angst en depressie Flashcards

1
Q

wat zijn mogelijke klachten bij cardiovasculaire ziekte

A
Angst
Depressie
acceptatieproblemen
SOLK
niet adequate coping
ongezonde leefstijl
problemen rondom werkhervatting
overige bijkomende stressoren
(ook partner)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het psychologische behandeldoel?

A

kwaliteit van leven
herstellen emotioneel evenwicht
op een functionele manier omgaan met hartziekte
ontwikkelen gezonde leefstijl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wanneer iemand behandelen

A
  • beperking in dagelijks leven
  • eigen motivatie
  • hulpvraag
  • ernst/intensiteit
  • duur
  • lijdensdruk
  • -> niet altijd behandelen, want er is ook een normale verwerkingsfase
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de overeenkomst tussen depressie en hart- en vaatziekten?

A
  • gewichtsproblemen
  • slaapproblemen
  • vermoeidheid/energieverlies –> conditieverlies hart?
  • cognitieve klachten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is vooral belangrijk om te vragen om na te gaan hoe het met de stemming is?

A

of iemand nog kan genieten. Lichamelijk klachten meer op acthergrond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat zijn de mechanisme achter depressie en hart- en vaatziekten?

A
Gedragsmechanismen:
- therapietrouw
- ongezonde leefstijl
Fysiologisch
- cortisol
- veranderingen immuunsysteem
- verhoogde stollingneiging
- mogelijke breinschade
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke differentiaal diagnoses zijn van belang?

A
  • lichamelijk
  • medicatie
  • cognitieve achteruitgang bij ouderen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke soorten angst komen vaak voor bij hart- en vaatziekten?

A

paniekstoornis
gegeneraliseerde angststoornis
PTSS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een paniekstoornis

A

recividerende onverwachte paniekaanvallen: plotselinge golf van intense angst of intens onbehangen die binnen enkele minuten een piek bereikt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke symptomen zijn er bij een paniekstoornis

A
hartkloppingen
transpireren
trillen of beven
gevoelens van ademnood/verstikking
gevoel naar adem snakken
pijn op de borst
misselijkheid
duizeligheid
koude rillingen/opvliegers
verdoofd/tintelend gevoel
derealisatie
vrees om dood te gaan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke symptomen komen overeen met hartaanval?

A
hartkloppingen
transpireren
trillen of beven
pijn op de borst
misselijkheid
verdoofd of tintelend gevoel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is de paniekcirkel?

A

Een stressvolle situatie leidt tot lichamelijke symptomen –> symptomen worden waargenomen en geïnterpreteerd –> de interpretatie is een rampscenario: flauwvallen, hartaanval, dood gaan –> nieuwe lichamelijke klachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn de mechanismes achter angst en hart en vaatziekten?

A

gedragsmechanisme:
- roken, alcohol
- therapietrouw
BIologische mechanisme
- hypertensie
- immuunsysteem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de behandeling bij paniekstoornis?

A

leren verdragen/herkennen van lichamelijke sensaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is de behandeling bij GAS?

A

piekergedrag leren verinderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is de behandeling bij PTSS?

A

EMDR

17
Q

Wat zijn de meest voorkomende protecollen bij angst?

A

psychoeducatie, klachtenregistratie/activiteitenregistratie, gedragsmatige elementen
cognitieve elementen
terugvalpreventie

18
Q

waaruit bestaan gedragsmatige elementen?

A

balans tussen spanning en ontspanning
activatie
exposure

19
Q

Hoe wil je de cirkel van negativiteit en passiviteit verbreken?

A

structuur aanbrengen
time management
assertiviteit

20
Q

Hoe behandel je angst?

A
  1. gedrag
  2. hoe kwam het –> dagboekje bijhoudne
  3. therapiekeuze: CGT, ACT, schematherapie, mindfulness, EMDR
21
Q

wat staat centraal in de behandeling van depressie? en bij angst?

A

motivatie, exposure