WL_Les6_feedback Flashcards
Welke soorten feedback zijn er?
- Intrinsiek
- Door zintuigen van de beweger geproduceerd (van binnen)
Voorbeelden: visie (zicht), tast, gehoor, proprioceptie - Extrinsiek
Door een externe bron geproduceerd (van buitenaf)
Voorbeelden: coach, scorebord of scheidsrechter
Wat zijn de voor en nadelen van extinsrieke feedback
Voordelen:
- Foutcorrectie
- Motiverend
- posietief bekrachten ( gedrag)
Nadeel:
- Kan bewegers afhankelijk maken ( geen intinsrieke feedback
- Kan bewegers afschrikken / demotiveren
Welke manieren kan je gebruiken om te vertellen WAT er in je feedback moet
-Knowledge of Performance / Knowledge of Results
- Beschrijvend / Voorschrijvend
- Error / Correct
- Program / Parameter
- Verwoorden
Wat voor feedback krijg je bij Knowledge of Performance / Knowledge of Results
Performance: je krijgt feedback over hetgeen wat leidde tot de uitkomst
vb: ’In je landing moeten je armen voor je zijn”
Result: Je krijgt informatie over de uitkomst
vb: ’Je liep 12 minuten bij de 3km loop
Wat voor feedback krijg je bij Descriptive / Perspricptive
Beschrijven: Je beschrijft het probleem
vb: ’’Je schoot de bal met teveel spin’’
Voorschrijven: Je geeft een suggestie om het probleem op te lossen
vb: ’Wanneer je je armen hoger houdt is je dekking beter’’
Wat voor feedback krijg je bij Error / Correct
Error: Je geeft feedback over iets wat fout gaat
vb: ‘’Je badmintonslag was te verkrampt’’
Correct: Je geeft feedback over iets wat goed gaat
Vb: ’Ik zie dat je vooruit gaat’’
Wat is de sandwich methode?
: Je zegt iets goeds over de beweging, dan iets wat beter kan, als laatste iets wat goed gaat.
Wat voor feedback krijg je bij Program / Parameter
Program: Je geeft feedback over de vaste kenmerken van de beweging
vb: Land met je hoofd in het water
Parameter: Je geeft feedback over het aanpassen van variabele kenmerken
vb: Zet meer kracht op de polsstok
Wat voor feedback krijg je bij Verwoorden
- Gebruik kort en krachtige feedback, geen overbodige informatie
- Gebruik analogieën : ’Maak je zo krom als een banaan
- Markeren van het bewegingsverloop: Begin en eindpunt van een (deel)beweging markeren
- Effect van de beweging op de omgeving benadrukken
vb:‘Duw de bok naar beneden - ‘Niet vermijden’
Je bent niet recht in de trampoline’ ‘Je bent krom in de trampoline’
Hoe kan je feedback overbrengen?
Auditief: vertellen of ritimische aanwijzingen (klanken)
Visueel: Video, spelstatistieken
Welke fases heb je bij videofeedback?
- Erkenningsfase: Wennen aan jezelf zien
- Fout ontdekkende fase: Kritisch kijken naar beelde. aandachtspunten van docent zijn nodig
- Fout herstellende fase: Je begrijpt hoe de fout is onstaan
- Onafhankelijke fase: zelfstandig herkennen en corrigeren van fouten
Wanneer geef je feedback
- Niet gelijk na de poging
- niet te laat na de poging
- alleen na de poging als het een ervaren beweger is.
Hoe vaak feedback geven?
Beginner: veel feedback
Gevorderd: minder Feedback