#WS3 - H4 Flashcards
geheugensysteem
het geheugen van de mens is een informatieverwerkingssysteem dat constructief werkt om informatie te coderen, op te slaan en weer terug te halen
breinleren [brain based learning]
breinleren vertrekt vanuit de vaststelling dat het leerproces kan worden gestimuleerd door rekening te houden met onze kennis van het brein
neuroplasticiteit
het proces waarbij het menselijk brein verandert onder invloed van leerprocessen
[door te leren kunnen we onze geheugencapaciteit en onze intelligentie verhogen]
informatieverwerkingssysteem
een interpretatief systeem dat informatie opneemt en vervolgens bepaalde details verwijdert en de rest in betekenisvolle patronen reorganiseert
[een deel van je herinnering bestaat uit reconstructie]
coderen
[stappen]
- stimulus selecteren en een eerste classificatie maken {geluid, beeld, smaak, geur, pijn}
- onderscheidende kenmerken van de stimulus identificeren
- label plakken op de ervaring
[coderen]
elaboratie
nieuwe informatie koppelen aan informatie die reeds in je geheugen ligt opgeslagen
§2
als informatie onderdeel moet worden van het permanente geheugen doorloopt het 3 stadia:
sensorisch geheugen
werkgeheugen
langetermijngeheugen
werkgeheugen
- het werkgeheugen is een soort psychische werkplaats waar we informatie sorteren en coderen voordat we die aan het langetermijngeheugen toevoegen
- het is ook de plaats waar we spelen met idee en beelden die we uit het langetermijngeheugen hebben opgehaald [proces; denken]
hoe kan je informatie in het werkgeheugen behouden en doorgeven aan het langetermijngeheugen?
chunking
repeteren
actief herhalen
[werkgeheugen]
structuur
- centrale bestuurder [je aandacht richten op belangrijke input en coördineren welke informatie bewust verwerkt dient te worden]
- de fonologische lus [het werkgeheugen slaat verbale patronen tijdens de verwerking in akoestische vorm op] – akoestisch coderen
- het schetsboek; visuele en ruimtelijke codering
- de episodische buffer; stukjes informatie met elkaar verbinden
- de semantische buffer; een taalverwerkingsmodule
langetermijngeheugen
het LTG ontvangt informatie uit het werkgeheugen en kan die voor langere tijd bewaren, zodat ze op een later moment weer kan worden teruggehaald
schema
een cluster van kennis in het semantisch geheugen dat ons een context geeft waarin we gebeurtenissen kunnen begrijpen [les bijwonen, in restaurant eten]
infantiele amnesie
als je gebeurtenissen voor je derde verjaardag moeilijk kan herinneren
waarom kan je je eerste verjaardag niet herinneren?
- het gebrek aan taalvaardigheden die nodig zijn voor het verbaal coderen van herinneringen
- het ontbreken van een zelfbewustzijn
- het ontbreken van schema’s
anterograde amnesie
het onvermogen om nieuwe herinneringen te vormen
wat is aangetast bij de ziekte van alzheimer?
hippocampus
wat verwerkt de amygdala
herinneringen die sterke emotionele associaties hebben
[snel terughalen van herinneringen]
–soldaten [storende herinneringen]
retrograde amnesie
het verlies van eerdere herinneringen
flitslichtherinnering [flash bulb memory]
een buitengewoon heldere herinnering aan een belangrijke gebeurtenis
§3
impliciete herinneringen
{procedureel}
herinneringen die je gedrag kunnen beïnvloeden zonder dat je daar een bewust besef van hebt
expliciete herinneringen
{declaratief}
je weet heel goed dat je over bepaalde informatie beschikt
[je weet wat je weet]
herinneringscues
zoektermen die worden gebruikt om een herinnering terug te halen
wanneer is een herinneringscue goed?
- afhankelijk van het type herinnering dat wordt gezocht
- het web van associaties waarin de herinnering is ingebed
impliciete herinneringen terughalen dmv?
priming; een methode die bestaat uit het aanbieden van cues die het terughalen van herinneringen stimuleren zonder dat je dat beseft