Week 1, college 4: Stress en ondervoeding Flashcards
intermediair metabolisme
opslaan energie en gebruik van deze energie bij cellulaire processen
hormonen spelen grote rol
meeste energie van iemand die 70 kg weegt
12 kg vetweefsel, 108.000 kcal opslag (9.000 bij kilo)
6 kg spiermassa, 24.000 kcal opslag (4.000 bij kilo)
voorraad koolhydraten is heel klein (grootste gedeelte in spieren en dan lever)
anabole toestand
katabole toestand
anabool : direct na maaltijd. lean body mass neemt toe. energie opgeslagen, vet en glycogeen aangevuld
ketabool :energie vrijmaken, glucose en en vrije vetzuren worden gebruikt als brandstof
netto verlies vetweefsel en lean body mass
vetweefsel wordt afgebroken waar verzuren ontstaan, in lever ketogenese waar ketonen ontstaan
anabole reacties
aminozuren - eiwitten = eiwitsynthese
koolhydraten - glycogeen = glycogenese
vetzuren - triglyceriden = lipogenese
koolyhydraten - triglyceride = liponeogenese
katabole reacties
eiwiten - aminozuren = proteolyse
aminozuren - glucose = gluconeogenese
glycogeen - glucose = glycogenolyse
triglyceriden - vetzuren = lipolyse
insuline stimulatie en inhibatie
stimuleert: glucose opname, glycolyse, glycogenese, eiwitsynthese, opname ionen
inhibeert: glyconeogenese, lipolyse, glycogenolyse, proteolyse, ketogenese
glucagon
belangrijikste katabole hormoon
in katabole fase heerst effect glucagon en worden stofen vrijgemaakt
stress hormonen
catecholaminen (adrenaline en noradrenaline) + cortisol
cortex
zona glomerulose - buitenste, aldosteron
zona fasciculata- midden, cortisol
zona reticularis - binnen, testosteron
binnenste deel is medulla, adrenaline en noradrenaline
bijnier
invloed hypofyse en hypothalamus
hypothalamus geeft CFR af, naar voorkwam hypofyse, ACTH, naar bijnier, maakt cortisol
cortisol- hoogste om 8 uur sochtends, breekt vetten af waardoor vrije vetzuren naar lever vervoerd worden om brandstof te dienen
snachts gluconeogenese actief
sympatisch zenuwstelsel
actief door een te lage bloedsuiker, temperatuur en volumedepletie
bijnier en bijniermerg actief, adrenaline afgegeven en noradrenaline, stimulatie afgifte glucose uit lever door afbraak van glycogeen te stimuleren. Vrijmaken van glycero en vertzturen en blokkeren de glucose opname in de spieren. In bijnier noradrenaline –> adrenaline
medische stress
elke lichamelijke verandering die de homeostase van het lichaam dreigt te verstoren
reactie: neer catecholaminen en glucocorticoiden aan bloed. stimulatie van het zenuwstelsel
adrenaline en acth afgte, meer cortisol, fight of flight
zorgt voor katabole reactie, onstaat een negatieve stikstofbalans door spierafbraak.
stadia langdurig vasten
1 well fed - 0-4 uur na maaltijd
2 post absorptive - 4-12 uur na maaltijd
3a matig uitgehongerd - 12 u- 16 dagen zonder eten
3b ernstig uitgehongerd - meer dan 16 dagen
well fed
0-4, glucose belangrijkste brandstof
stijging insuline: meer glucose opname, meer glycogeen-, TG- en eiwitsynthese
post absortive
4-12, hersenen: glucose, spieren en lever: FFA
stijging glucagon en noradrenaline: glycogenolyse en lipolyse. Insuline daalt