Week 1, college 2: Concepten lichaamssamenstelling Flashcards
lichaamssamenstelling belangrijk voor
gevolgen en behandeling
5 verschillende niveaus lichaamssamenstelling
- atoomniveau
- moleculairniveau
- celniveau
- weefselniveau
- gehele lichaam
atoomniveau
50 verschillend, 98% zuurstof, koolstof, natrium, calcium, waterstof
celniveau
10 tot de 14e cellen, varieeren in vorm, grootte, samenstelling en verdeling
weefselniveau
zenuwweefsel, spierweefsel, vetweefsel, botweefsel en bloed
BMI
vet + spiermassa
kg / m2
model body composition 1
verschil vrije vetmassa (niet essentieel vet + opslagvet) en lean body mass (weefsel + essentieel vet)
lastig te meten
model body composition 2
verschil vetmassa (inculsief essentieel vet) en vetvrije massa (overig weefsel)
vetvrije massa = water, glycogeen en eiwitten
60% = water, 34%= intracellulair
essentieel vet vs niet essentieel vet
essentieel vet is cruciaal voor goed functioneren
niet essentieel, opslag vet (subcutaan), opgeslagen in vorm triglyceriden en vormt energiereserve
essentieel: steun organen, beschermend effect, lichaamsisolatie en belangrijke energiebron
ook bron hormonen en cytokines
minder essentieel vet dan niet essentieel vet
belangrijke rol voortplanting, leptine
daarom meer vet
vetopslag lichaam
subcutaan, intermusculair, intramusculair, in buikholte, in borstholte
meetmethodes lichaamssamenstelling
huidplooidiktemeting, afhankelijk onderzoeker en niet visceraal vet
lichaamsomtrek meting, taille/ heup x subcutaan x visceraal wel goed gezondheidsrisico inschatten
bio-elektrische impedantie analyse (BIA). elektrode een indirecte non-invasieve en eenvoudige manier
Pas op met water
Beeldvormende technieken (CT, MRI en DEXA (duur x schade)
DEXA, fotonen geen onderscheid tussen subcutaan en abdominaal vet
CT en MRI, hoeveelheid visceraal kostbaar maar beste want verdeling visceraal en subcutaan vet is belangrijk
Visceraal is veel slechter