Week 3 Flashcards
Stappenplan belastingbedrag box 3
- Bereken rendementsgrondslag (art. 5.3 Wet IB) =
Bezittingen - schulden - Bereken forfaitaire rendement (art. 5.2 Wet IB) =
Banktegoeden x 0,01% + overige bezittingen x 6,04% - schulden x 2,46% - Bereken effectief rendementspercentage (art. 5.2 Wet IB) =
Forfaitaire rendement : rendementsgrondslag x 100% - Bereken grondslag sparen en beleggen (art. 5.2 & 5.5 Wet IB) =
Rendementsgrondslag - heffingsvrij vermogen (57000 euro) - Bereken voordeel sparen en beleggen (art. 5.2 Wet IB) =
Effectief rendementspercentage x grondslag sparen en beleggen - Bereken belasting op belastbare inkomen uit sparen en beleggen (art. 2.13 Wet IB) =
Tarief belastbaar inkomen (36%) x voordeel uit sparen en beleggen
Conceptwetsvoorstel 2027
Banktegoeden: getrokken voordelen (ontvangen bankrente)
Onroerende zaken en aandelen in startende ondernemingen: vermogenswinst + getrokken voordelen (ontvangen huur)
Overige bezittingen en schulden: vermogensaanwas (incl. vermogenswinst) + getrokken voordelen (ontvangen dividend, obligatierente)
Eigenwoningbegrip (art. 3.111 lid 1 Wet IB)
Gebouw etc., dat:
- de belastingplichtige
- of personen die behoren tot zijn huishouden
- als hoofdverblijf ter beschikking staat
- op grond van eigendom en
- waarvan de waardeveranderingen de belastingplichtige/partner (>50%) aangaat
Vanaf welk belastbaar inkomen is de heffingskorting nihil en heeft dan ook geen invloed meer op de marginale belastingdruk?
75.521 euro
> art. 8.10 Wet IB:
6,630% x ? = 3362
3362 : 6,630% = 50708,8989
50708,8989 + 24812 = 75.521
Wat is het bedrag waar de vermindering van de algemene heffingskorting plaatsvindt?
50.708,90 euro
> 3362 : 6,630%
Vanaf welk arbeidsinkomen zit je in een afbouwtraject?
39.957 euro, dan bereken je de arbeidskorting door 5532 euro (max uit c) min (arbeidskorting - 39957 euro)
Vanaf welk bedrag is de arbeidskorting nihil?
124.934 euro
5532 : 6,51% = 84976,9585
Vermindering vindt plaats vanaf een inkomen van 39.957
84976,9585 + 39.957 = 124.934
Belastbaar inkomen uit eigen woning
Art. 3.110 Wet IB = voordelen uit eigen woning - aftrekbare kosten
Art. 3.112 Wet IB voordelen uit eigen woning = % x WOZ waarde
Vermogensaanwas
waarde in het economische verkeer van de overige bezitting aan het einde van het jaar (31 dec) - waarde aan het begin van het jaar (1 jan)
Gemiddelde belastingdruk box 3
Verschuldigde belasting : inkomen uit werk en woning x 100%
Verschuldigde belasting = grondslag sparen en beleggen x tarief (36% -> art. 2.13 Wet IB)
Wat is de hoogte van de aftrekbare schulden in box 3?
Tot box 3 behoort sparen en beleggen (dus niet werk en woning en aanmerkelijk belang)
Art. 5.3 lid 3 benoemt wat behoort tot de schulden van box 3, de schulden zijn aftrekbaar voor zover ze de drempel van 3700 euro overschrijden (sub f). Je doet dan het totaal aantal schulden (wanneer deze hoger dan 3700 zijn) - 3700 en dat is de hoogte van de aftrekbare schulden in box 3
Hoeveel kan je maximaal als eigenwoningschuld aanmerken?
Eigenwoningreserve = verkoopprijs oude woning - eigenwoningschuld
Je moet je eigenwoningreserve gebruiken voor de aankoop van een nieuwe woning:
Maximale aan te merken eigenwoningschuld = Aankoopprijs nieuwe woning - eigenwoningreserve