28.11.2024 (Het spijt me & e-mail sturen) Flashcards

1
Q

To inform, notify, or warn someone.

A

verwittigen

heeft verwittigd
Imperfectum: verwittigde, verwittigden

Example Sentences:
Kunt u mij verwittigen als u onderweg bent?
(Can you notify me when you’re on your way?)
Hij heeft de politie verwittigd na het ongeluk.
(He informed the police after the accident.)
We verwittigden de buren over de geplande werken.
(We warned the neighbors about the planned construction work.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Regrettable, unfortunate, or too bad. It is used to express regret or pity.

A

spijtig!

Het is spijtig dat hij niet kan komen.
(It’s unfortunate that he can’t come.)
Wat spijtig dat het regent vandaag!
(What a pity that it’s raining today!)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Have fun or enjoy yourself

A

Veel plezier

Veel plezier op het feest vanavond!
(Have fun at the party tonight!)
Ik wens je veel plezier tijdens je vakantie.
(I wish you lots of fun on your vacation.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

You’re welcome. It is a polite response when someone thanks you.

A

Graag gedaan

Dank je wel voor je hulp!
Graag gedaan!
(Thank you for your help!
You’re welcome!)
Bedankt dat je mijn tas hebt gedragen.
Graag gedaan.
(Thank you for carrying my bag.
You’re welcome.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Get well soon or
recovery.

A

beterschap!
de beterschap

Ik wens je veel beterschap!
(I wish you a speedy recovery!)
Na zijn operatie duurde de beterschap een paar weken.
(After his surgery, the recovery took a few weeks.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

To miss the bus

A

De bus missen

Perfectum: heeft gemist
Imperfectum: miste, misten

Example Sentences:
Ik heb vanochtend de bus gemist en moest een taxi nemen.
(I missed the bus this morning and had to take a taxi.)
Als je niet opschiet, zul je de bus missen.
(If you don’t hurry, you’ll miss the bus.)
Hij miste de bus omdat hij zijn jas vergeten was.
(He missed the bus because he forgot his coat.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

To come up with, think of, imagine, or consider.

A

bedenken

Perfectum: heeft bedacht
Imperfectum: bedacht, bedachten

Example Sentences:
Kun je een leuke naam bedenken voor ons project?
(Can you come up with a nice name for our project?)
Hij heeft een geweldig idee bedacht om energie te besparen.
(He came up with a great idea to save energy.)
Je moet goed bedenken wat de gevolgen kunnen zijn.
(You need to carefully consider what the consequences could be.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

To add something, to contribute, or to place or inter

A

bijzetten

Perfectum: heeft bijgezet
Imperfectum: zette bij, zetten bij

Example Sentences:
Kun je nog een stoel bijzetten voor de gast?
(Can you add another chair for the guest?)
De koningin werd bijgezet in de familiegrafkelder.
(The queen was interred in the family tomb.)
Hij zette wat extra geld bij om de rekening te betalen.
(He added some extra money to pay the bill.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

A bicycle lock, used to secure a bike against theft.

A

het fietsslot

Ik gebruik altijd een stevig fietsslot in de stad.
(I always use a sturdy bicycle lock in the city.)
Waar heb je het fietsslot gelaten?
(Where did you leave the bicycle lock?)
Een goed fietsslot kan diefstal voorkomen.
(A good bicycle lock can prevent theft.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

To close, shut, or lock something.

A

sluiten

Perfectum: heeft gesloten
Imperfectum: sloot, sloten

Example Sentences:
Kun je de deur sluiten alsjeblieft?
(Can you close the door, please?)
Hij heeft het raam niet goed gesloten.
(He didn’t close the window properly.)
Ze sloten het contract na een lange onderhandeling.
(They closed the deal after a long negotiation.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

A breakdown or malfunction, often used in the context of vehicles or machinery

A

de panne

De auto had panne op de snelweg.
(The car broke down on the highway.)
Door een panne in de elektriciteit zaten we zonder licht.
(Due to a power outage, we were without light.)
Ze moesten hulp bellen vanwege een panne met de motor.
(They had to call for help because of a breakdown with the engine.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Blood pressure high/low

A

de bloeddruk hoog/laag

Mijn bloeddruk is te hoog; ik moet gezonder eten.
(My blood pressure is too high; I need to eat healthier.)
Ze voelde zich duizelig door een lage bloeddruk.
(She felt dizzy because of low blood pressure.)
De dokter heeft mijn bloeddruk gecontroleerd.
(The doctor checked my blood pressure.)
Hoge bloeddruk kan gezondheidsproblemen veroorzaken.
(High blood pressure can cause health problems.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

You will be a bit late.

A

Je zal wat later zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Horrible, terrible, or disgusting.

A

afschuwelijk

De film was echt afschuwelijk; ik kon er niet naar kijken.
(The movie was really horrible; I couldn’t watch it.)
Het is afschuwelijk hoe mensen soms behandeld worden.
(It’s terrible how people are sometimes treated.)
Die geur is afschuwelijk!
(That smell is disgusting!)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Excellent, outstanding, or superb.

A

uitstekend

Hij heeft een uitstekend idee voor het project.
(He has an excellent idea for the project.)
Het eten in dat restaurant is altijd uitstekend.
(The food in that restaurant is always outstanding.)
Je hebt uitstekend werk geleverd!
(You’ve done an excellent job!)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Ridiculous, absurd, or laughable.

A

belachelijk

De prijzen in die winkel zijn belachelijk hoog.
(The prices in that shop are ridiculously high.)
Het is belachelijk dat ze zo laat nog bellen.
(It’s absurd that they’re calling so late.)
Je gedraagt je echt belachelijk.
(You’re behaving really ridiculously.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Scandalous, shameful, or outrageous

A

schandalig

Het is schandalig hoe hij haar behandelde.
(It’s shameful how he treated her.)
De service in dat hotel was gewoon schandalig.
(The service in that hotel was simply outrageous.)
Ze vroegen een schandalig hoog bedrag voor een simpele maaltijd.
(They charged an outrageously high price for a simple meal.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

To recommend or suggest.

A

aanraden

Perfectum: heeft aangeraden
Imperfectum: raadde aan, raadden aan

Ik kan je dat boek echt aanraden.
(I can really recommend that book to you.)
Ze raadde me aan om vroeg te vertrekken.
(She advised me to leave early.)
De dokter heeft mij een dieet aangeraden.
(The doctor recommended a diet to me.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

To report, notify, or inform.

A

melden

Perfectum: heeft gemeld
Imperfectum: meldde, meldden

Example Sentences:
Je moet het probleem onmiddellijk melden aan de manager.
(You need to report the problem to the manager immediately.)
Ik heb je gisteren al gemeld dat ik ziek ben.
(I already informed you yesterday that I am sick.)
De politie werd gebeld om het ongeluk te melden.
(The police were called to report the accident.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Boss or employer.

A

de baas

Mijn baas is een harde werker.
(My boss is a hard worker.)
De baas heeft de vergadering uitgesteld.
(The boss postponed the meeting.)
Ik heb mijn baas gevraagd om meer informatie.
(I asked my boss for more information.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Acceptable or satisfactory.

A

aanvaardbaar

De kwaliteit van het product is aanvaardbaar, maar niet perfect.
(The quality of the product is acceptable, but not perfect.)
Dit aanbod is aanvaardbaar voor mij.
(This offer is acceptable to me.)
De regels zijn aanvaardbaar voor de meeste mensen.
(The rules are acceptable to most people.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Raise (in salary), storage, or increase

A

De opslag

Ik kreeg een opslag van tien procent op mijn salaris.
(I received a ten percent raise in my salary.)
De opslag van goederen vindt plaats in het magazijn.
(The storage of goods takes place in the warehouse.)
De opslag van data is essentieel voor een goed beheer.
(The storage of data is essential for good management.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

To demonstrate, show, or prove.

A

aantonen

Perfectum: heeft aangetoond
Imperfectum: toonde aan, toonden aan

Example Sentences:
De wetenschapper heeft zijn theorie bewezen en aangetoond.
(The scientist proved and demonstrated his theory.)
Kun je me aantonen dat het waar is?
(Can you show me that it is true?)
De cijfers tonen aan dat het bedrijf winst maakt.
(The figures show that the company is making a profit.)

24
Q

Turn down the TV” or “Make the TV quieter.

A

Zet de TV stiller

25
Q

To learn more” or “to pick up new knowledge

A

bijleren

Imperfectum: leerde bij
Perfectum: heeft bijgeleerd

Example Sentences:
Ik probeer elke dag iets nieuws bij te leren.
(I try to learn something new every day.)
Ze heeft veel bijgeleerd tijdens haar studie.
(She learned a lot during her studies.)
Door te reizen leer je nieuwe culturen bij.
(By traveling, you learn about new cultures.)

26
Q

Employee & employer

A

de werknemer & de werkgever

De werkgever heeft een nieuwe werknemer aangenomen.
(The employer hired a new employee.)
Het is belangrijk dat de werkgever duidelijk communiceert met zijn werknemers.
(It is important that the employer communicates clearly with their employees.)

27
Q

Babysitter” or “nanny

A

De oppas

De oppas komt vanavond om de kinderen te verzorgen.
(The babysitter is coming tonight to take care of the children.)
We hebben een oppas gevonden die goed met onze kinderen omgaat.
(We found a babysitter who gets along well with our children.)
De oppas zorgt ervoor dat de kinderen op tijd naar bed gaan.
(The babysitter makes sure the children go to bed on time.)

28
Q

Row,” “line,” or “queue.”

A

de rij (the row/line)

Example Sentences:
Er stond een lange rij voor de bioscoop.
(There was a long line in front of the cinema.)
Ik moet in de rij staan om tickets te kopen.
(I have to stand in line to buy tickets.)
De rij auto’s was vastgelopen door een ongeluk.
(The line of cars was stuck due to an accident.)
Ik heb geleerd om goed te rij met de fiets.
(I learned to ride a bike properly.)

29
Q

Theft” or “robbery

A

De diefstal

De diefstal werd gemeld bij de politie.
(The theft was reported to the police.)
Ze hebben de diefstal op camera vastgelegd.
(They captured the theft on camera.)
Diefstal is strafbaar volgens de wet.
(Theft is punishable by law.)

30
Q

To text” or “to send an SMS

A

Infinitive: sms’en
Present tense:

ik sms (I text)
jij/u sms’t (you text)
hij/zij/het sms’t (he/she/it texts)
wij/jullie/zij sms’en (we/you/they text)

Past tense:
ik sms’te (I texted)
jij/u sms’te (you texted)
hij/zij/het sms’te (he/she/it texted)
wij/jullie/zij sms’ten (we/you/they texted)

Perfectum:
ik heb gesms’t (I have texted)
Example Sentences:
Ik sms mijn vrienden vaak om af te spreken.
(I often text my friends to make plans.)
Zij sms’te me om te zeggen dat ze laat zou zijn.
(She texted me to say she would be late.)
We sms’en elke dag om contact te houden.
(We text every day to stay in touch.)

31
Q

Mailbox” or “postbox

A

de postbus

Ik heb een brief in de postbus gevonden.
(I found a letter in the mailbox.)
De postbode levert de post in de postbus.
(The mailman delivers the mail to the mailbox.)
Mijn postbus zit vol met reclame.
(My mailbox is full of junk mail.)

32
Q

Brochure” or “leaflet

A

de folder

Ik kreeg een folder over de nieuwe supermarkt in de buurt.
(I received a leaflet about the new supermarket in the area.)
Ze deelde folders uit om de komende voorstelling te promoten.
(She handed out brochures to promote the upcoming performance.)
In de folder staan de prijzen van de producten.
(The prices of the products are listed in the brochure.)

33
Q

Presumably” or “probably.
Probably” or “most likely.

A

Vermoedelijk
Waarschijnlijk

Comparison:
Vermoedelijk is often used when you have an assumption based on indirect evidence or reasoning, while waarschijnlijk is used for situations with more certainty or when you are fairly sure about an outcome.
Both words can often be used interchangeably, but waarschijnlijk tends to indicate a higher likelihood.

Vermoedelijk zal het morgen regenen.
(It will probably rain tomorrow.)
De vergadering wordt vermoedelijk om drie uur gehouden.
(The meeting is presumably held at three o’clock.)

Waarschijnlijk zullen we vanavond uit eten gaan.
(We will probably go out for dinner tonight.)
Het project zal waarschijnlijk volgende maand beginnen.
(The project will most likely start next month.)

34
Q

In attachment” or “attached

A

in bijlage

De factuur is in bijlage toegevoegd.
(The invoice is attached.)
Kijk in bijlage voor de details van de vergadering.
(See the attachment for the meeting details.)
Ik heb de documenten in bijlage meegestuurd.
(I have sent the documents as an attachment.)

35
Q

to print

A

afdrukken

Imperfectum (past tense): drukte af
Perfectum (past participle): afgedrukt
Example Sentences:
Ik moet de documenten afdrukken voor de vergadering.
(I need to print the documents for the meeting.)
Heb je de uitnodiging al afgedrukt?
(Have you printed the invitation yet?)
De printer heeft de pagina’s goed afgedrukt.
(The printer printed the pages well.)

36
Q

Please” or “kindly.”

A

Gelieven

Explanation:
Gelieven is a formal way of saying “please,” often used in written communication, such as formal emails or letters. It is used to request or ask someone to do something.

Example Sentences:
Gelieven uw gegevens in te vullen op het formulier.
(Please fill out your information on the form.)
Gelieven contact met ons op te nemen voor meer informatie.
(Kindly contact us for more information.)
Gelieven deze documenten voor de deadline in te leveren.
(Please submit these documents before the deadline.)

37
Q

Visible” or “apparent.

A

zichtbaar

Het probleem is zichtbaar voor iedereen.
(The problem is visible to everyone.)
De zon is zichtbaar aan de hemel.
(The sun is visible in the sky.)
Het effect van de veranderingen is zichtbaar in de cijfers.
(The effect of the changes is apparent in the numbers.)

38
Q

Right of access” or “right to access.

A

Recht op toegang

Recht op toegang refers to the entitlement or legal right that allows someone to enter, approach, or access a specific place, resource, or information. It is often used in the context of laws and regulations related to data, privacy, or physical locations.

Example Sentences:
Iedere burger heeft recht op toegang tot openbare informatie.
(Every citizen has the right to access public information.)
De patiënt heeft recht op toegang tot zijn medische dossier.
(The patient has the right to access their medical record.)
Met dit abonnement heb je recht op toegang tot exclusieve content.
(With this subscription, you have the right to access exclusive content.)
Het recht op toegang tot onderwijs is een fundamenteel mensenrecht.
(The right to access education is a fundamental human right.)

39
Q

Legitimacy” or “identification

A

De legitimatie

Je moet je legitimatie tonen om de toegang tot het gebouw te krijgen.
(You need to show your identification to gain access to the building.)
Legitimatie is verplicht bij het kopen van alcohol.
(Identification is required when purchasing alcohol.)
De legitimatie van de documenten werd gecontroleerd door de autoriteiten.
(The legitimacy of the documents was checked by the authorities.)
Voor deze transactie is een vorm van legitimatie nodig.
(A form of identification is required for this transaction.)

40
Q

Please keep the barcode visible and ready

A

Gelieve de barcode dus zichtbaar klaar te houden

Zorg ervoor dat de barcode goed leesbaar is, zodat het sneller gescand kan worden.
(Make sure the barcode is clearly readable so it can be scanned more quickly.)

41
Q

May I ask you to request a doctor’s note from the eye specialist?

A

Mag ik u vragen een ziektebriefje aan de oogarts te vragen?

Mag ik u vragen een ziektebriefje aan de huisarts te vragen voor mijn afwezigheid?
(May I ask you to request a doctor’s note from the general practitioner for my absence?)
Als u ziek bent, moet u een ziektebriefje halen bij uw arts.
(If you are sick, you need to get a doctor’s note from your doctor.)
Ik zal de oogarts vragen om een ziektebriefje voor mijn werk.
(I will ask the eye doctor for a doctor’s note for my work.)

42
Q

Heartfelt thanks” or simply “Thank you very much

A

Hartelijk dank

Hartelijk dank voor uw hulp.
(Thank you very much for your help.)
Hartelijk dank voor de uitnodiging.
(Thank you very much for the invitation.)
Ik wil u hartelijk dank zeggen voor uw steun.
(I want to express my heartfelt thanks for your support.)

43
Q

to hand over”, “to give”, or “to deliver”

A

afgeven

Imperfectum (Past Tense): gaf af
Perfectum (Past Participle): afgegeven

Example Sentences:
Ik moet de documenten bij de receptie afgeven.
(I need to hand over the documents at the reception.)
Ze gaven hun sleutels af bij de concierge.
(They handed over their keys to the concierge.)
De leraar vroeg ons de formulieren af te geven.
(The teacher asked us to submit the forms.)

44
Q

to inform”, “to update”, or “to make aware

A

Op de hoogte brengen

This phrase is used when you want to inform someone about something or keep them updated with the latest information. It’s often used in formal and professional contexts.

Example Sentences:
Ik wil u op de hoogte brengen van de laatste ontwikkelingen.
(I want to inform you of the latest developments.)
Het is belangrijk om iedereen op de hoogte te brengen van de veranderingen.
(It is important to update everyone on the changes.)
Kun je mij op de hoogte brengen van de status van het project?
(Can you keep me informed of the status of the project?)

45
Q

contact lens

A

de contactlens

Ik draag elke dag contactlenzen in plaats van een bril.
(I wear contact lenses every day instead of glasses.)

46
Q

Calmly”, “Peacefully”, or “Reassured

A

gerust

We kunnen gerust zeggen dat alles in orde is.
(We can confidently say that everything is fine.)

47
Q

Don’t worry, everything will be okay.

A

Maak je geen zorgen, alles komt goed.

48
Q

to come by” or “to visit (ugramak)

A

langskomen

Imperfectum (Past tense): Kwam langs
Perfectum (Past participle): zijn langsgekomen

Examples of Usage:

  1. Kun je vanavond even langskomen?
    (Can you stop by this evening?)
  2. Mijn oma kwam gisteren langs voor een kopje koffie.
    (My grandmother stopped by yesterday for a cup of coffee.)
  3. Hij is vorige week langsgekomen om te praten over het project.
    (He stopped by last week to talk about the project.)
  4. Kom gerust langs als je hulp nodig hebt.
    (Feel free to stop by if you need help.)
49
Q

benefit” or “allowance

A

de uitkering

Ze ontvangt een uitkering omdat ze momenteel werkloos is.
(She receives benefits because she is currently unemployed.)
De uitkering van de overheid helpt mensen die tijdelijk geen inkomen hebben.
(The government’s allowance helps people who temporarily have no income.)
Je moet een aanvraag indienen om in aanmerking te komen voor een uitkering.
(You need to submit an application to qualify for benefits.)

50
Q

if” or “in case

A

Indien

Indien” is a formal or somewhat old-fashioned way to say “if” in Dutch. It is used in written language or formal speech and is often seen in official documents, legal texts, or formal communications. It introduces a conditional clause, similar to the use of “if” in English.

Example Sentences:
Indien het regent, nemen we de bus in plaats van de fiets.
(If it rains, we will take the bus instead of the bike.)
Indien u vragen heeft, kunt u altijd contact met ons opnemen.
(In case you have any questions, you can always contact us.)
Indien nodig, kunnen we de afspraak verzetten.
(If necessary, we can reschedule the appointment.)

51
Q

If necessary

A

Indien nodig

Indien nodig, kunnen we de afspraak verzetten.
(If necessary, we can reschedule the appointment.)

52
Q

I can’t come because I have to go to the dentist. (2 alternatives)

A

Ik kan niet komen omdat ik naar de tandarts moet.
Ik kan niet komen omdat ik naar de tandarts moet gaan.

53
Q

why do you text most often?

A

waarom stuur jij het vaakst een sms?

54
Q

I most often send a text message to ask what groceries I should buy

A

Ik stuur het vaakst een sms om te vragen welke boodschappen ik moet kopen

55
Q

I’m stuck in traffic

A

Ik sta in de file

56
Q

E-Mails

to compose, to create
mailbox/inbox
starred
important
sent messages
drafts
circles/groups
spam/junk email
private
to review/revise

A

Vocabulary Explanation and Usage:

  1. Opstellen (to compose/write)

Verb (infinitive): opstellen

Imperfectum: stelde op

Perfectum: heeft opgesteld

Meaning: To create or compose something, like a document or email.

Sample Sentence: Ik ga een e-mail opstellen om naar mijn baas te sturen.
(I am going to compose an email to send to my boss.)

  1. Postvak (mailbox/inbox)

Noun (het): postvak

Meaning: A folder in an email account, such as the inbox.

Sample Sentence: Controleer je postvak voor nieuwe berichten.
(Check your inbox for new messages.)

  1. Met ster (starred)

Refers to emails or items marked as important by starring them.

Sample Sentence: De belangrijke e-mails staan in de map met ster.
(The important emails are in the starred folder.)

  1. Belangrijk (important)

Adjective: belangrijk

Meaning: Something of high priority or significance.

Sample Sentence: Het is belangrijk om op tijd te komen.
(It is important to be on time.)

  1. Verzonden berichten (sent messages)

Refers to the folder where emails that have been sent are stored.

Sample Sentence: Ik heb het document in mijn verzonden berichten gecontroleerd.
(I checked the document in my sent messages.)

  1. Concepten (drafts)

Refers to unsent emails or unfinished items saved in the drafts folder.

Sample Sentence: Mijn e-mail staat nog in de map met concepten.
(My email is still in the drafts folder.)

  1. Kringen (circles/groups)

Refers to social or professional circles, often used in social media or networking contexts.

Sample Sentence: Je kunt dit bericht delen met specifieke kringen.
(You can share this message with specific circles.)

  1. Ongewenste e-mail (spam/junk email)

Refers to the folder for unsolicited or irrelevant emails.

Sample Sentence: Controleer de map voor ongewenste e-mail voor gemiste berichten.
(Check the spam folder for missed messages.)

  1. Privé (private)

Adjective: privé

Meaning: Something that is personal or confidential.

Sample Sentence: Dit gesprek is privé en niet voor iedereen bedoeld.
(This conversation is private and not meant for everyone.)

  1. Rezien (to review/revise)

Verb (infinitive): rezien

Imperfectum: rezag

Perfectum: heeft gerezen

Meaning: To review or look over something carefully.

Sample Sentence: Ik moet dit rapport nog een keer rezien.
(I still need to review this report.)