Week 2b Flashcards
Warehousing (opslagbeheer) + 6 activiteiten
Het opslaan van fysieke goederen in een afgebakende ruimte
Ontvangen, identificeren, volgen, hanteren, positioneren en ophalen, verzenden
Warehousing voordelen (4)
- Verhoging beschikbaarheidstijden goederen
- Verkorting doorlooptijd naar volgende voorraadpunt
- Bufferen
- Controle
Warehousing nadelen (4)
- Hogere operationele kosten
- Behoefte aan IT-ondersteuning
- Voorraadtekorten en veroudering
- Voorraadbeheer
Warehousing typische beslissingen (7)
Eigendom: publiek of privaat, locatie, grootte, indeling, producten, services en functies, IT
Warehousing computersystemen voordelen (4)
- Verbeterde productiviteit
- Efficiëntie
- Algehele traceerbaarheid van het systeem
- Minder personeel nodig
Warehousing computersystemen nadelen (3)
- Hoge onderhoudskosten
- Upgraden kan nodig zijn
- Synchronisatie met anders systemen
LIFO (2 kenmerken product)
Last in first out
Producten dalen niet in waarde, producten zijn niet bederfelijk. = bouwmaterialen
FIFO
First in first out
Producten met een houdbaarheidsdatum, doel: geen producten laten bederven.
Cross-docking
Producten worden bij lossen meteen weer verzonden, zonder eerst te worden opgeslagen in het magazijn.
Slot
Een rek of een deel van een rek binnen een opslagruimte waarop goederen kunnen staan.
Random storage formule
Mran = max E Mpt
Dedicated storage formule
Mded = E max{Mpt}
Magazijn verdeeld in specifieke gebieden per type product.
Class-based storage formule
Nj = max E Mpt
Mclb = E Nj
Elk producttype heeft eigen gebied in magazijn, binnen dit gebied is een random opslag toegepast.
Vergelijking grootte magazijn
Mran <= Mclb <= Mded
Honeycomb loss definitie
Elk product heeft eigen lane (rij). Daardoor is er soms ongebruikte ruimte.