Unité 4 : Le crime Flashcards
een misdaad
un crime
nat zijn
être mouillé
een trouwring
une alliance
een winterperiode
une période hivernale
een moord (plegen)
(commettre) un meurtre
een zelfmoord
un suicide
een wapen
une arme
een schuldige
un coupable
een medeplichtige
un complice
de softdrug
la drogue douce
de harddrug
la drogue dure
de wetgeving
la législation
straffeloos maken
la dépénalisation
aangeven
dénoncer
de stepping-stone theorie
l’escalade
de repressie
la répression
het bezit (voor eigen gebruik)
la détention (à usage personnel)
vervolgen
poursuivre en justice
het verstoren van de openbare orde
le trouble à l’ordre publique
de verzwarende / verlichtende omstandigheden
les circonstances aggravantes / atténuantes
het parket
le parquet
de hersenschade
les dégâts cérébraux