Aanvulzinnen 366-432 Flashcards
Aanvulzinnen 366-432
366 Samira gaat naar haar ouders. Ze gaan samen…
fietsen
367 Samira heeft pijn aan haar rug. Ze kan niet goed…
lopen
368 Samuel heeft vandaag les. Hij gaat morgen…
examen doen
369 Samuel praat met zijn baas. Hij vraagt…
voor vakantie
370 Samuel vindt de pauze leuk. Hij gaat dan…
lopen
371 Sandra moet vandaag veel doen. Ze moet…
werken en koken
372 Sanne kan niet goed koken. Het eten is…
niet lekker
373 Sara praat met haar buurvrouw. Ze praten over…
een feestje
374 Sarah is nooit ziek. Zij voelt zich altijd…
goed
375 Sari zoekt een cursusboek. Ze gaat naar…
de stad
376 Sasha eet niet altijd thuis. Ze gaat vaak naar…
vrienden
377 Sasha gaat naar de bioscoop. Ze kijkt…
een film
378 Sasha heeft een hond. Ze heeft ook…
een kat
379 Savita gaat solliciteren. Ze wil…
werken
380 Scott doet een opleiding. Hij vindt leren…
leuk
381 Selim kan zijn broer niet bellen. Hij stuurt zijn broer een…
382 Shaila draagt een rugzak naar school. In de rugzak zit…
een boek
383 Shanna heeft haar diploma. Ze is…
een dokter
384 Shing heeft zijn arm gebroken. Hij mag niet…
zwemmen
385 Shun wil niet eten. Hij wil liever…
koffie drinken
386 Siham volgt een cursus. Ze leert…
Nederlands
387 Simon bouwt een huis. Het huis wordt..
mooi
388 Simon wil leraar worden. Hij moet veel…
studeren
389 Simone leest graag een krant. Ze koopt hem…
in de supermarkt
390 Sita geeft taart aan haar opa. Hij vindt dat…
mooi
391 Sjaak werkt in een fabriek. Daar werkt hij…
vijf dagen in de week