44. Voedsel Flashcards
vlees
carne
kip
gallina
kuiken
pollo
eend
pato
gans
ganso
wild
caza menor
kalkoen
pava
varkensvlees
carne de cerdo
kalfsvlees
carne de ternera
schapenvlees
carne de carnero
rundvlees
carne de vaca
konijnenvlees
conejo
worst
salchichón
saucijs
salchicha
spek
beicon
ham
jamón
gerookte achterham
jamón fresco
paté
paté
lever
hígado
gehakt
carne picada
tong
lengua
ei
huevo
eieren
huevos
eiwit
clara
eigeel
yema
vis
pescado
zeevruchten
mariscos
schaaldieren
crustáceos
kaviaar
caviar
krab
cangrejo de mar
garnaal
camarón
oester
ostra
langoest
langosta
octopus
pulpo
inktvis
calamar
steur
esturión
zalm
salmón
heilbot
fletán
kabeljauw
bacalao
makreel
caballa
tonijn
atún
paling
anguila
forel
trucha
sardine
sardina
snoek
lucio
haring
arenque
brood
pan
kaas
queso
suiker
azúcar
zout
sal
rijst
arroz
pasta
macarrones
noedels
tallarines
boter
mantequilla
plantaardige olie
aceite vegetal
zonnebloemolie
aceite de girasol
margarine
margarina
olijven
olivas, aceitunas
olijfolie
aceite de oliva
melk
leche
gecondenseerde melk
leche condensada
yoghurt
yogur
zure room
nata agria
room
nata líquida
mayonaise
mayonesa
crème
crema de mantequilla
graan
cereales integrales
meel
harina
conserven
conservas
maïsvlokken
copos de maíz
honing
miel
confituur
confitura
kauwgom
chicle