11. Omgaan met en controleren van pijn Flashcards
Klinische pijn:
elke pijn die professionele verzorging vraagt. Deze pijn kan acuut of chronisch zijn en kan het gevolg zijn van gekende of ongekende oorzaken.
Acute klinische pijn
Door het voorkomen of verlichten van acute pijn zorgen artsen ervoor dat procedures vlotter verlopen, de angst en stress van de patiënt vermindert en het herstel bespoedigd wordt.
Als competente medische zorg beschikbaar is, is het voelen van pijn niet nuttig. Toch hebben veel patiënten hebben na een operatie meer pijn dan nodig is.
Postoperatieve pijn die niet voldoende gereduceerd is, kan fysiologische reacties teweegbrengen die tot complicaties en zelfs de dood kunnen leiden. Veel pijn en daaraan gerelateerde stress na een operatie tast het immuunsysteem en de endocriene functie aan, vertraagt wondgenezing en verhoogt de waarschijnlijkheid van infectie. De pijn kan ook chronisch worden.
Chronische klinische pijn
De neurotic triad (hypochondrie, hysterie, depressie) wordt vaak onderdeel van de persoonlijkheid wanneer pijn chronisch wordt en bepaalde zaken onmogelijk maakt, men minder eigen-effectiviteit ervaart en bang is dat activiteit de pijn zal verhogen.
Deze verandering loopt vaak parallel met veranderingen in levensstijl, werk en gezinsleven.
Chronische pijn kan tot veel psychosociale problemen en verstoorde interpersoonlijke relaties leiden, wat het onderscheidt van acute pijn. Chronische pijn patiënten gebruiken vaak excessieve medicatie en ervaren slaapstoornissen.
Chrirugische methodes van pijnbehandeling: neuro-ablatie
delen van het perifere zenuwstelsel of ruggenmerg verwijderen of loskoppelen om te voorkomen dat pijnsignalen de hersenen bereiken.
Wordt quasi niet meer gebruikt, nadelen: soms verdoving of verlamming en zelden een permanente oplossing.
Chrirugische methodes van pijnbehandeling: Spinal fusion
procedure waarbij twee of meer ruggenwervels aan elkaar worden gekoppeld om ernstige rugpijn te behandelen.
Chrirurgische methodes voor pijnbehandeling:
Laminectomy
een deel van een ruggenwervel verwijderen zodoende druk op spinale zenuwen te verlichten.
Chemische methodes voor acute pijn
Bij het voorschrijven van pijnstillers houdt de arts rekening met de intensiteit van de pijn, de plaats en de oorzaak van de pijn.
Veel ziekenhuispatiënten krijgen echter te weinig pijnmedicijnen, vooral kinderen en minderheden.
Methodes voor het toedienen van medicijnen tegen pijn: traditioneel dmv pillen en injecties op schema of indien nodig (pro re nata). Tegenwoordig kan ook een injectie in een epidurale ruimte verhinderen dat een pijnsignaal doorgestuurd wordt naar de hersenen.
patiënt-gecontroleerde analgesie:
de patiënt bepaalt zelf met een druk op de knop hoeveel en wanneer een pijnstiller via een infuus wordt toegediend.
Chemische methodes voor chronische pijn
Pijnstillers gebruiken tegen kankerpijn is tegenwoordig alom geaccepteerd. Maar toch ontvangen kankerpatiënten vaak onvoldoende pijnstillende medicijnen, misschien omdat ze vaak bang zijn verslaafd te raken aan narcotische drugs en omdat ze geloven dat goede patiënten weinig klagen.
Gebruik van narcotica bij chronische pijn zal slechts gebeuren als andere methoden niet voldoende pijnvermindering geven. Als dat het geval is, dan kan een lange termijn behandeling van pijn overwogen worden.
Studies wijzen uit dat pijnstillers effectief werken bij mensen met artritis, neuralgie en fantoompijnen.
Voorzichtigheid is geboden:
Sommige patiënten raken wel verslaafd en mensen met een depressieve of spanningsstoornis
zijn er extra gevoelig voor.
Het is nog onduidelijk hoe dagelijks gebruik van narcotica het leven en het functioneren van
patiënten beïnvloedt.
Het is onduidelijk waarom er vaak geen tolerantie of verslaving optreedt bij gebruik voor
pijnbestrijding.
Chemische methoden alleen volstaan niet, ook andere (psychosociale) benaderingen zijn nodig:
Chronische hoofdpijn patiënten gebruiken slechtere coping methoden bij alledaagse stressors
dan mensen zonder hoofdpijn.
Artritis patiënten die zich voor de medicinale behandeling al erg hulpeloos voelden, hebben
minder baat bij de medicatie.
Patiënten die placebo’s ontvangen, rapporteren ook aanzienlijke pijnreductie.
doel psychologische behandelingen
is het verminderen van de frequentie en intensiteit van pijn, het verbeteren van de emotionele aanpassing, het verhogen van sociale en fysieke activiteit en het verminderen van pijnstillers.
Gedragsmatige pijnbehandeling:
De operante benadering
Extinctiemethodes voor de uitdoving van pijngedrag en bekrachtigingsmethodes voor het goede gedrag.
Door de gevolgen van gedrag te veranderen, verandert ook het gedrag zelf.
Men kan dit al toepassen voordat het pijngedrag chronisch wordt, maar vaak gebeurt het pas nadat men al ernstige problemen heeft.
zorgt voor stijging van de activiteit en vermindering van pijn en medicijnengebruik
Twee doelen:
Het verminderen van afhankelijkheid van medicatie.
Het verminderen van de invaliditeit die chronische pijn met zich meebrengt.
De operante methoden zorgen voor een stijging in de activiteiten van de patiënt en in een daling van het medicijngebruik en de pijn. Echter zijn er ook beperkingen van deze aanpak:
Als de beloningen na de operante interventie verdwijnen, kan het oude gedrag terugkeren.
Enkel geschikt voor patiënten met terugkerende of aanhoudende goedaardige chronische pijn.
Minder geschikt voor mensen met chronisch-progressieve pijn.
Men is minder geneigd mee te werken als de omgeving niet meewerkt of wanneer men een
uitkering krijgt.