Antipsychotica Flashcards
Verschil tussen oude en nieuwe studies naar antipsychotica
De oudere studies zien we dat de middelen veelal zijn getest bij chronische patiënten met schizofrenie, terwijl de nieuwere studies ook schizo-affectieve patiënten worden geïncludeerd
Wat is belangrijk in de behandeling van psychotische stoornissen?
Het achterhalen van de oorzaak (drugs of pathofysiologisch of iets anders)
Wat geef je bij een psychose ter gevolg van drugs en waarom?
Antipsychotica
Omdat: Amfetamine = dopamine-agonist → antipsychotica (snel effect)
Wat is veelal de reden van een psychose bij Parkinson patienten?
Van de medicatie (verhoogt de dopaminerge transmissie)
Waarom wil je geen antipsychotica bij Parkinson patienten?
Verergeren motorische problemen
(en je bent juist bezig met het verhogen van de dopaminerge transmissie)
Behandeling psychose bij parkinson patienten (2)
- Verlagen dosis Parkinson-medicatie
- Clozapine
Waarom is clozapine als enige geregistreerd voor parkinson patienten?
Aangezien dit geneesmiddel heel weinig / nagenoeg geen
extrapiramidale bijwerkingen veroorzaakt.
Behandeling acute psychotische opwindingstoestand (kan enkele dagen duren) (3)
o Zuclopentixolacetaat im +benzo
o Haloperidol im + benzo
o Olanzapine im + benzo
(Omdat patiënten onrustig en angstig zijn wordt het gecombineerd met benzo’s)
Behandeling acute psychotische episode (kan enkele maanden duren) (2)
o Klassieke of atypische antipsychotica (po).
o Ondersteunen met benzodiazepine of sedativa.
Welk middel is niet eerste keuze bij een acute psychotische episode en waarom?
Clozapine omdat het een ongunstig bijwerkingenprofiel heeft
(kan wel gebruikt worden als andere dingen al geprobeerd zijn)
Wat zijn de klassieke effecten van antileptica op volgorde van snelst intredend (4) !!!
o Psycholeptische effecten (snel): dempend effect, patiënten worden rustiger
o Anti-agitatie effect (1-2 dagen): de opwindingstoestand verdwijnt
o Anti-hallucinatoir effect (3-4 weken)
o Anti-delusioneel effect (1-2 maanden)
Waarom worden de benzodiazepinen vaak snel afgebouwd na het starten van een antipsychoticum?
Omdat het AP ook snel intredende psycholeptische en anti-agiterende effecten heeft
Welke atypische effecten heeft clozapine? (4)
o Anti-agressief
o Anti-defectief effect
o Cognitie-verbeterend effect
o Werkzaam bij refractaire psychosen
Behandeling voortgezette, stabiliteitsfase behandeling (6-24 maanden) (3)
o Dosisreductie antipsychoticum.
o Afbouw benzodiazepine en sedativa.
o Eventueel instellen op langwerkend antipsychoticum
Waarom is het soms goed om een langwerken intramusculair antipsychoticum te kiezen voor de patient?
Ten goede van de therapietrouw.
Im; mensen moeten op de poli komen dus je kan een vinger aan de pols houden en therapietrouw in hand houden
Wat doe je tijdens de onderhoudsfase als er crisis is? (3)
Ondersteunen met extra AP (eerst dosering huidige AP verhogen), benzodiazepine of sedativum
Wat is het enige middel dat je ziet bij depressieve stoornis ZONDER psychotische kenmerken?
Quetiapine (zowel monotherapie als additie antidepressivum)
Behandeling acute manie (psychotisch en niet psychotisch) (bij een bipolaire stoornis) (4)
Antipsychotica: Haloperidol, Risperidon, Olanzapine, Quetiapine
(soms ook AP als onderhoud als iemand vaak terugvalt)
Werkingsmechanisme AP
Blokkade van de D2-receptor
Welke range houd je aan voor het blokkeren van de D2 receptor en waarom
> 65%: voor effect
<80%: om het risico op extrapyrimidale bijwerkingen klein te houden
Dus balans tussen 65-80%
Welk middel heeft een vaste binding (3) met de D2 receptor en welke wordt makkelijk verdrongen (1)? + gevolg
Vaste binding: Haloperidol, olanzapine en risperidon (meer extrapyrimidale bijwerkingen)
Losse binding (makkelijk verdrongen): Clozapine (minder extrapyrimidale bijwerkingen)
Natuurlijk dopamine zal dus weinig doen icm haloperidol. Meer wel met clozapine omdat je clozapine kan verdringen van de receptor.
Voordeel van een losse binding met de D2 receptor
Dynamiek dopamineneuron niet volledig verstoort!! –> Minder extrapiramidale bijwerkingen (maar niet minder antipsychotisch!)
Olanzapine heeft een sterke binding met de dopaminereceptor, toch is deze anders, waarom?
Anticholinergicum, dus geen extrapyrimidale bijwerkingen
Binding + gevolg aripiprazol aan de D2-receptor
Een partiële antagonist, waardoor er ook minder extrapiramidale bijwerkingen ontstaan.
Dopamine in CZS kan misselijkheid en braken geven door…
D2 receptoren met name buiten de bloedhersenbarriere
Behandeling misselijkheid en braken (+ welke bij Parkinson)
Dopamine-antagonisten:
- Metoclopramide (perifeer, centraal)
- Domperidon (enkel perifeer) –> Parkinson
Wat gebeurd er met de prolactine in combinatie met AP?
Dopamine remt de afgifte van prolactine, dus antagonisten geven hyperprolactinemie (gynaecomastie, galactorrhoe, melkvloed, borstvorming, menstruatie die uitblijft)
Voor welke receptoren hebben AP nog meer affiniteit (4) en vaak met welke werking?
Vaak antagonisme
- Serotonerg (5-HT2a/2c)
- Noradrenerg (α1, α2 )
- Histaminerg (H1)
- Cholinerg (muscarine)
Waaraan kan je receptoraffiniteit van AP linken
Aan het te verwachten bijwerkingenprofiel
(AP allemaal even effectief op antipsychotsich effect maar affiniteit op deze receptoren kan verschillen wat invloed heeft op de bijwerkingen)
Wat voor bijwerkingen geven tricyclische AP meer en waarom?
Fototoxische en bloedbeeldafwijkingen (cytotosxische en immunologische reacties), omdat deze middelen gevoeliger zijn voor ontleding waardoor reactieve intermediairen ontstaan
Waar is clozapine berucht om? (bijwerking)
Bloedbeeldafwijkingen
Tricyclische AP (5)
- Levomepromazine
- Zuclopentixol
- Clozapine
- Olanzapine
- Quetiapine
Verschil tussen potente en minder potente AP?
Potentere middelen, die je lager kunt doseren en dus ook minder bijwerkingen. (In de goede dosering zelfde effectiviteit tussen de middelen)
Welke bijwerkingen zie je bij minder potente AP? (2)
- Parkinsonisme
- Orthostatische hypotensie