Vrooman, C. (2014) Visies op Verschil, in Vrooman, C., Gijsberts, M. en Boelhouwer, J., Verschil in Nederland - Sociaal en Cultureel Rapport. Flashcards

1
Q

Welke drie typen cultureel kapitaal onderscheidt Bourdieu

A

Belichaamde vorm  lichamelijke of geestelijke vormen: leren hoe jemoet leren, taal-Object gebonden vorm  gebrek aan literatuur, bureau-Geïnstitutionaliseerde vorm  diploma’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is cultureel kapitaal, wat is sociaal kapitaal en wat is symbolisch kapitaal?

A

Cultureel  muziek, kleding, eten, kunst, (boeken?)-Sociaal  onderhouden sociale relaties, gebruiken van netwerk-Symbolisch  status, de manier waarop mensen naar anderen kijken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe kunnen (groepen) mensen macht ontlenen aan de vormen van kapitaal die ze bezitten?

A

Bourdieu  alle vormen van kapitaal zijn hulpbronnen waaraan individuen, groep en klassen macht ontlenen (kapitaal = hulpbron = macht)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is culturele hegemonie?

A

de dominante culturele normen, waarden, overtuigingen en praktijken die door een bepaalde groep of maatschappij worden gepromoot en als normaal of natuurlijk worden beschouwd)-Het cultureel kapitaal van actoren vindt zijn oorsprong in het ouderlijk milieu tijdens de vroege levensfasen, maar in het vestigen van de culturele hegemonie speelt het onderwijs een belangrijke rol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly