1 Contact Maken Flashcards

1
Q

Waardering

A

Om jezelf en anderen geven. Je vindt jezelf en de ander de moeite waard.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Respect

A

Rekening houden met de ander. Gaat over eerbied. Je respecteert jezelf en de ander als je onvoorwaardelijk mag zijn met je gevoelens, gedachten en meningen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Ik ben oke, jij bent oke

A

Onvoorwaardelijke acceptatie van jezelf en van de ander. Jezelf en de ander zijn vanuit deze basishouding evenveel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Ik ben oke, jij bent niet oke

A

Jij bepaalt hierbij wat goed is voor de ander. Je ziet de ander niet als gelijkwaardig. De ander voelt zich niet in zijn waarde gelaten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Ik ben niet oke, jij bent wel oke

A

Je plaatst jezelf onder de ander, als je klein denkt over jezelf en jezelf niet de moeite waard vindt, dan is het lastig om er voor de ander te zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Ik ben niet oke, jij bent niet oke

A

Je hebt elkaar niets belangrijks te vertellen, je kunt geen echte aandacht voor de ander opbrengen. Onmogelijk om hulp te verlenen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Eigen kracht

A

Je ziet de ander met mogelijkheden en kwaliteiten. Elk contact tussen jou en de client is een mogelijkheid om hem te waarderen. Je zorgt ervoor dat de ander gewaardeerd voelt en geloof te hebben in de capaciteit van de client.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Begrippen die horen bij eigen kracht

A

Zelfregie, zelfverantwoordelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Inhoudelijk aspect van de communicatie

A
  • Boodschap (inhoud) centraal, het gaat om uitwisselen van informatie
  • Staat vaak niet alleen
  • Is vaak een hulpvraag van een client.
  • Let er op dat het inhoudelijk aspect duidelijk is voor hulpverlener en client
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Expressieve aspect van de communicatie

A
  • De persoon die de boodschap brengt.
  • Waarnemen wat van binnen leeft
  • Verbaal en non verbaal
  • Uitdrukking geven aan je gemoedstoestand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Relationele aspect van communicatie

A
  • Hoe je tegenover elkaar staat, hoe je elkaar ziet (formeel/informeel etc)
  • Non verbaal of verbaal
  • Relatie tot uitdrukking brengen
  • Ook wel betrekkingsaspect
  • Uiten over de relatie die je denkt met de ander te hebben.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Appellerend aspect van de communicatie

A
  • Mensen in elkaars aaanwezigheid oefenen per definitie invloed op elkaar uit.
  • De roep om een reactie die er in elke communicatie verscholen ligt.
  • Onbedoeld iets bij een ander voor elkaar krijgen
  • Manipulatief bewust of onbewust
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Technisch functionele aspect van communicatie

A

Voorbereiding, gespreksdoel, begroeting, oogcontact, onderlinge afstemming, ruimte en tijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly