eicellen en zaadcellen niet gemaakt met ‘normale’ celdeling?

A

Omdat dan de eicellen en zaadcellen 46 chromosomen zouden hebben. Dan zou het kind er 92 hebben! Sukkel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een haploïd?

A

Een cel die slechts één exemplaar heeft van elk chromosoompaar

Bijvoorbeeld: de eicellen en zaadcellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe heet de celdeling van lichaamscellen (de cellen waar je de complete chromsomen wil hebben)

A

mitose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe werkt mitose

A
  1. Voordat mitose start zijn de chromosomen onzichtbaar.
  2. De chromosomen worden zichtbaar en kopiëren zichzelf
  3. De verdubbelde chromosomen gaan naar het midden van de cel
  4. Kopie en origineel van elk chromosoom gaan uit elkaar en vormen twee groepjes
  5. De twee groepjes chromosomen vormen een celkern en daarna deel de cel zich in tweeën
  6. Er zijn twee cellen ontstaan met elk volledig aantal chromosomen in de celkern: bij de mens 46.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Er zijn veel soorten cellen in je lichaam: bijvoorbeeld spiercellen, zenuwcellen en huidcellen. Al die soorten cellen verschillen in vorm en grootte.

Wat is het woord hiervoor?

A

celdifferentiatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

De verschillende cellen in je lichaam hebben andere functies

Wat is het woord hiervoor?

A

celspecialisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe onstaat celdifferentatie en celspecialisatie?

A

Een cel kan bepaalde genen aan en uit zetten. Welke genen aan of uit gaan is afhankelijk van de functie van de cel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoveel genen zitten naar schatting in al je chromosomen?

A

25.000

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe komt het dat je zoveel verschillende cellen kan hebben in je lichaam?

A

Omdat je zoveel genen hebt in je chromosomen die je aan en uit kan zetten dat er bijna ontelbare verschillen kunnen zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe werkt het aan/uitzetten van je genen?

A

Dat wordt geregeld door eiwitten in de cel.
De eiwitten hechten zich op een bepaalde plaats op de chromosomen en zetten daarmee het gen aan.

Bij celdeling blijven de eiwitten voor de nieuwe cel op dezelfde plek dus zo blijf het nieuwe cel precies hetzelfde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly