begrippen sociologie hoofdstuk 1 Flashcards

1
Q

samenleving

A

geheel van alle momentane sociale relaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

thomas theorema

A

doordat iets als waar aangezien wordt gaat men daarop handelen waardoor deze situatie ook echt wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

paradox van sociale verbeeldingskracht

A

doordat men de breedheid van zijn problemen inziet kan hij daar meer vrede mee hebben, maar ook realiseren dat hij het probleem moeilijk kan oplossen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

samenhandelen

A

iedere handeling van A is gevormd door orientatie van handelen B

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

economische binding

A

economische redenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

sociale blindheid

A

het niet herkennen ven afhankelijkheden en relaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

affectieve bindingen

A

persoonsgebonden afhankelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

sociaal verband

A

samenhangend geheel van sociale bindingen met duurzaamheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

sociaal handelen

A

handelen waarbij handeling van een actor gericht is op het handelen van een of meerdere factoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

sociale verhouding

A

relatie tussen twee of meer personen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

globalisering

A

het groter worden van de wereldwijde verbondenheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

self denying prophecy

A

aanvankelijke correcte voorspelling zorg voor onbedoeld handelen die de voorspelling weerleggen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

sociaal netwerk

A

lange ketting van afhankelijkheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

self fulfilling prophecy

A

zie thomas theorema

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

dominant egocentrisch wereldbeeld

A

samenleving als een cirkel rond een ego

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

perverse effecten

A

tegenovergestelde effect vh gene dat werd beoogd

17
Q

sociologisch perspectief

A

de wijze waarop men het sociale behandeld

18
Q

zelfreferentieel

A

elke handeling verwijst naar een voorgaande handeling

19
Q

theorie

A

samenhangend geheel van naar elkaar verwijzende concepten en begrippen en de daaruit afgeleide conceptuele uitspraken

20
Q

cognitieve binding

A

kennisoverdracht