Begrippen 1.2 Flashcards
Moleculen
Bouwstenen van een stof
Zuivere stof
Een stof met 1 soort moleculen
Element
Moleculen met 1 soort atomen
Verbinding
Molecuul met meerdere soorten atomen
Mengsel
Stof met meerdere soorten moleculen (dus 2 of meer stoffen gemengd)
Smelt- en kookpunt
1 exact punt waarop een zuivere stof smelt en kookt
Smelt- en kooktraject
1 gemiddeld punt waarop een mengsel smelt en kookt (door de meerdere stoffen gemengd is er geen precies punt voor smelten en koken)
Oplossing
Mengsel van 2 vloeistoffen óf van 1 vloeistof en 1 vaste stof (bijv. thee). Een oplossing is tot aan de bouwstenen gemengd en is dus altijd helder en doorzichtig. Een oplossing kan kleurloos of gekleurd zijn
Suspensie
Mengsel van 1 vaste stof en 1 vloeistof (bijv. sinaasappelsap). De vaste stof is niet opgelost en ‘zweeft’ in kleine korreltjes in de vloeistof, dus een suspensie is altijd troebel en ondoorzichtig. Een suspensie kan wit of gekleurd zijn
Emulsie
Mengsel van 2 vloeistoffen, die niet goed mengbaar zijn (bijv. verf). Kleine druppeltjes van de ene vloeistof ‘zweven’ in de andere, een emulsie is dus altijd troebel. Een emulsie kan wit of gekleurd zijn
Tweelagensysteem
Wanneer 2 vloeistoffen ontmengen en boven elkaar gaan liggen door het verschil in dichtheid. Dit zie je terug in een emulsie als deze na een tijdje weer ontmengt
Hydrofiel en hydrofoob
Hydrofiel: stof die redelijk goed met water kan mengen (bijv. water);
Hydrofoob: stof die slecht/niet met water kan mengen (bijv. olie)
Emulgator + opbouw ervan
Hulpstof voor een emulsie, zodat deze niet ontmengt. Een emulgatormolecuul heeft een staart (C- en H-atomen, hydrofoob) en een kop (O-atomen, hydrofiel)