Algemene info Flashcards

1
Q

Stresskwetsbaarheidsmodel

A
KWETSBAARHEID:
-Genetische aanleg
-Perinatale factoren
-Trauma's als kind
-Temperament
STRESS:
-Verlies
-Conflict
=> Psychiatrische stoornis
In stand gehouden door onderhoudende factoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Sensatie

A

Voor iets gevoelig zijn

Stresssensitisatie, gevoelig er worden, minder ernstige stressors zijn nodig om het toestandsbeeld uit te lokken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Onderhoudende factoren

A
  • Verlies v sociale contacten
  • Financiële problemen
  • Moe, slecht voelen
  • Niets willen doen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Biologische modellen v psychische stoornissen

A
  • Ontregeling in neurotransmissie
  • Ontregeling in stressrespons (verhoogde waarden stresshormoon cortisol bij depressie)
  • Afwijkende hersenstructuren
  • Genetica
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Psychologische modellen v psychische stoornissen

A
  • Psycho-analyse: Onbewuste afweermechanismen, conflicten, tegenoverdracht
  • Leertheorie: Klassieke + operante conditionering
  • Cognitieve modellen: De manier v denken + assumpties
  • Systeem theorie: Pat. is een deel vd wereld
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Groepen v psychische functies

A
  • Cognitieve: Gedachten: hallucinaties / wanen + geheugen en bewustzijn
  • Affectieve: Gevoelens: stemming en emotie + vegetatieve verschijnselen: Niet meer slapen, labiel, afgevlakt
  • Conatieve: Gedrag: Verslaving, geen emotie, impulsen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

DSM diagnose

Syndroom VS Structuur diagnose

A

Syndroom:

  • Gebaseerd op beschrijvende kenmerken
  • Vertelt niet het hele verhaal

Structuur:
-Zegt ook iets over de uitlokkende en onderhoudende factoren

Bvb: syndroom: depressie / structuur: depressie door aanhoudend partnergeweld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Methoden van onderzoeken

A

Subjectieve klachten:

  • Anamnese: verhaal v pat en familie
  • Exploratie: doorvragen naar subjectieve ervaringen

Objectieven klachten:

  • Observatie: tijdens anamnese
  • Testen: op indicatie

Hetero-anamnese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Obsessies zijn egodystoon

A

Egodystoon:

Je weet dat het niet rationeel is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanen zij egosystoon

A

Egosystoon:

Je denkt dat het echt is, dus kan hier niet rationeel over nadenken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly