Anatomie thorax en longen Flashcards
Ribben
12 paar. Ware: bovenste 7, eigen kraakbenige verbinding Valse: 8-10: liften mee kraakbeen nr. 7 Zwevende: helemaal geen verbinding Diafragma reikt normaliter tot nr. 5
Kraakbenige verbindingen
Synoviale gewrichten tussen kraakbeen & sternum. Bovenste is een synchondrose.
Belang 2e rib
2e interconstaal ruimte is belangrijk voor auscultatie voor de aortaklep aan de rechterzijde en de tr. pulmonalisklep aan de linkerkant
Buitenste intercostaalspieren
Proximaal vast aan de bovenste irv ruggenwervel en distaal aan de onderste rib: vooral actie onderste rib, beweging naar boven: inspiratie. Lopen tot 3/4 naar voorkant
Binnenste intercostaalspieren
Andersom buitenste. Onderscheid tussen spier en intimalaag die nog meer naar binnen ligt: vaatzenuwbundel loopt er tussenin
Transverse intercostaalspier
Ligt niet tussen ribben, waaiert uit vanuit sternum
Belangrijkste zenuwen borstholte
n. phrenicus: C3-C5, loopt naar diafragma
n. vagus tegen aortaboog
sympatische grensstreng, onstrpingt van thoraxla ruggenmerg, ligt tegen achterwand
Recessus costodiaphragmaticus
Long loopt er niet helemaal in, is gevuld met een beetje vocht
Diafragma
Midden is tendineus. Spiervezelbundels vanuit het diafragma zorgen dat de oesophagus naar beneden getrokken wordt: crus sinistrum en dextrum
Lig. arcuatum mediale en laterale
Bindweefselstreng over psoas en quadratum lumborum waaraan diafragma vast zit.