5. Detectie van cariëslaesies op röntgenopnamen Flashcards

1
Q

Hoevaak moet er een bitewingopname worden gemaakt bij iemand met een hoog cariësrisico?

A

1 x per jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoevaak moet er een bitewingopname worden gemaakt bij iemand met een middel cariësrisico?

A

1 x per 2 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoevaak moet er een bitewingopname worden gemaakt bij iemand jonger dan 25 jaar met een laag cariësrisico?

A

1 x per 3 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoevaak moet er een bitewingopname worden gemaakt bij iemand ouder dan 25 jaar met een laag cariësrisico?

A

1 x per 4 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarom hoeft er maar 4x per jaar een bitewingopname te worden gemaakt als je ouder dan 25 bent en 2x als je jonger dan 25 bent?

A

Een element dat langer in de mond zit, zwakke verwisselbare elementen (magnesium) zijn uit het glazuur gediffundeerd & verwisseld met sterke elementen > verlaagd cariësrisico!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waarom wordt er een score gegeven voor de diepte van laesies?

A

Voor het monitoren van de progressie en om te kunnen beslissen wanneer operatief ingrijpen nodig is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer hebben patiënten een hoog cariësrisico op het CTM? (5)

A
  • De patiënt is jonger dan 22 of ouder dan 65.
  • Bij de patiënt is het afgelopen jaar 1 nieuwe of actieve cariëslaesies geconstateerd.
  • De patiënt houdt zich niet aan het basisadvies cariespreventie.
  • De patiënt is gediagnosticeerd met het syndroom van Sjögren, krijgt chemotherapie of wordt bestraald in het hoofd-hals gebied.
  • De patiënt gebruikt chronische medicatie welke een droge mond kunnen veroorzaken of gebruikt meer dan 5 verschillende soorten medicijnen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is score 0 van de ICDAS röntgenclassificatie?

A

geen radiolucentie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is score 1 van de ICDAS röntgenclassificatie?

A

radiolucentie in buitenste helft glazuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het verschil tussen systeem “score in diepte” het het ICDAS röntgensysteem

A

ICDAS is uitgebreider en specifieker. Het bestaat uit meerdere scores (6+0) waarbij het andere er minder geeft (4+0).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is score 2 van de ICDAS röntgenclassificatie?

A

radiolucentie binnenste helft glazuur (GDG)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is score 3 van de ICDAS röntgenclassificatie?

A

radiolucentie beperkt tot buitenste 1/3 deel dentin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is score 4 van de ICDAS röntgenclassificatie?

A

radiolucentie bereikt het middelste 1/3 deel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is score 5 van de ICDAS röntgenclassificatie?

A

bereikt het binnenste 1/3 deel, klinisch gecaviteerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is score 6 van de ICDAS röntgenclassificatie?

A

heeft pulpa bereikt, klinisch gecaviteerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Op rontgenfoto’s zijn occlusale laesies niet goed zichtbaar. Zijn de laesies vaak groter of kleiner dan op de foto?

A

Groter

17
Q

Stelling: Als een approximale laesie gecaviteerd is, is invasief ingrijpen noodzakelijk.

A

Juist

De leasie is niet meer reinigbaar waardoor het cariësproces niet inactief kan worden gemaakt en de laesie dus niet meer arrested kan worden/blijven.

18
Q

Wanneer is het nog mogelijk om een approximale laesie arrested te krijgen?

A

Wanneer het oppervlak bijvoorbeeld ruw is. Kan arrested worden gemaakt door applicatie van fluoridelak

19
Q

Wat is de behandeling bij R-ICDAS 1,2?

A

(geen caviteit) basisadvies cariëspreventie /
fluoridelak

20
Q

Wat is de behandeling bij R-ICDAS 3?
Bij geen cavitatie
Bij cavitatie:

A
  • Bij geen cavitatie: basisadvies cariëspreventie /
    fluoridelak
  • Bij cavitatie: restauratie / NRCT (slicen; het
    reinigbaar maken van een cariëslaesie) / Hall-kroon
21
Q

Wat is de behandeling bij R-ICDAS 4?

A
  • Bij geen cavitatie: basisadvies cariëspreventie/
    fluoridelak / restauratie
  • Bij cavitatie: restauratie / NRCT (slicen; het
    reinigbaar maken van een cariëslaesie) / Hall-kroon / RVS-kroon
22
Q

Wat is de behandeling bij R-ICDAS 5?

A

Cavitatie: restauratie / NRCT (slicen; het
reinigbaar maken van een cariëslaesie) / Hall-kroon / RVS-kroon

23
Q

Stelling: Indien een restauratieve behandeling geïndiceerd is, dient centraal het carieuze weefsel
gedeeltelijk verwijderd te worden (tot zacht, leerachtig of stevig dentine)

A

Juist