1.1.1 klemtoon, uitspraak en spelling (theorie) Flashcards
1
Q
ae –>
A
e
2
Q
c –>
A
k
3
Q
ei –>
A
eï
4
Q
oe(a) –>
A
e(), eu, oe
5
Q
ph –>
A
f
6
Q
rh –>
A
r
7
Q
th –>
A
t
8
Q
y –>
A
i
9
Q
-ia –>
A
-ie
10
Q
-sis –>
A
-se
11
Q
C wordt als S uitgesproken als…
A
er een E, I en vaak ook een Y achter komt
12
Q
C wordt als K uitgesproken als…
A
er een A, O of U achter komt