Waterhuishouding Flashcards

1
Q

Hypotone (hyper)hydratatie

A

Overmaat aan water zonder toename -dus tekort aan- elektrolyten (ECW hypotoon).
= waterintoxicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Isotone / hypertone (hyper)hydratatie

+ etiologie

A

Overmaat aan water met normale(/ te grote) hoeveelheid elektrolyten (ECW iso-/hypertoon).
→ iatrogeen (te snel / te veel / hypertoon infuus)
→ anurie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hypotone dehydratatie

+ etiologie

A

Tekort aan water met tekort aan elektrolyten (ECW hypotoon).
→ iatrogeen (diuretica)
→ overmatig zweten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Isotone dehydratatie

A

Tekort aan water en elektrolyten (ECW isotoon).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hypertone dehydratatie

A

Tekort aan water met teveel aan elektrolyten (ECW hypertoon).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Etiologie hypotone (hyper)hydratatie

A
  • Te veel opname water
  • Iatrogeen door infusie isotone glucoseoplossing
  • Koud water versterkt effect: S activatie, stimuleert ADH
  • Bij monogastrica gevaarlijk want geen wachttijd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Pathogenese hypotone (hyper)hydratatie

A
  • Plasmaverdunning (> 3,3 ml H2O per mEq elektrolyt)
  • Bloedvolume stijgt → BD stijgt → inhibitie reninesecretie → inhibitie aldosterone (via angiotensine) → geen Na-retentie (dus excretie) → verergert hypotoniciteit (ongunstig)
  • OD ECW daalt → inhibitie ADH secretie → diurese → meer excretie H2O (gunstig)
  • Diffusie o.i.v. OD: water in cel → zwelling RBC (hemolyse, hemoglobinaemie) + zwelling zenuwcellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Symptomen hypotone (hyper)hydratatie

A
  • Koliek (door maagdilatatie)
  • Tympanie (door water in de pens)
  • Krachtige pols (groot bloedvolume)
  • BLOED: lage Hct, grote RBC, hemoglobinaemie, daling eiwit en elektrolyten
  • Mild → rode urine, slap/lusteloos, gestegen pols
  • Ernstig → nerveuze stoornissen (O2 nood, oedeem neuronen, coma) + hyper K door hemolyse (rillingen, hartaritmie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Diagnose hypotone (hyper)hydratatie

A
  • Adhv anamnese, veel gedronken?
  • Hemolyse; hemoglobinurie, hemoglobinaemie
  • BLOED: grote RBC, lage Hct en elelektrolyten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

DDx hypotone (hyper)hydratatie

A
  • Cu-intoxicatie (hemolyse)
  • Brassica intoxicatie (hemolyse door bevroren koolsoorten)
  • Babesiose (Red-Water-Fever, teek-gemedieerd)
  • Leptospirose (rattenziekte)
  • HBurie door Clostridium (hemolyse)
  • HBurie puerperaal (door te lage P rond partus)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Prognose hypotone (hyper)hydratatie

A

Mild: spontane genezing
Ernstig: slechte prognose (nerveuze sympt + longoedeem)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Behandeling hypotone (hyper)hydratatie

A

Mild: oraal hypertoon NaCl 5%
Ernstig: 5ml 5% NaCl /kg LG, evt bloedtransfusie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Etiologie isotone dehydratatie

A
  • Diarree (NIET osmotisch)
    → door verhoogde darmpermeabiliteit
    → door verhoogde secretie uit krypten
    → door verminderde absorptie
  • Bloeding of verlies wondvocht (eiwitrijk)
  • Verlies isotoon vocht van lichaamsholtes (bijv. ascites)
  • Overmatig zweten, chronisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Pathogenese isotone dehydratatie

A

Hypovolemie met daling BD, compensatie:
* Renine - Angiotensine → Aldosterone → Na retentie
* Baroreceptoren prikkelen S → snellere hartslag en VC
* S stimuleert ADH → aquaporiën → meer H2O reabsorptie
(indien O2 tekort → ketonen (in lever) en anaeroob metabolisme overige weefsels (lactaat) → acidose → hyper K)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Symptomen isotone dehydratatie

A
  • Verminderde huidturgor + diepliggende ogen
  • Snellere pols
  • Moeilijk opzetten van de vene
  • Oligurie (minder urine)
  • Hypothermie door perifere vasoconstrictie (S)
  • BLOED: hoog Hct, evt anoxisch en hoog K bij acidose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Prognose isotone dehydratatie

A

Afhankelijk van primaire oorzaak en hoeveelheid vochtverlies.

17
Q

Behandeling isotone dehydratatie

A
  • Vochttherapie isotoon vocht (0,9% NaCl)
  • Fysiologisch vocht / tetanosvocht
    (bij hypoproteïnemie ook eiwitten)
18
Q

Etiologie hypertone dehydratatie

A
  • Onvoldoende wateraanvoer
  • Waterverlies door:
    → diabetes insipidus (geen ADH)
    → diabetes mellitus (osmotische diurese door hyperglycemie)
    → interstitiële nefritis
    → Vit D intoxicatie
    → osmotische diarree
19
Q

Pathogenese hypertone dehydratatie

A

OD ECW > ICW, dus water van intra- naar extracellulair tot evenwicht (overal dehydratatie), compensatie:

  • Osmoreceptoren zorgen voor stijging ADH → aquaporiën → meer H2O reabsorptie
  • Lage BD → renine - angiotensine → aldosterone → Na retentie → OD ECW stijgt → meer H2O aangetrokken (minder diurese)
  • OD ECW zorgt voor dorst!
20
Q

Symptomen hypertone dehydratatie

+ bloedbeeld

A
  • Verminderde huidturgor + diepliggende ogen
  • Snellere pols
  • Moeilijk opzetten van de vene
  • Oligurie (weinig urine, hoge dichtheid), tenzij nierprobleem
  • Dorst, droge mond, weinig speeksel, weinig eetlust
  • Droge faeces (tenzij osmotische diarree)
  • BLOED: hoog Hct, valse stijging eiwitten + elektrolyten (evt nierinsufficiëntie beeld)
21
Q

Prognose hypertone dehydratatie

A

Oorzaak diarree / onvoldoende opname: goed
Oorzaak diabetes / nier: slecht
Letaal bij H2O verlies 15-25% LG

22
Q

Behandeling hypertone dehydratatie

A
  • Zuiver water oraal, frequent kleine hoeveelheden

* Parenteraal isotone (5%) glucose IV

23
Q

Oedeem

A

Overmaat van vocht in bepaalde lichaamsdelen, lokaal of systemisch.

24
Q

4 Grote oorzaken van oedeem

A

1) Verhoging vd intravasculaire druk (bijv. door hartinsuff)
2) Daling vd colloid osmotische druk (COD)
3) Toename vd bloedvatpermeabiliteit (vaak lokaal)
4) Blok in lymfedrainage (trauma/ontsteking/immobilisatie/…)

25
Q

Etiologie oedeem

A
  • Iatrogeen door teveel isotoon NaCl
  • Hartinsufficiëntie (verhoging intravasculaire druk)
  • Leverstoornissen (portale hypertensie met ascites)
  • Albumineverlies via darm of nier
  • Algemene hypoproteïnemie, daling OD, stimulatie aldosterone en ADH
26
Q

Symptomen oedeem

A
  • Zwelling (gemakkelijk putje in te duwen)

* Ascites (buik), hydrothorax (pleurale holte), hydropericard

27
Q

Diagnose oedeem

A
  • Niet pijnlijke zwelling, indrukbaar, koud
  • Serum eiwit laag
  • Leverfunctietesen, bloedonderzoek
  • Punctie: eiwit- en celarm vocht
    (wel pijn → evt. ontstekingsoedeem; rubor, calor, dolor, tumor)
28
Q

Behandeling oedeem

A
  • Oorzaak (onderliggende pathologie) behandelen!

* Diuretica, bandage en drainage kan helpen

29
Q

Je hebt een kat met diabetes die binnenkomt met een gedaalde huidturgor, diepliggende ogen en de bloedstaal vertoont hyperproteïnemie en gestegen Hct.
Wat heeft de kat?
Hoe zie je dat?
Hoe is de zuur-base balans?

A

De kat heeft een hypertone dehydratatie.
Indicaties: diabetes, gedaalde huidturgor + diepliggende ogen en (schijnbare) hyperproteïnemie + hoog Hct.
Zuur-base balans: lage pH, metabole acidose
Door gedaald bloedvolume is er minder O2 toevoer naar de weefsels en gaat het metabolisme meer anaëroob werken → lactaatvorming → acidose.