Week 2a

Question 1

Soorten voorraad (6)

Answer 1

Ruwe onbewerkte materialen, onderdelen, work-in-progress, producten, distributie, reparatie spullen

Question 2

Doelstellingen voorraadbeheer (3)

Answer 2

1. Leveren gewenst klantenservice niveau (percentage optijd verzonden bestellingen/handelsvolume, stilstandtijd)
2. Kostenefficiënte bedrijfsvoering (buffervoorraad, handhaven constant personeelsbestand, langere productieruns en kwantumkortingen)
3. Minimaliseren investeringen omtrent voorraad (voorraadomzet, dagen/weken)

Question 3

Onnauwkeurige voorraadregistraties veroorzaken: (5)

Answer 3

Verloren omzet, verstoorde werking, slechte klantenservice, lagere productiviteit, fouten in planning/afhandeling

Question 4

Voorraadregistratie (2)

Answer 4

1. Periodieke telling (meestal jaarlijks)
2. Cyclustelling (dagelijkse telling vooraf gespecificeerde items) –> tijdige detecties onnauwkeurigheden, geen verloren productietijd, gestructureerde aanpak

Question 5

Customer Order Decoupling Points (CODP)

Answer 5

Het strategische voorraadpunt binnen een productieproces waar klantbestellingen de vraag of productie van een product activeren.

Question 6

Soorten CODP (4)

Answer 6

1. Engineering-to-order (ontwerp)
2. Make-to-order (productie start als order binnenkomt)
3. Assembly-to-order (deels afgewerkte producten worden afgemaakt tot 1 eindproduct bij bestelling)
4. Make-to-stock (bij bestelling meteen klaar om te verzenden)

Question 7

Late CODP nadelen: (2)

Answer 7

1. Lange doorlooptijd (leadtime)
2. Slechte procesbeheersing

Question 8

Late COPD voordelen: (2)

Answer 8

1. Korte levertijd
2. Hoge betrouwbaarheid

Question 9

Vroege COPD nadelen: (2)

Answer 9

1. Onregelmatige marktvraag
2. Specifieke producten

Question 10

Vroege COPD voordelen (2):

Answer 10

1. Lage voorraadkosten
2. Minder kans op veroudering

Question 11

Voorraad omzet formule

Answer 11

jaarlijkse voorraadkosten van verkochte goederen/ gemiddelde waarde aan voorraad

Question 12

Weken/dagen aan voorraad formule

Answer 12

waarde gemiddelde beschikbare voorraad / gemiddeld wekelijks of dagelijks gebruik aan voorraad

Question 13

ABC analyse: percentages
methode

Answer 13

A: 60-80%
B: 25-35%
C: 5-15%
bereken percentage eurogebruik per product van het geheel, zet op volgorde en verdeel over A, B en C

Question 14

Relevante voorraadkosten (4)

Answer 14

1. Product kosten
2. Voorraadkosten (kapitaal-, opslag- en risicokosten uitgedrukt als percentage)
3. Bestelkosten
4. Afwezigheidskosten (verlies klanten, backorders

Question 15

Bestelgroottes (4)

Answer 15

1. Lot-for-lot (precies wat nodig is)
2. Vaste ordergrootte
3. Min-max systeem (wanneer min voorraad wordt bereikt, aanvullen tot max voorraad)
4. Bestellen voor n periodes (genoeg bestellen om te voldoen aan volgende n periodes)

Question 16

Economic Order Quantity (EOQ), aannames (7), formule

Answer 16

Optimalizatiemethode bestelmomenten en bestelgroottes. Aannames: vraag is bekend en constant (geen safety stock), doorlooptijd bekend en constant, geen kwantumkorting, bestelkosten constant, aan alle vraag wordt voldaan, bestelgrootte komt aan in 1 lading, binnengekomen items hebben perfecte kwaliteit.
Totale kosten = bestelkosten + voorraadkosten
TC = (D/S) * S + (Q/2) * H
Q = sqrt(2DS/H)

Question 17

Reorder point, formule

Answer 17

Wanneer moet er besteld worden?
Reorder point = lead time * vraag + safetystock
demand = helling vd grafiek

Question 18

EOQ Quantity Discount (QD), formule, algoritme (3)

Answer 18

EOQ met kwantumkorting,
TC = (D/S) * S + (Q/2) * H + CD
1. Bereken EOQ voor laagste prijs
2. Bepaal of EOQ is toegestaan voor die prijs
ja, ga door naar 3
nee, bepaal totale kosten voor minimale hoeveelheid, ga verder met volgende laagste prijs
3. Vergelijk kosten voor alle opties en bepaal beste alternatief

Question 19

Voordelen kleinere bestelgroottes (3)

Answer 19

1. Verlaagde doorlooptijd
2. Verminderde cyclusvoorraad
3. Verminderde grondstoffen en gekochte onderdelen