AFP 3: Mond en keel Flashcards

1
Q

Wat betekent vestibulum oris?

A

Buiten de mond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat betekent het labiale deel?

A

Achter de lippen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat betekent het buccale deel?

A

Achter de wangen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat betekent cavitas/cavum oris?

A

Binnen de mond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het palatum molle?

A

Zachte gehemelte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het palatum durum?

A

Harde gehemelte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de latijnse benaming van de huig?

A

Uvula

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de arcus palatoglossus?

A

De voorste gehemelteboog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de arcus palatopharyngeus?

A

De achterste gehemelteboog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de latijnse benaming voor tong?

A

Glossa of lingua

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Door welke hersenzenuw wordt het gevoel van het gezicht geïnnerveerd?

A

n. trigeminus (N. V = 5e hersenzenuw)
bestaande uit:

  • V1: n. ophthalmicus
  • V2: n. maxillaris
  • V3. n. mandibularis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de motorische zenuw van het gelaat?

A

n. facialis = n. VII (7e hersenzenuw)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe loopt de n. facialis (7e hersenzenuw) in het gelaat?

A

Door het benig kanaaltje in de os petrosa en door de glandula parotis (menggezwel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Benoem de 4 kauwspieren en welke kauwspier voor het sluiten/openen van de mond dient.

A

Dicht:
- m. masseter
- m. temporalis
- m. pterygoideus medialis

Open:
- m. pterygoideus lateralis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe heet de spier in de wang?

A
  • m. buccinator
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe heet de spier rondom de mond?

A
  • m. orbicularis oris
17
Q

Uit welke delen bestaat de pharynx?

A
  • nasopharynx
  • oropharynx
  • laryngopharynx
18
Q

Wat zijn de functies van de tong?

A
  • smaak
  • spraak
  • gebitsreiniging
  • weerstand (tongamandel)
  • eten, kauwen, slikken
19
Q

Hoe wordt de tong motorisch geïnnerveerd?

A

n. hypoglossus = N. XII (12e hersenzenuw)

20
Q

Hoe wordt de tong sensorisch geïnnerveerd?

A
  • n. glossopharyngeus = n. IX (9e hersenzenuw) -> achterste 1/3 deel
  • n. lingualis = takje uit de V3: n. mandibularis -> voorste 2/3 deel
21
Q

Hoe wordt de smaak van de tong geïnnerveerd?

A
  • n. glossopharyngeus = n. IX (9e hersenzenuw) -> achterste 1/3 deel
  • takje van de n. facialis n. VII (7e hersenzenuw) -> voorste 2/3 deek
22
Q

Hoe heet het kaakgewricht?

A

articulatio temporomandibularis

23
Q

Hoe heet de kom van de kaak?

A

os temporale

24
Q

Hoe heet de kop van de kaak?

A

caput mandibulae

25
Q

Hoe wordt het gebit geïnnerveerd?

A

Bovenkaak:
- n. alveolaris superior vanuit de V2: n. maxillaris

Onderkaak:
- n. alveolaris inferior vanuit V3. n. mandibularis

26
Q

Door welke zenuwen worden de mondbodemspieren geinneveerd?

A
  • n. mandibularis -> n. V3
  • n. facialis n. VII (7e hersenzenuw)
27
Q

Benoem de 2 oppervlakkige mondbodem spieren

A
  • m. digastricus
  • m. mylohyoideus
28
Q

Benoem de 3 tongspieren

A
  • m. genioglossus
  • m. geniohyoideus
  • m. mylohyoideus
29
Q

Door welke zenuw worden de tongspieren geïnnerveerd?

A

n. hypoglossus = n. XII (12e hersenzenuw motorisch)

30
Q

Hoe worden de kauwspieren geïnnerveerd?

A

Alle kauwspieren worden door de V3: n. mandibularis = 3e aftakking van de n. trigeminus geïnnerveerd

De n. mandibularis is een gemengde zenuw, sensorisch en motorisch.

31
Q

Benoem de 3 speekselklieren

A
  • glandula parotis
  • glandula submandibularis
  • glandula sublingualis
32
Q

Welke kauwspier zorgt voor het openen van de mond?

A

m. Pterygoideus lateralis

33
Q

Hoe worden de speekselklieren geïnnerveerd?

A
  • Glandula parotis -> n. glossopharyngeus
  • Glandula sublingualis en submandibularis -> n. facialis
34
Q

Benoem de aftakkingen van de a. carotis externa die naar het aangezicht gaan vanaf onder naar boven

A
  • a. lingualis -> tong
  • a. facialis -> aangezicht
  • a. maxillaris -> bovenkaak