12.12.2024 (renoveren - repaireren) Flashcards

1
Q

To grow

A

Groeien

Perfectum: is gegroeid
Example: Het kind is snel gegroeid. (The child has grown quickly.)

Imperfectum: groeide / groeiden
Example: De economie groeide vorig jaar sterk. (The economy grew strongly last year.)

Sample Sentences:

  1. De planten groeien goed in deze grond. (The plants grow well in this soil.)
  2. Kinderen groeien snel in hun eerste jaar. (Children grow quickly in their first year.)
  3. Het bedrijf is de afgelopen jaren enorm gegroeid. (The company has grown tremendously in recent years.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Zin construktie met een doel

A

Doel staat op het einde

Ik ben naar de dokter gegaan voor een controle.

Ik ben naar Spanje gegaan om te zwemmen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

To decide

A

Beslissen

Perfectum: heeft beslist
Example: Ze heeft eindelijk beslist wat ze gaat doen. (She has finally decided what she will do.)

Imperfectum: besliste / beslisten
Example: De jury besliste over de winnaar. (The jury decided on the winner.)

Sample Sentences:

  1. We moeten snel beslissen of we meegaan. (We need to decide quickly if we are going along.)
  2. Hij kan nooit makkelijk beslissen wat hij wil eten. (He can never easily decide what he wants to eat.)
  3. De leraar beslist welke leerling er aan de beurt is. (The teacher decides which student goes next.)
  4. Ze hebben beslist om hun vakantie uit te stellen. (They have decided to postpone their vacation.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

To decide

A

Beslissen

Perfectum: heeft beslist
Example: Ze heeft eindelijk beslist wat ze gaat doen. (She has finally decided what she will do.)

Imperfectum: besliste / beslisten
Example: De jury besliste over de winnaar. (The jury decided on the winner.)

Sample Sentences:

  1. We moeten snel beslissen of we meegaan. (We need to decide quickly if we are going along.)
  2. Hij kan nooit makkelijk beslissen wat hij wil eten. (He can never easily decide what he wants to eat.)
  3. De leraar beslist welke leerling er aan de beurt is. (The teacher decides which student goes next.)
  4. Ze hebben beslist om hun vakantie uit te stellen. (They have decided to postpone their vacation.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

to wallpaper or to hang wallpaper

A

Behangen

Perfectum: heeft behangen
Example: Ze heeft de woonkamer behangen. (She wallpapered the living room.)

Imperfectum: behing / behingen
Example: Hij behing de muren met kleurrijk papier. (He wallpapered the walls with colorful paper.)

Sample Sentences:

  1. We hebben de slaapkamer gisteren behangen. (We wallpapered the bedroom yesterday.)
  2. Ze behangen de muren met bloemenpatronen. (They are wallpapering the walls with floral patterns.)
  3. Het is lastig om een hele kamer zelf te behangen. (It’s difficult to wallpaper an entire room on your own.)
  4. Voordat je gaat behangen, moet je de muur schoonmaken. (Before you start wallpapering, you need to clean the wall.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

The ride, trip, journey

A

De rit

  1. De rit naar het strand duurde twee uur.
    (The ride to the beach took two hours.)
  2. We hebben genoten van de rit door de bergen.
    (We enjoyed the ride through the mountains.)
  3. Hoe was de rit naar huis?
    (How was the trip home?)
  4. De rit met de trein was erg rustig.
    (The train ride was very calm.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

to check, to review, to examine, or to correct

A

Nakijken

Perfectum: heeft nagekeken
Example: De leraar heeft alle toetsen nagekeken. (The teacher has checked all the tests.)

Imperfectum: keek na / keken na
Example: Hij keek de formulieren na voordat hij ze verstuurde. (He checked the forms before sending them.)

Sample Sentences:

  1. Kun je deze tekst voor mij nakijken?
    (Can you check this text for me?)
  2. De dokter kijkt je resultaten na.
    (The doctor is reviewing your results.)
  3. Ze keek haar agenda na om te zien of ze beschikbaar was.
    (She checked her calendar to see if she was available.)
  4. Hij heeft de rekeningen nagekeken om fouten te vinden.
    (He reviewed the bills to find errors.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

a skilled professional or an expert

A

De vakman

Plural:

Vakmannen (skilled professionals, tradesmen)

Sample Sentences:

  1. We hebben een vakman ingehuurd om de badkamer te renoveren.
    (We hired a skilled professional to renovate the bathroom.)
  2. Een goede vakman weet precies wat hij doet.
    (A good craftsman knows exactly what he is doing.)
  3. Ze zoeken een vakman die gespecialiseerd is in houtbewerking.
    (They are looking for a professional specializing in woodworking.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Landlord X tenant

A

De verhuurder X de huurder

  1. De verhuurder heeft ons een maand opzegtermijn gegeven.
    (The landlord gave us a one-month notice.)
  2. De verhuurder is verantwoordelijk voor het onderhoud van de woning.
    (The landlord is responsible for the maintenance of the property.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

The rent, rental fee

A

De huur

  1. De huur van het appartement is 800 euro per maand.
    (The rent for the apartment is 800 euros per month.)
  2. Ik moet de huur voor deze maand nog betalen.
    (I still need to pay the rent for this month.)
  3. De huurprijs is gestegen vanwege de inflatie.
    (The rent price has increased due to inflation.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

a housing survey or residential survey

A

De woonenquête

Sample Sentences:

  1. We hebben een woonenquête ingevuld over onze woonomstandigheden.
    (We filled out a housing survey about our living conditions.)
  2. De gemeente heeft een woonenquête gehouden om de woningbehoefte in de stad te onderzoeken.
    (The municipality conducted a housing survey to examine the housing needs in the city.)
  3. De resultaten van de woonenquête zullen de planning voor nieuwe woningen beïnvloeden.
    (The results of the housing survey will influence the planning for new housing.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

to renovate, to remodel, or to rebuild
to renovate, to restore, or to refurbish

A

verbouwen
Renoveren

Perfectum: heeft verbouwd
Example: Ze heeft haar huis verbouwd. (She has renovated her house.)

Imperfectum: verbouwde / verbouwden
Example: Ze verbouwde de keuken vorig jaar. (She renovated the kitchen last year.)

Sample Sentences:

  1. We hebben besloten om de woonkamer te verbouwen.
    (We decided to remodel the living room.)
  2. Het bedrijf verbouwt oude gebouwen in nieuwe woningen.
    (The company renovates old buildings into new homes.)

Perfectum: heeft gerenoveerd
Example: De stad heeft het oude gebouw gerenoveerd. (The city has renovated the old building.)

Imperfectum: renoveerde / renoveerden
Example: Ze renoveerden het huis vorig jaar. (They renovated the house last year.)

Sample Sentences:

  1. Ze hebben het kasteel gerenoveerd om het historisch te bewaren.
    (They renovated the castle to preserve its history.)
  2. Het huis werd gerenoveerd voordat we erin verhuisden.
    (The house was renovated before we moved in.)
  3. We moeten de badkamer renoveren omdat alles verouderd is.
    (We need to renovate the bathroom because everything is outdated.)

Comparison:

Both verbouwen and renoveren can be used for similar contexts, but renoveren often implies restoring or updating something to a better condition, while verbouwen might involve more extensive remodeling or reconfiguring, like changing the layout or structure.

  1. Ze verbouwt haar appartement om meer ruimte te creëren.
    (She is remodeling her apartment to create more space.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

laying floor covering or installing flooring

A

De Vloerbekleding leggen

  1. Hij is bezig met het leggen van nieuwe vloerbekleding in de woonkamer.
    (He is busy laying new floor covering in the living room.)
  2. We hebben gekozen voor houten vloerbekleding in de hal.
    (We chose wooden flooring in the hallway.)
  3. De vloerbekleding in de slaapkamer moet vervangen worden.
    (The floor covering in the bedroom needs to be replaced.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

laying carpets

A

tapijten leggen

Sample Sentences:

  1. Ze heeft tapijten gelegd in de gang en de woonkamer.
    (She laid carpets in the hallway and the living room.)
  2. We gaan binnenkort tapijten leggen in ons nieuwe huis.
    (We will lay carpets in our new house soon.)
  3. Het tapijt dat we hebben gelegd is heel comfortabel.
    (The carpet we laid is very comfortable.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

installing lighting or placing light fixtures

A

“Verlichting plaatsen

  1. We moeten de verlichting in de keuken plaatsen voordat we verhuizen.
    (We need to install the lighting in the kitchen before we move in.)
  2. De elektricien heeft de verlichting in de badkamer geplaatst.
    (The electrician installed the lighting in the bathroom.)
  3. Ze heeft de verlichting in de tuin geplaatst voor een sfeervolle uitstraling.
    (She installed the lighting in the garden for a cozy atmosphere.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

installing central heating

A

Centrale verwarming leggen

  1. De installateur heeft de centrale verwarming in het hele huis gelegd.
    (The installer has set up the central heating throughout the entire house.)
  2. We moeten de leidingen voor de centrale verwarming leggen voordat we de muren afwerken.
    (We need to lay the pipes for the central heating before finishing the walls.)
  3. De centrale verwarming zorgt voor een constante temperatuur in de winter.
    (The central heating ensures a constant temperature during the winter.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

replacing electrical wiring

A

“Elektrische leidingen vervangen

  1. We moeten de oude elektrische leidingen vervangen omdat ze niet meer veilig zijn.
    (We need to replace the old electrical wiring because they are no longer safe.)
  2. De elektricien heeft de elektrische leidingen vervangen en de nieuwe stoppenkast geïnstalleerd.
    (The electrician replaced the electrical wiring and installed the new fuse box.)
  3. Het vervangen van de elektrische leidingen in het gebouw duurt enkele dagen.
    (Replacing the electrical wiring in the building will take a few days.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

moisture problems or damp issues

A

Vochtproblemen

  1. We hebben vochtproblemen in de kelder, wat leidt tot schimmelgroei.
    (We have moisture problems in the basement, leading to mold growth.)
  2. De vochtproblemen in de muren moeten snel worden opgelost om verdere schade te voorkomen.
    (The moisture problems in the walls must be addressed quickly to prevent further damage.)
  3. Vochtproblemen kunnen ernstige structurele schade veroorzaken als ze niet op tijd worden aangepakt.
    (Moisture problems can cause serious structural damage if not dealt with in time.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

rotten wood

A

Het rot hout

  1. De houten vloeren waren aangetast door rot hout en moesten worden vervangen.
    (The wooden floors were affected by rotten wood and had to be replaced.)
  2. Het dak was beschadigd door rot hout, dus we moesten het helemaal vernieuwen.
    (The roof was damaged by rotten wood, so we had to completely renew it.)
  3. Rot hout kan de stabiliteit van een gebouw ernstig bedreigen.
    (Rotten wood can seriously threaten the stability of a building.)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

peeling paint

A

De afschilferende verf

  1. De muren in de badkamer hebben afschilferende verf door de hoge luchtvochtigheid.
    (The walls in the bathroom have peeling paint due to high humidity.)
  2. We moeten de afschilferende verf verwijderen en de muren opnieuw schilderen.
    (We need to remove the peeling paint and repaint the walls.)
  3. Afschilferende verf kan duiden op een probleem met de ondergrond of slechte kwaliteit van de verf.
    (Peeling paint can indicate an issue with the surface or poor paint quality.)
21
Q

mold on walls or ceilings

A

de schimmel op de muren

  1. Er is schimmel op de muren in de kelder vanwege de hoge luchtvochtigheid.
    (There is mold on the walls in the basement due to high humidity.)
  2. De schimmel op het plafond is ontstaan door lekkage in het dak.
    (The mold on the ceiling appeared due to a roof leak.)
  3. Schimmel op muren of plafonds kan gezondheidsproblemen veroorzaken, zoals ademhalingsproblemen.
    (Mold on walls or ceilings can cause health problems, such as respiratory issues.)
  4. We hebben de schimmel op de muren verwijderd met een speciaal schoonmaakmiddel.
    (We removed the mold on the walls with a special cleaning agent.)
22
Q

loose electrical outlets or dangling sockets

A

De loshangende stopcontacten

  1. De loshangende stopcontacten in de woonkamer moeten snel worden gerepareerd.
    (The loose electrical outlets in the living room need to be repaired quickly.)
  2. Er zitten loshangende stopcontacten in de gang, die gevaarlijk kunnen zijn voor kleine kinderen.
    (There are loose electrical outlets in the hallway, which can be dangerous for small children.)
  3. Het is belangrijk om loshangende stopcontacten niet zelf te repareren, maar een professional in te schakelen.
    (It is important not to repair loose outlets yourself, but to call in a professional.)
23
Q

peeling wallpaper

A

Het loshangend behang

  1. In de slaapkamer hebben we loshangend behang dat moet worden vervangen.
    (In the bedroom, we have peeling wallpaper that needs to be replaced.)
  2. Het loshangend behang in de hal komt door de vochtproblemen in het huis.
    (The peeling wallpaper in the hallway is due to moisture problems in the house.)
  3. We hebben loshangend behang verwijderd voordat we de kamer opnieuw hebben geverfd.
    (We removed the peeling wallpaper before repainting the room.)
24
Q

leaking taps

A

De Lekkende kranen

  1. We moeten de lekkende kranen in de keuken repareren om waterverlies te voorkomen.
    (We need to fix the leaking taps in the kitchen to prevent water waste.)
  2. De lekkende kraan in de badkamer maakt ‘s nachts veel geluid.
    (The leaking tap in the bathroom makes a lot of noise at night.)
  3. Lekkende kranen kunnen leiden tot hogere waterrekeningen als ze niet worden gerepareerd.
    (Leaking taps can lead to higher water bills if not repaired.)
25
Q

broken boiler

A

De kapotte boiler

  1. De kapotte boiler zorgt ervoor dat we geen warm water hebben voor de douche.
    (The broken boiler is causing us to have no hot water for the shower.)
  2. We moeten de kapotte boiler vervangen voordat de winter begint.
    (We need to replace the broken boiler before winter starts.)
  3. De kapotte boiler is de oorzaak van de storingen in de centrale verwarming.
    (The broken boiler is the cause of the issues with the central heating.)
26
Q

clogged toilet

A

De verstopte wc

  1. De verstopte wc moet zo snel mogelijk worden verholpen om een overstroming te voorkomen.
    (The clogged toilet needs to be fixed as soon as possible to prevent flooding.)
  2. Er is een verstopte wc in het restaurant die we moeten laten ontstoppen.
    (There is a clogged toilet in the restaurant that we need to have unclogged.)
  3. We hebben de verstopte wc zelf proberen te ontstoppen met een plunger.
    (We tried to unclog the toilet ourselves with a plunger.)
27
Q

crack or fissure

A

De barst

  1. Er is een grote barst in het raam door de harde wind.
    (There is a large crack in the window due to the strong wind.)
  2. De barst in de muur is groter geworden door de recente aardbeving.
    (The crack in the wall has gotten larger due to the recent earthquake.)
  3. We moeten de barst in de tegels repareren voordat het verder beschadigt.
    (We need to repair the crack in the tiles before it causes further damage.)
  4. De barst in de vaas is moeilijk te zien, maar de vaas is niet meer waterdicht.
    (The crack in the vase is hard to see, but the vase is no longer waterproof.)
28
Q

cracked windows

A

De gebarsten ruiten

  1. De gebarsten ruiten in de schuur moeten worden vervangen om de veiligheid te waarborgen.
    (The cracked windows in the shed need to be replaced to ensure safety.)
  2. Er waren gebarsten ruiten in de auto na de hagelbui.
    (There were cracked windows in the car after the hailstorm.)
  3. De gebarsten ruiten laten kou binnen in de kamer.
    (The cracked windows let cold air into the room.)
29
Q
  1. Wallpaperer / Painter
  2. Roofer
  3. Electrician
  4. Glazier
  5. Installer
  6. Plumber
  7. Painter
  8. Carpenter / Joiner
  9. Locksmith
  10. Tiler
A
  1. Behanger - Wallpaperer / Painter
  2. Dakwerker - Roofer
  3. Elektricien - Electrician
  4. Glazenmaker - Glazier
  5. Installateur - Installer
  6. Loodgieter - Plumber
  7. Schilder - Painter
  8. Schrijnwerker - Carpenter / Joiner
  9. Slotenmaker - Locksmith
  10. Vloerder - tiler
30
Q

I want to replace the faucet in the kitchen. Do you know a good plumber?

A

ik wil de kraan in de keuken laten vervangen. Ken jij een goede loodgieter?

31
Q

I want to have a new kitchen floor laid. Do you know a good floorer?

A

ik wil een nieuwe keukenvloer laten leggen. Ken jij een goede vloerder?

32
Q

“I don’t know any myself. But take a look in the local newspaper of this week

A

Ik ken er zelf geen. Maar kijk eens in de streekkrant van deze week.

33
Q

front door

A

De voordeur

  1. Ik heb de voordeur op slot gedaan voordat ik naar binnen ging.
    (I locked the front door before I went inside.)
  2. Ze hebben een nieuwe voordeur geïnstalleerd die veel veiliger is.
    (They installed a new front door that is much safer.)
  3. De voordeur is versierd voor de feestdagen.
    (The front door is decorated for the holidays.)
34
Q

broken door locks

A

De kapotte deursloten

  1. De kapotte deursloten moeten worden vervangen om inbraak te voorkomen.
    (The broken door locks need to be replaced to prevent burglary.)
  2. Er zijn kapotte deursloten in het oude gebouw die dringend gerepareerd moeten worden.
    (There are broken door locks in the old building that urgently need repair.)
  3. De kapotte deursloten zijn een groot veiligheidsrisico.
    (The broken door locks are a significant security risk.)
35
Q

leaking roof

A

Het lekkend dak

  1. We hebben een lekkend dak dat de zolderkamer vochtig maakt.
    (We have a leaking roof that is making the attic room damp.)
  2. Een lekkend dak kan leiden tot waterschade aan de muren en vloeren.
    (A leaking roof can cause water damage to the walls and floors.)
  3. Het lekkende dak moet snel worden gerepareerd voordat de schade erger wordt.
    (The leaking roof needs to be repaired quickly before the damage worsens.)
36
Q

to mold or to become moldy

A

Schimmelen

Imperfectum (Past Tense): schimmelde

Perfectum (Present Perfect Tense): heeft geschimmeld

Sample Sentences:

  1. Het brood heeft geschimmeld omdat het in de warme, vochtige keuken lag.
    (The bread has molded because it was left in the warm, damp kitchen.)
  2. De oude meubels schimmelen door de hoge luchtvochtigheid in de kelder.
    (The old furniture is molding because of the high humidity in the basement.)
  3. Als je de appel te lang laat liggen, kan hij gaan schimmelen.
    (If you leave the apple too long, it can start to mold.)
37
Q

wear and tear or deterioration

A

De slijtage

  1. Na jarenlang gebruik vertoonde de stoel tekenen van slijtage.
    (After years of use, the chair showed signs of wear and tear.)
  2. De slijtage van de banden is te zien na veel kilometers rijden.
    (The wear on the tires is visible after many kilometers of driving.)
  3. Slijtage aan de machines kan de productie vertragen.
    (Wear and tear on the machines can slow down production.)
38
Q

Necessary, essential

A
  1. Noodzakelijk

Meaning:

“Noodzakelijk” means necessary or essential. It refers to something that is required or needed.

Article:

Het (for “noodzakelijk” when used as a noun, but it is usually used as an adjective)

Sample Sentences:

  1. Het is noodzakelijk om op tijd te komen voor de vergadering.
    (It is necessary to arrive on time for the meeting.)
  2. Water is noodzakelijk voor het leven.
    (Water is essential for life.)
39
Q

Old age

A

De ouderdom

  1. Haar gezondheid verslechterde door ouderdom.
    (Her health deteriorated due to old age.)
  2. De ouderdom komt met wijsheid.
    (Old age comes with wisdom.)
40
Q

force majeure or superior force
(Mucbir sebep)

A

De overmacht

  1. Door overmacht kon de levering niet op tijd plaatsvinden.
    (Due to force majeure, the delivery could not take place on time.)
  2. De contractuele verplichtingen werden aangepast vanwege overmacht.
    (The contractual obligations were adjusted due to force majeure.)
41
Q

to grant, provide, or offer something, often referring to services or rights.

A

Verlenen

Imperfectum (past tense):

Verleende
Example: Hij verleende mij een gunst. (He granted me a favor.)

Perfectum (past participle):

Verleend
Example: Ze heeft mij hulp verleend. (She has provided me with help.)

Sample Sentences:

  1. De overheid verleent subsidies aan kleine bedrijven.
    (The government grants subsidies to small businesses.)
  2. Zij verleende me toestemming om de kamer te betreden.
    (She granted me permission to enter the room.)
42
Q

copy or specimen of something, typically referring to a printed version of a book, document, or item.

A

Het exemplaar

  1. Ik heb een exemplaar van het boek gekocht.
    (I bought a copy of the book.)
  2. Kun je me een exemplaar van het rapport sturen?
    (Can you send me a copy of the report?)
  3. Er zijn slechts vijf exemplaren van dit zeldzame schilderij.
    (There are only five copies of this rare painting.)
43
Q

To maintain, to upkeep, or to support. It

A

Onderhouden

Imperfectum (past tense):

Onderhield
Example: Hij onderhield zijn auto goed. (He maintained his car well.)

Perfectum (past participle):

Onderhouden
Example: De tuin is goed onderhouden. (The garden is well-maintained.)

Sample Sentences:

  1. Je moet je computer regelmatig onderhouden om ervoor te zorgen dat hij goed werkt.
    (You need to maintain your computer regularly to ensure it works well.)
  2. Het onderhouden van goede klantrelaties is essentieel voor een bedrijf.
    (Maintaining good customer relationships is essential for a business.)
  3. Ze hebben het huis zorgvuldig onderhouden om de waarde te behouden.
    (They have carefully maintained the house to preserve its value.)
44
Q

to enter, to input, or to introduce something, often referring to data, information, or products being brought into a system or country.

A

invoeren

Imperfectum (past tense):

Voerde in
Example: Ik voerde de gegevens in het systeem in. (I entered the data into the system.)

Perfectum (past participle):

Ingevoerd
Example: De nieuwe regels zijn ingevoerd. (The new rules have been introduced.)

Sample Sentences:

  1. Ze hebben de wetgeving ingevoerd om het verkeer veiliger te maken.
    (They have introduced the legislation to make traffic safer.)
  2. Je moet de bestelling handmatig invoeren in het systeem.
    (You need to manually enter the order into the system.)
45
Q

to execute, to carry out, or to perform something, often referring to tasks, actions, or orders being carried out or completed.

A

uitvoeren

Imperfectum (past tense):

Voerde uit
Example: Hij voerde de taken snel uit. (He performed the tasks quickly.)

Perfectum (past participle):

Uitgevoerd
Example: De werkzaamheden zijn uitgevoerd volgens plan. (The work has been carried out according to plan.)

Sample Sentences:

  1. De regering heeft een nieuw plan uitgevoerd om de economie te verbeteren.
    (The government has carried out a new plan to improve the economy.)
  2. Het team voerde de opdracht uit met veel enthousiasme.
    (The team performed the task with great enthusiasm.)

Both verbs relate to actions being introduced (invoeren) or carried out (uitvoeren), but invoeren is often used for inputting data or introducing something new, while uitvoeren focuses more on implementing or performing actions or tasks.

46
Q

to wear out, to deteriorate, or to get worn over time due to use or age

A

Slijten

Imperfectum (past tense):

Sleet
Example: De schoenen sleten snel door het veelvuldig dragen. (The shoes wore out quickly from frequent use.)

Perfectum (past participle):

Gesleten
Example: Mijn oude jas is gesleten. (My old jacket has worn out.)

Sample Sentences:

  1. De banden van de auto sleten naarmate hij meer kilometers reed.
    (The car’s tires wore out as it drove more kilometers.)
  2. De vloer in de woonkamer is gesleten door jarenlang gebruik.
    (The floor in the living room has worn out due to years of use.)
  3. Mijn favoriete boeken zijn gesleten van het veel lezen.
    (My favorite books have worn out from being read so much.)
47
Q

threefold or in triplicate, referring to something that exists in three parts, copies, or forms

A

Het drievoud

Sample Sentences:

  1. Je moet het formulier in drievoud indienen.
    (You must submit the form in triplicate.)
  2. De overeenkomst werd ondertekend in drievoud.
    (The agreement was signed in three copies.)
  3. Ze vroeg om een drievoud van het rapport voor elke deelnemer.
    (She asked for three copies of the report for each participant.)
48
Q

1.esteemed or honorable and is used as a formal way to address someone in a letter or email

2.respectfully or with high regard and is used as a formal closing in a letter or email.

A

1.Geachte
2. Hoogachtend

Usage:

It is commonly used in formal letters or business communication, often at the beginning of the message.

Sample Sentences:

Geachte heer Janssen,
(Dear Mr. Janssen,)

Geachte mevrouw,
(Dear Madam,)

Usage:

It is typically used in business correspondence or formal letters.

Sample Sentences:

Hoogachtend,
(Respectfully,)

Hoogachtend, Jan de Vries
(Respectfully, Jan de Vries)