2.1 Beperking In De Motoriek Flashcards

1
Q

Motorische beperking

A

Iemand met een motorische beperking heeft problemen met bewegen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Lichamelijke beperking

A

Bij een lichamelijke handicap is er iets mis in het bewegingsapparaat. Het kan zijn dat lichaamsdelen niet volgroeid zijn, beschadigd, niet aanwezig (amputatie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Gezondheidsverlies

A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Spasme

A

Spiersamentrekkingen waardoor er bewegingen ontstaan die iemand niet kan beïnvloeden.

Een arm die in een keer uitschiet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Contractuur

A

Dwang stand van een spier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Multiple sclerose

A

Een chronische aandoening aan het centrale zenuwstelsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Amputatie

A

Het verwijderen van een deel van het lichaam.

Bijvoorbeeld een teen, voet of been

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Narcose

A

Het verdoven van het hele lichaam en het buiten bewustzijn zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Ziekte van Duchenne

A

Een erfelijke spierziekte die de spieren aantast en verzwakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly