ABA met verstandelijke beperking Flashcards

1
Q

recreatief sporten met verstandelijke beperking

A
  1. algemeen
    - bijna alles is recreatief
    - 1% van competitie gaat naar topsport
    - meeste clubs zijn van scholen & tehuizen
    - trainers zijn meestal erg gediplomeerd & gekwalificeerd
  2. inclusief sporten
    - erg ingebrugerd = familiale recreatieve sporten
    - broers, zussen & ouders participeren door noodzaak aan begeleiding
    - instriaam door mond aan mond reclame
  3. problemen
    - imago van sporter
    - broers, zussen & ouders willen niet langdurig & intensief participeren
    - oprichten van groepje binnen club -> ter bschikking stellen van sportruimte & sporttijd
    - aantrekken van lesgevers
    - steun bij gemeente
    - vooral problemen bij groepssporten = inzicht & creatief spel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

competitie sporten met verstandelijke beperking

A
  1. sportintelligentie
    - leren & memoriseren van beweging-
    - creatief & oplossingsgericht denken
    - waarnemen, registreren & inzicht verwerven
    - snelheid om te reageren
    - focus
  2. KU leuven testbatterij
    - test voor snelheid & reactie tijd
    - voor eenvoudige & complexe opdrachten
    - in combinatie met ruimtelijk inzicht, oplossingstrategie & reproduceerbaarheid
  3. testen
    - corsiblocks = geheugen test
    - fingertapping = snelheid
    - tower of london = oplossingsstrategiën
    –> vaak door trial-and-error
    - block design & WASI = ruimtelijk inzicht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

special olympics

A
  1. for the benefit of citizens with mental retardation
    - in 1968 opgericht
    - aangepaste competitie exlusief voor personen met verstandelijke beperking
    - winter & zomer spelen met volledige concept
    - gebaseerd op leefitjd- & bekwaamheidcategoriën
  2. doelstelling
    - kansen en mogelijkheden bieden om de fysieke capaciteiten
    volgens eigen kunnen te ontwikkelen
    - verbeteren van het totaal-functioneren op fysiek, sociaal,
    psychologisch, emotioneel en moreel niveau
    - kansen geven naar inclusie en integratie om binnen een
    maatschappelijke context te kunnen functioneren en stand houden
  3. SOB special olympics belgium
    - verbeteren van fysieke conditie & beweginsstimulatie
    - van jongeren met verstandelijke bperkingen
    - positieve beeldvorming & maatschappelijke context
    - minimum 75u training vooraleer competitie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

classen van special olympics

A
  1. ploegspoerten
    - kadetten = 8-15j
    - junioren = 15-21j
    - senioren = 22+j
  2. individuele sporten
    - minimiemen = 8-11j
    - kadetten = 11-15j
    - junioren = 16-21j
    - senioren = 22-29j
    - veteranen = 30+j
    - open categorie indien te weinig deelnemers
  3. niveaus van sport beoefening
    - 4 niveaus
    - 5e nationaal nivau voor mensen die niet compitief spelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

niveau 1 van sportbeoefening

A
  1. algemeen
    - benaderd normale sport
    - sportorganisatie zoals het hoort
    - medailles = goud, zilver, brons & deelname
  2. bekwaamheids niveaus
    - beginnelingen
    - ingewijden
    - gevorderden
  3. voor wie
    - sport begrijpen = spelregels & gedrag
    - kennen van scheidsrechter & officials
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

niveau 2 van sportbeoefening

A
  1. aanpassing
    - regelement
    - sportproeven = lager prestatie niveau
  2. sport
    - heeft niveau 1 als doel
    - medailles = goud, zilver, brons & deelname
    - atletiek, zwemmen, driewiel & triatlon
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

niveau 3 van sportbeoefening

A
  1. aanpassing
    - aangepaste bewegingsactiviteiten, eerder dan aangepaste competitiesport
    - minimum aan technische bagage is vereist
    - enkel deelname medaille = geen competitie proeven
    - hulp van anderen mogelijk
  2. proeven van atletiek
    - hindernissen loop
    - 6min uithouding achter gangmaker
    - 40m snelheid rennen
    - verspringen met 2 voeten zonder aanloop
    - hoogsprinen zonder aanloop
    - softbal- & medicinebal werpen
  3. zwemmen
    - drijven op borst & buik
    - afduwen van zwembadrand & uidrijven = dynamisch
    - door hoepel onder water & voorwerpen onderwater oprapen
    - verticale insprong & duik vanaf rand
    - vrije slag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

niveau 4 van sportbeoefening

A
  1. algemeen
    - stimuleren fysieke activiteit door globale oefeningen
    - sport als aanmoediging = zicht overtreffen
    - stimuleren van initiatief nemen
    - nood aan ervaren begeleiders
  2. sporten
    - estafette
    - behendigheid proeven
    - groepsporten vb: netbal & chinese handbal
  3. sportnivau
    - licht tot matige intentsiteit
    - prestatie onderschikt aan correcte uitvoering
    - accent op spel = competitie-element zonder klassement
    - medailles voor iedereen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

niveau 5 van sportbeoefening

A
  1. bewegingen
    - basisvaardigheden
    - circuit van motorische activiteit
    - ontwikkelings gymnastiek
  2. begeleiding
    - persoonlijke aanmoediging
    - meerdere begeleiders
    - ervaren coaches & begeleiders
  3. niveau
    - geen competitie
    - geen nadruk op regels
    - enkel individuele ontwikkeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

unified sports

A
  1. algemeen
    - combinatie van special olympics atleten & partners zonder verstandelijke beperking
    - in zelfde team
    - samen trainen & competitie
    - oorspronkelijk door tekort aan deelnemers
  2. effecten
    - partners bewust maken van ADL mogelijkheden
    - ondekken van vaardigheden, groeipotentieel & moed
    - meer kans van sociale ontwikkeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly