Voc. au cabinet du médecin Flashcards

1
Q

gaan naar

A

aller à (chose)
aller chez (personne)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

zijn dokter raadplegen

A

consulter son docteur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

in de praktijk

A

en cabinet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

een huisbezoek

A

une visite à domicile

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

een medisch onderzoek ondergaan

A

subir un examen médical

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

een diagnose stellen

A

poser un diagnostic

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

zijn diagnose geven

A

donner son diagnostic

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

voorschrijven

A

prescrire

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

een voorschrift

A

une prescription

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

syn. une prescription

A

une ordonnance

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

medicamenten nemen

A

prendre des médicaments

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

een attest

A

une attestation

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

een medisch (afwezigheids)attest

A

un certificat médical (d’absence)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

het verschuldigde bedrag

A

le montant dû

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

terugbetalen

A

rembourser

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

een terugbetaling

A

un remboursement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

een terugbetaling uitvoeren

A

effectuer un remboursement

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

verwittigen

A

prévenir

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

de werkgever

A

l’employeur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

de bediende

A

l’employé

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

opplakken, kleven

A

coller

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

een vignetn het mutualiteitsstrookje

A

une vignette

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

zich voelen

A

se sentir

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

genezen

25
een genezing
une guérison
26
Een attest van de geleverde zorg
une attestation des soins donnés
27
médicamenten nemen
prendre des médicaments
28
naar de mutualiteit gaan
aller à la mutualité
29
de documenten naar de mutualiteit opsturen
envoyer des documents à la mutualité
30
de (gezondheids)zorgverzekering betaald terug via de mutualiteiten (?)
l’assurance des soins de santé rembourse via les mutualités
31
een afspraak maken
fixer un rendez-vous
32
een afspraak "nemen" bij de dokter
prendre rendez-vous chez le médecin
33
de dokter onderzoekt de patient
le médecin ausculte le patient
34
de apotheek
la pharmacie
35
een (medisch) voorschrift krijgen voor de nodige medicamenten
recevoir une prescription (médicale) pour les médicaments nécessaires
36
de "bureau" van de dokter binnengaan
Entrer dans le cabinet du médecin
37
ziek worden/vallen
tomber malade
38
een rekeningnummer
un compte bancaire
39
het honorarium
les honoraires
40
een document dat als bewijs dient
Un document justificatif
41
het te betalen bedrag
Le montant à payer
42
een ontvangstbewijs
Un accusé de réception
43
ergens op staan
Figurer sur qqch
44
een stap ondernemen
Faire une démarche
45
een voordeel
un avantage
46
beheren
gérer
47
het milieu
l'environnement
48
de termijn
le délai
49
de termijn laten verlopen
laisser courir le délai
50
een vergissing
Une erreur
51
de richtlijnen van de arts
Les consignes du médecin
52
de christelijke mutualiteit
la mutualité chretienne
53
het neutraal ziekenfonds
les mutualités neutres
54
de socialistische mutualiteit
la mutualité socialiste
55
de liberale mutualiteit
la mutualité liberal
56
het onafhankelijk ziekenfonds
la mutualité libre
57
hulpkas voor ziekte- en invaliditeitsverzekering
la caisse auxiliaire d'assurance maladie et invalidité
58
kas der geneeskundige verzorging van HR rail
HR rail css, la caisse des soins de santé