Week 5 | Grondrechten Flashcards

1
Q

Welke 2 soorten grondrechten zijn er

A
  • Klassieke grondrechten
  • Sociale grondrechten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn klassieke grondrechten

A

Dit zijn grondrechten die vrijheden bevatten. Ze creëren een vrijheidssfeer die de overheid niet mag aantasten. Denk aan kiesrecht, godsdienstvrijheid etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn 4 kenmerken van klassieke grondrechten

A
  • Negatieve competentiebepaling: de overheid mag iets niet doen
  • Directe rechtswerking: een concreet afdwingbaar recht
  • Democratische functie: grondrechten zijn belang voor het functioneren van een democratie
  • Afweerfunctie: grondrechten houden overheidsoptreden op een afstand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn sociale grondrechten

A

Zien met name op de verplichting tot prestatie of acteren in naam van een zorgplicht. Het is een taakoplegging aan de overheid met bepaalde bevoegdheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noem 3 kenmerken van sociale grondrechten

A
  • Positieve competentiebepaling: de overheid moet iets doen
  • Rechtswerking via uitvoeringsregelingen: een recht is niet direct afdwingbaar
  • Presterende functie: grondrechten zetten aan tot het presteren van de overheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke 2 typen grondrechten zijn er

A
  1. Nationale grondrechten;
  2. Internationale grondrechten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke 3 theorieën bestaan er met betrekking tot de ontwikkeling van grondrechten

A
  1. Liberale theorie
  2. Democratisch-functionele theorie
  3. Sociaalstatelijke theorie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de liberale theorie

A

Burgers en individuen hebben vrijheden: het gaat om bescherming van de burgers tegen overheidsbemoeienis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de democratisch-functionele theorie

A

De grondrechten hebben een bepaalde functie bij het waarborgen van de democratische functies van de rechtsstaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de sociaalstatelijke theorie

A

Actieve rol van de overheid, zoals voorzieningen voor ontplooiing van de burger en belemmeringen bij uitoefeningen van het wegnemen van grondrechten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke 6 verschillende soorten grondrechten zijn er

A
  1. Bodemnormen: normen waaraan absoluut nooit geraakt mag worden, zoals recht op leven
  2. Klassieke vrijheidsrechten: waarborgen voor de vrijheden van groepen en individuen
  3. Het gelijkheidsbeginsel en discriminatieverbod
  4. Politieke participatierechten: passief en actief kiesrecht
  5. Rechtsbescherming 6 EVRM: grondrechten zouden niets betekenen zonder controle van onafhankelijke rechter
  6. Sociale grondrechten: aanspraak op actief handelen van de overheid. art. 18-23 GW
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke 2 manieren van werking heb je van grondrechten

A
  1. Horizontale werking: werking van grondrechten tussen burgers onderling
  2. Verticale werking: werking van grondrechten tussen overheid en burger
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Noem de 4 elementen van de beperkingsclausule

A
  1. Competentievoorschrift
  2. Doelcriteria
  3. Procedurevoorschrift
  4. Proportionaliteitseis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het competentievoorschrift

A

Welk orgaan is bevoegd? Een competentievoorschrift moet in elke beperkingsclausule opgenomen zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Bij de beperking van grondrechten zijn er 2 typen beperkingen te onderscheiden. Noem deze 2

A
  • Bijzondere beperking: deze is gericht op beperking en de grondslag volgt uit een beperkingsclausule, specifiek met oog op een bepaald grondrecht.
  • Algemene beperking: deze ontstaat wegens een neveneffect, die volgt uit een andere rechtsregel, algemene rechtsregeling die een grondrecht beperken.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Nederland kent een gesloten systeem van de Grondwet. Wat houdt dit in.

A

Dat grondrechten enkel beperkt kunnen worden indien er een beperkingsclausule is opgenomen in de Grondwet.

17
Q

In de afweging van belangen worden grondrechten gebruikt die een werking hebben. Welke 2 soorten werking zijn er

A

> directe werking: grondrechten dwingen zich aan de rechter op. Ze worden gewoon ingeroepen en de rechter oordeelt dan gewoon de beperkingsclausule
indirecte werking: de rechter gaat normen die vrij vaag zijn invullen via grondrechten. Via de grondrechten krijgen deze vage begrippen meer betekenis en zo kunnen zij dus invloed hebben op verhoudingen tussen burgers onderling.