Week 2 Flashcards
Algemene bronkenmerken (cumulatief, dus altijd zowel deze als bijzondere toetsen)
- De belastingplichtige neemt deel aan het economische verkeer -> buiten de familiesfeer
- De belastingplichtige beoogt een voordeel (subjectieve voordeeltoets) -> buiten de vriendenkring
- Het voordeel kan redelijkerwijs worden verwacht (objectieve voordeeltoets) -> geen aanwijzingen dat de kosten meer zijn dan de opbrengst, bij voorzienbaar blijvende verliesgevende activiteiten en speculatieve transacties in de vermogenssfeer is ook geen voordeel
Welke 4 categorieën heb je?
- Winst uit onderneming
- Loon
- Dienstbetrekking
- Resultaat uit overige werkzaamheden
Winst uit onderneming; bijzondere bronkenmerken
- Duurzaam
- Organisatie van
- Kapitaal en
- Arbeid
Dienstbetrekking; bijzondere bronkenmerken
- Verplichting werknemer tot het persoonlijk verrichten van arbeid gedurende een zekere tijd
- Verplichting werkgever tot belonen
- Gezagsverhouding tussen werkgever en werknemer
Resultaat uit overige werkzaamheden; bijzondere bronkenmerken
Arbeid
Categorieën resultaat uit overige werkzaamheden
- Diensten
- Er is géén fiscale ondergrens aan de vereiste arbeid -> zelfs een nalaten is tegen vergoeding belast. - Vermogenswinst dankzij arbeid+
- Waardestijging vermogensbestanddeel is veroorzaakt door arbeid+ -> = arbeid is meer dan gebruikelijk bij normaal vermogensbeheer.
- Bijv. verbouwen, opknappen oude fiets. - Vermogenswinst dankzij gunstige aankoopprijs
- Gunstige aankoopprijs is doorgaans informatiesprong van de belastingplichtige als gevolg van:
- deskundigheid
- ervaring
- voorkennis
- relaties - Verhuur vermogensbestanddeel met aanvullende dienst(en)
- Verhuur + aanvullende diensten die uitgaan boven hetgeen gebruikelijk is bij normaal vermogensbeheer (arbeid+)
- Geen splitsing van de aanvullende diensten en de verhuur (alles is belast in box 1)
- Bijv. verhuur grasmaaier + maaien, verhuur sloepje + rondvaren
Receptenarrest
Een geldslurpende hobby ligt buiten de inkomstenbelasting, als een behaald voordeel in je persoonlijke sfeer ligt is er geen sprake van inkomen
-> slaat dus op subjectieve en objectieve voordeeltoets
Wat is de belastbare winst voor een ondernemer voor de heffing voor de inkomstenbelasting?
Art. 3.2 Wet IB; winst - ondernemersaftrek - MKB vrijstelling
Ondernemersaftrek = art. 3.74 Wet IB jo. urencriterium art. 3.6 Wet IB
MKB vrijstelling = art. 3.97a Wet IB (pas na winst - ondernemersaftrek)