Type D persoonlijkheid Flashcards

1
Q

wat is het genderverschil tussen mannen en vrouwen bij pijn op de borst?

A

Vrouwen rapporteren meer vage klachten zoals kortademigheid, hartkloppingen, gebrek aan energie, duizeligheid, rugpijn, misselijkheid. En mannen rapporteren meer pijn op de borst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat zijn psychosociale factoren voor coronaire hartziekten?

A
  • Type A gedrag
  • Boosheid en hostiliteit
  • angst
  • depressie
  • persoonlijkheid
  • Type D persoonlijkheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe werkt type A gedrag als risicofactor voor coronaire hartziekten?

A

zeer competitief ingesteld, gedreven, prestatiegericht en zijn daar heel vel in. Laten meer boosheid en hostiliteit zien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe werkt boosheid en hostiliteit als risicofactor voor coronaire hartziekten?

A

hebben een slechtere prognose en verhoogd risico op cardiovasculair event. Hebben last van een verhoogde bloeddruk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe werken angst depressie en stress als risicofactor voor coronaire hartziekten?

A

Wie zich langere tijd somber, gestrest of angstig voelt heeft langdurige stresshormonen in het bloed –> bloeddruk en hartslag stijgen en afweer vermindert –> ontwikkeling slagaderverkalking gaat sneller. Daarnaast hebben ze vaak ongezonder gedrag: minder bewegen, meer roken, ongezonder eten en minder therapietrouw
–> hogere kans vernauwing slagaders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe beïnvloedt persoonlijkheid hart en vaatziekten?

A

hostiliteit, neuroticisme en optimisme. Continue invloed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe kunnen persoonlijkheid en mood elkaar beinvloeden?

A

Persoonlijkheid is chronisch aanwezig en mood is episodisch. Kunnen elkaar beïnvloeden en zo de kans op hart en vaatziekten laten toenemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

waaruit bestaat Type D persoonlijkheid?

A

Negatieve affectiviteit

Sociale inhibitie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is Negatieve affectiviteit

A

De neiging emoties negatief te ervaren over lange periode en in verschillende situaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is sociale geremdheid?

A

de neiging om geremd te zijn in expressie van emoties en gedragingen in sociale interactie uit angst voor afkeuring of afwijzing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarmee kan je type D persoonlijkheid meten?

A

Met de DS14. Dit is een screenings vragenlijst voor type D persoonlijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn verklaringen voor cross-culturele verschillen in het gemiddelde level van NA en SI?

A
  • type D heeft een
    genetische basis. Grotendeels verschillen genen tussen SI en NA en zijn het eigen constructen met eigen genetische invloed
    -Invloed van omgeving door economisch en oorlog
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Type D en mentaal welbevinden

A
  • kvl is slechter
  • verwachten een slecht ziektebeloop
  • ervaren vaker stress
  • vaker problemen in sociale, financiële leven
  • ilness percepties zijn anders.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn beperkingen in onderzoek?

A

mannen doen vaker mee, sample sizes verschillen, variabele die ze gebruiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is het verschil tussen type D en depressie voor negatieve emoties?

A

bij depressie staat de somberheid voorop en is episodisch, bij type D kijken ze constant negatief naar dingen en is dus chronisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is het verschil tussen type D en depressie voor Sociale inhibitie

A

bij depressie zijn mensen niet angstig, maar hebben ze geen zin in sociale interactie
Bij type D zijn ze angstig en durven ze geen sociale interactie

17
Q

Gedragsmechanisme type D in de gewone populatie

A

emotioneel gefocuste coping
vermijdende coping
minder sociale support

18
Q

Gedragsmechanisme type D in de cardiovasculaire patiënten:

A

slechte coping, minder sociale support, minder controle, expressie en meer vermijding

19
Q

Hoe is zelfmanagement in type D personen?

A

slecht:

  • ongezonde leefstijl
  • slechtere zelfzorg (coping)
  • slechte therapietrouw: zeggen minder snel tegen de dokter dat ze wat nodig hebben, maar vullen op vragenlijsten vaker in dat ze klachten hebben –> partner
20
Q

Hoe kan slechte therapietrouw verklaard worden?

A
  • sociale inhibitie: groepstherapie

- NA; denken dat de behandeling toch niet goed werkt

21
Q

Screening bij hartrevalidatie

A
lage SES
stress
sociale isolatie
angst
depressie
hostiliteit
type D
22
Q

Waarom screenen voor type D naast depressie?

A

type D zou sneller stoppen met hartrevalidatie door medepatiënten

23
Q

Wat zijn therapeutische mogelijkheden bij type D?

A
  • stress reductie: vooral effect op NA –> mindfullness

verbeteren omgaan met negatieve emoties, coping mechanisme

24
Q

wat is het verschil tussen neuroticisme en NA?

A

neuroticisme is iets breder. Zitten meer componenten in