Week 1: Economie en de publieke sector Flashcards

1
Q

Gemengde economische orde

A

Nederlandse welvaartsstaat is een gemengde economie:

  • Bestaat uit een mix van private en publieke (en maatschappelijke) activiteiten die elkaar aanvullen
  • Wordt beïnvloed door publieke regelgeving, belastingen en subsidies
  • waarvan de samenstelling wordt bepaald door historische en institutionele patronen, en politieke voorkeuren. Privatisering en nationalisering bijvoorbeeld
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Economische denken voor B&O’ers, vier vragen van belang:

A
  1. Wat wordt er geproduceerd?
    Hoeveel publiek geld besteden we waaraan
  2. Hoe wordt het geproduceerd?
    Welke partijen gaan producten of diensten verzorgen, publiek, privaat of maatschappelijk?
  3. Voor wie wordt het geproduceerd?
    Doelgroep, specifieke afnemers maar ook verplichte afnemers (belasting, gedwongen)
  4. Hoe worden besluiten genomen?
    Hoe vertalen we individuele voorkeuren naar collectieve keuzes, (gebrek) aan rationaliteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Positieve economie

A

het beschrijven van economische orde en ontwerpen van modellen die de economie proberen te voorspellen. What is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Normatieve economie

A

het evalueren van de voor- en nadelen van economische beleidsalternatieven. What should be

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Omvang overheid in economie

A

Vaak gemeten in aandeel overheidsuitgaven in BBP. Kijken alleen naar toegevoegde waarde (dus niet import) en iets waar geldwaarde aan ontleend kan worden. Omvang neemt toe, collectieve lasten stijgen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Plateautheorie van Peacock

A

Aandeel van de overheid stijgt schoksgewijs in plateaus na oorlogen/crises. Omvang normaliseert niet tot het oude niveau.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wet van Baumol

A
  • Omvang van overheid is gekoppeld aan productiviteitsgroei.
  • Productiviteitsgroei is groter in productie dan diensten, overheid doet meer diensten, wat automatisch leidt tot toename van aandeel overheid terwijl productie wel innoveert.
  • Heeft grote ontwikkeling op collectieve lasten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Vier typen van overheidsinterventie

A
  1. Overheid als producent
  2. Overheid als regelgever/handhaver
  3. Overheid als afnemer
  4. Overheid als herverdeler
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Overheid als producent

A
  • Zelf goederen prodcueren of diensten verlenen
  • Publieke productie heeft grote invloed op prijsvorming en concurrentie in een markt
  • Producerende rol is sterk afgenomen door privatisering
  • Voorbeeld van producten: gas, water elektriciteit.
  • Voorbeeld van diensten: zorg, onderwijs, post, mobiliteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Overheid als regelgever en handhaver

A
  • Overheid kan bedrijven en/of huishoudens verplichten tot bepaalde dingen te doen of na te laten.
  • Regulering heeft grote invloed op allocatie van middelen en samenstelling productie en diensten
  • Regulerende rol na sterke toename de afgelopen jaren iets afgenomen
  • Voorbeeld: wetgeving, inkomstenbelasting, minimumloon
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Overheid als afnemer

A
  • Overheid neemt producten en diensten af bij (private) leveranciers voor eigen productie en eigen dienstverlening
  • Consumptie heeft grote invloed op economie, bijv. meer concurrentie door betere infrastructuur maar ook prijsvorming door schaarste
  • Afnemende rol van overheid is groot en wordt soms bewust ingezet om schokken op te vangen (infrastructurele projecten bijv.)
  • Voorbeelden: aanschaf F35’s, inkoop van asfalt, inkoop van trainingen voor medewerkers, aanschaf van pand of kantoorartikelen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Overheid als herverdeler van inkomen

A
  • Overheid kan geld van een individu/groep verplaatsen naar een ander individu/groep
  • Vanwege solidariteit, maar ook (macro)economische argumenten voor (landen met grotere gelijkheid hebben structureel grotere economische groei).
  • Herverdelende rol is niet strikt economisch, hangt af van politieke stromingen
  • Voorbeelden: huurtoeslag, progressief belastingstelsel, deelname aan AOW, U-pas in Utrecht, subsidie van onderwijs
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Publieke economie

A

Onderdeel van de economische wetenschap dat zich focust op:

(a) De wisselwerking tussen overheid en economie
(b) De overheidsfinanciële aspecten van die wisselwerking

Gaat zowel over distributie (samenstelling van productie), stabilisatie (investeren of bezuinigen) en herverdeling (belasting, sociale zekerheid)

Centrale thema’s zijn: marktwerking en marktfalen, overheidsinterventies, collectieve keuze en belastingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly