12. Het gebruik van de gezondheidszorg Flashcards
Symptomen voelen
Men merkt een symptoom, zelfs een sterk symptoom, echter niet altijd op en soms kan men ook een symptoom percipiëren wat geen fysiologische basis heeft.
Individuele verschillen
Mensen hebben gelijkaardige drempelwaarden voor pijnsensatie, maar verschillen in de mate van pijn die ze kunnen verdragen vooraleer actie te ondernemen.
Intern gefocuste mensen merken symptomen vaak sneller op, ze hechten vaak te veel aandacht aan hun interne staten en overdrijven hun symptomen daarbij.
Concurrerende omgevingsstimuli
Wanneer een omgeving veel zintuiginformatie biedt of opwindend is, worden mensen minder opmerkzaam voor interne sensaties, bvb bij film kijken zal men sneller jeuk opmerken.
Psychosociale invloeden
Omdat mensen niet erg accuraat zijn in het beoordelen van interne fysiologische staten, kan hun perceptie van lichaamssensaties sterk beïnvloed worden door cognitieve, sociale en emotionele factoren, zie bvb placebo-effect.
Nocebo-effect:
bijwerkingen ervaren die niet veroorzaakt kunnen zijn door het medicament.
Medical student’s disease
symptomen van ziektes bij zichzelf opmerken tijdens de studie.
Mass psychogenic illness
symptoom perceptie bij verschillende individuen, zonder medische verklaring, noch intern, noch in de omgeving.
Begint meestal met een gebeurtenis, bvb een geur, waarna een kettingreactie optreedt waarbij verschillende mensen symptomen gaan voelen.
Interpreteren van en handelen naar symptomen
Soms kunnen vroegere ervaringen mensen ertoe leiden symptomen verkeerdelijk te interpreteren, bvb oudere mensen schrijven een ‘zwak gevoel’ vaak toe aan hun ouderdom eerder dan aan een teken van ziekte.
Deze modellen kunnen gezondheidsgerelateerd gedrag beïnvloeden, 4 componenten:
Illness identity: naam en symptomen van de ziekte.
Oorzaken en onderliggende pathologie: hoe we de ziekte krijgen en welke fysiologische zaken
ermee gepaard gaan.
Tijdslijn of prognose: hoe lang de ziekte duurt en blijft duren.
Gevolgen: ideeën over de ernst, effecten en outcomes van een ziekte.
Lay referral network
niet-medici die informatie en interpretaties geven over iemands symptomen.
Zij kunnen helpen een symptoom te interpreteren, advies geven om medische hulp te zoeken, een behandeling voorstellen of aanraden een andere lay referral persoon aan te spreken.
Waarom mensen al dan niet gezondheidsdiensten gebruiken of uitstellen
Iatrogenic conditions:
ziektes die ontstaan als gevolg van een medische behandeling, door fout van een arts of door normale neveneffecten.
Het niet vertrouwen op artsen kan mensen weerhouden de hulp die ze nodig hebben te zoeken.
Het health belief model en het zoeken van medische hulp
Volgens het health belief model initiëren symptomen een beslissingsproces over het zoeken van medische hulp.
Men moet de perceived threat inschatten, afhankelijk van cues to action, perceived susceptabilty en perceived seriousness.
Daarnaast moeten de perceived benefits afgewogen worden tegen de perceived barriers.
Sociale en emotionele factoren bij het zoeken naar medische hulp
Mensen met depressie neigen ernaar medische hulp uit te stellen, waarschijnlijk omdat ze niet de energie vinden om zichzelf te mobiliseren.
Ook angst kan een motivator zijn voor uitstelgedrag.
Lay referral kan een sociale trigger zijn om medische zorg op te zoeken.
Sanctioning:
wanneer iemand erop staat dat een ziek persoon zijn/haar symptomen laat onderzoeken.
Sommige mensen gaan naar de dokter simpelweg omdat ze geloven dat significante naasten dat graag hebben.
Fases in het uitstellen van medische zorg
Treatment delay:
de tijd die verstrijkt tussen het eerst ontdekken van een symptoom en de start van de medische zorg.
Volgende zaken bepalen hoe lang iemand wacht:
appraisal delay, illness delay, utilization delay
Appraisal delay:
hoe lang het duurt voor men een symptoom inschat als indicatie van ziekte.
Ilness delay
de tijd tussen erkennen dat men ziek is en medische hulp zoeken.
Utilization delay
de tijd die verstrijkt tussen het opzoeken van medische hulp en het effectief toepassen ervan.