Taak 3 Surfing the third wave Flashcards

1
Q

Welke behandelingen vallen onder de ‘third wave’?

A

Literatuur: Sturgeon (2014)
* Operante gedragstherapie
* CGT (Cognitieve gedragstherapie; Positieve CGT)
* MBCT (Mindfulness Based Cognitive Therapy) & MBSR (Mindfulness Based Stress Reduction)
* ACT (Acceptance and Commitment Therapy)
* Positieve Psychologie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is MBCT en hoe effectief is het?

A

Literatuur: Shapiro et al. (2006)
Intentie: Het begrijpen waarom > als herinnering aan bredere doelen. Mensen kunnen met 1 intentie beginnen (bv stressvermindering), maar kunnen er meer worden (zelfvrijding).

Aandacht: Moment-tot-moment observeren van interne en externe ervaringen > vereist terugkeer naar huidige moment, opschorten van interpretaties en aandacht besteden aan ervaring zoals die is. Mindfullness kan aandacht verbeteren à zelfregulatie van aandacht sleutelaspect van mindfullness.

Houding: De kwaliteiten die men meebrengt. Zonder oordeel (voorbeeld zoemend geluid → irritant)
Model: model of the potential mechanisms of mindfulness, which suggests that intentionally (I) attending (A) with openness and non-judgmentalness (A) leads to a significant shift in perspective, which we have termed reperceiving. We believe reperceiving is a meta-mechanism of action, which overarches additional direct mechanisms that lead to change and positive outcome.

gaat hand in hand met decentreren, je hebt een beetje detachment en de-automatisation. Subtiele verschillen, door elkaar gebruikt. Niet belangrijk om te weten precies.
* Detachment: afstand
* Decentering: je staat niet meer centraal id ervaring
* De-automatisation: de reacties die veranderen, je automatische reactie verandert.

Gevolgen:(1) self-regulation, (2) values clarification, (3) cognitive, emotional, and behavioral flexibility, and (4) exposure

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is ACT en hoe effectief is het?

A

Literatuur: Young & McCracken
* acceptatie: lijden is niet hetzelfde als pijn
* cognitieve diffusie: voorbeeld van bus (negatieve gedachten/personen en pos gedachten) => functies / invloeden van gedachten uitgedaagd, niet de inhoud en geldigheid van gedachten. “ik heb blijkbaar die gedachte”, het geven van een naam aan je brein/innerlijke criticus. Het herhalen van het woord pijn totdat het de lading verliest bijvoorbeeld.
je komt van je gedachten los > die gedachten komen op
* bewustzijn: hier en nu
* zelf-als-context: iedereen heeft over zichzelf een aantal ideeën: ‘zo ben ik’, ‘ik moet altijd’, ‘ik ben nu eenmaal een pijnpatiënt’
* waarden: bij iemand met pijn > bv stoppen met een activiteit, vermijden van dingen die je doet vanwege pijn. Bij waarden: ‘ookal heb ik pijn, vind het toch belangrrijk dus ga het toch doen’
* commited action: gaan handelen naar …..
* therapeutische behandeling&raquo_space; invulling is heel vrij
* je moet ook dingen doen!!! niet alleen over praten&raquo_space; douchen met yoghurt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is mindfulness?

A

Mindfulness is een inherente staat van bewustzijn die betrekking heeft op het bewust aandacht geven aan je moment-tot-moment ervaringen, waarbij meditatie wordt gebruikt als hulpmiddel om deze staat te bereiken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de drie componenten van het model van mindfulness?

A

De drie componenten zijn: (1) Intentie, (2) Aandacht, en (3) Attitude (mindfulness kwaliteiten).

IAA zijn bouwstenen waaruit andere dingen ontstaan –> verweven processen die tegelijkertijd gebeuren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe wordt intentie binnen mindfulness beschreven?

A

Intenties zetten de toon voor wat mogelijk is en herinneren iemand eraan waarom hij/zij aan het oefenen is, met verschuivingen langs een continuüm van zelfregulatie naar zelfexploratie en zelfbevrijding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat omvat de component van aandacht binnen mindfulness?

A

Antwoord: Aandacht omvat het observeren van moment-tot-moment ervaringen, het loslaten van interpretatie en het richten op de ervaring zelf, inclusief aspecten zoals waakzaamheid, focus en cognitieve inhibitie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat wordt bedoeld met attitude binnen mindfulness?

A

Antwoord: Attitude verwijst naar de kwaliteiten die men in de aandacht brengt, zoals acceptatie, vriendelijkheid en openheid, zelfs in conflicterende ervaringen, om niet voortdurend te streven naar plezierige ervaringen of aversieve ervaringen af te wijzen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is reperceiving binnen het model van mindfulness?
en begrippen; decentering, deautomatization en detachment

A

Reperceiving is een metamechanisme van actie waarbij men zich losmaakt van de inhoud van het bewustzijn om zijn/haar ervaring van moment-tot-moment te bekijken met helderheid en objectiviteit, en omvat aspecten zoals decentering, de-automatization, en detachment.

Reperceiving =
- Decentering: uit iemand directe ervaring stappen, en daardoor de kern van die ervaring veranderen.

  • Deautomatization: ongedaan maken van automatische processen die perceptie en cognitie controleren.
  • Detachment: onderling samenhangende processen van ‘afstand nemen’, ‘een fenomenologische houding
    aannemen’ en uitbreiding van ‘aandachtsruimte’.

-> Al deze concepten delen in kern een fundamentele verschuiving in perspectief.
-> Deze verschuiving wordt vergemakkelijkt door mindfulness – proces van opzettelijk, met openheid, niet oordelend
moment-tot-moment bekijken (IAA).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de additionele mechanismen die kunnen voortkomen uit reperceiving in mindfulness-beoefening?

A

Zelfregulatie en zelfmanagement: Door reperceiving worden we niet langer beheerst door toestanden zoals angst of vrees, maar kunnen we ze als informatie gebruiken, waardoor zelfregulatie mogelijk wordt.

Waardenverheldering: Reperceiving helpt mensen inzicht te krijgen in wat betekenisvol voor hen is en biedt de mogelijkheid om waarachtiger waarden te herontdekken en te kiezen.

Cognitieve, emotionele en gedragsmatige flexibiliteit: Reperceiving bevordert adaptief en flexibel reageren op de omgeving door helderheid te verschaffen over situaties en interne reacties, wat resulteert in een grotere vrijheid in reacties.

Exposure (blootstelling): Directe blootstelling leert dat emoties, gedachten en lichaamssensaties niet zo overweldigend zijn als ze lijken, waardoor angstreacties en vermijdingsgedragingen kunnen uitdoven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat houdt acceptatie in binnen de context van mindfulness?

A

Acceptatie, binnen de context van mindfulness, omvat het bewust toelaten van of openstaan voor alle ervaringen, inclusief gedachten, emoties en lichamelijke sensaties, zonder deze te veroordelen of te proberen ze te veranderen. Het impliceert een bereidheid om te ervaren wat er op dit moment aanwezig is, zelfs als het ongemakkelijk of pijnlijk is, met de intentie om actief deel te blijven nemen aan het leven ondanks deze moeilijkheden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat wordt bedoeld met psychologische flexibiliteit in de context van Acceptance and Commitment Therapy (ACT)?

A

Psychologische flexibiliteit verwijst naar het vermogen om bewust en doelgericht te handelen, zelfs in het licht van ongemakkelijke gedachten, emoties en sensaties. Het betekent niet alleen het kunnen accepteren van deze innerlijke ervaringen, maar ook het vermogen om flexibel te reageren op veranderende omstandigheden, in lijn met persoonlijke waarden en doelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke kernprocessen omvat ACT om psychologische flexibiliteit te bevorderen?

A

Acceptatie: Bereid zijn om ongemakkelijke innerlijke ervaringen toe te laten zonder ze te bevechten of te vermijden.

Cognitieve diffusie: Het vermogen om afstand te nemen van en minder vast te zitten in negatieve gedachten door ze te observeren zonder er volledig in op te gaan.

Bewustzijn van het huidige moment: Het vermogen om volledig aanwezig te zijn in het hier en nu, zonder te worden afgeleid door verleden of toekomst.

Zelf als context: Het vermogen om een ruimere, meer observerende en niet-oordelende houding aan te nemen ten opzichte van de innerlijke ervaringen, waarbij men zich realiseert dat men meer is dan de gedachten en emoties die komen en gaan.

Waarden: Het identificeren van persoonlijke waarden en het bewust kiezen om acties te ondernemen die in lijn zijn met deze waarden, zelfs als dit ongemak met zich meebrengt.

Toegewijde actie (committed action): Het nemen van doelgerichte acties die consistent zijn met de persoonlijke waarden en die gericht zijn op het bereiken van belangrijke levensdoelen, zelfs in het licht van obstakels en ongemak.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe verschilt ACT van traditionele cognitieve gedragstherapie (CGT)?

A

In tegenstelling tot traditionele CGT, richt Acceptance and Commitment Therapy (ACT) zich minder op het veranderen van de inhoud van gedachten en emoties, en meer op het veranderen van de relatie met deze innerlijke ervaringen. Terwijl CGT zich concentreert op symptoomvermindering door gedachten en emoties te identificeren en te wijzigen, moedigt ACT aan tot acceptatie van deze ervaringen en het nemen van acties die consistent zijn met persoonlijke waarden, zelfs in het licht van ongemak. ACT plaatst dus een sterke nadruk op het vergroten van psychologische flexibiliteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn enkele kritiekpunten op ACT?

A

Kritiek op ACT omvat onder andere de suggestie dat het geen significant nieuw of effectiever model is dan traditionele CGT-methoden, en dat er onvoldoende empirisch bewijs is om te ondersteunen dat ACT effectiever is dan andere bestaande therapieën. Bovendien wordt beweerd dat sommige methoden van ACT afgeleid zijn van bestaande technieken en dat ACT niet altijd voldoet aan de criteria van empirisch ondersteunde behandelingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe effectief is Acceptance and Commitment Therapy (ACT)?

A

Over het algemeen tonen studies aan dat ACT effectief is in het verminderen van symptomen en het verbeteren van het welzijn bij verschillende psychische aandoeningen, zoals angststoornissen, depressie, chronische pijn, en verslavingen. Meta-analyses laten matige effectgroottes zien voor ACT in het algemeen. Hoewel er nog meer onderzoek nodig is naar de kosteneffectiviteit ervan, suggereren studies dat ACT kan leiden tot vermindering van medicatiegebruik, medische bezoeken en een hogere terugkeer naar werk bij sommige patiënten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat zijn de bevindingen van Veehof (2016) over de effectiviteit van Acceptance and Commitment Therapy (ACT) en mindfulness-gebaseerde interventies voor de behandeling van chronische pijn?

Antwoord:

A

De meta-analyse van Veehof (2016) toonde aan dat op acceptatie en mindfulness gebaseerde interventies matige effecten hebben op gunstige uitkomsten, vooral op de lange termijn. Na de behandeling werden kleine effecten gevonden voor pijnintensiteit, depressie, invaliditeit en kwaliteit van leven, terwijl matige effecten werden gevonden voor anxiety en pijninterferentie. ACT toonde hogere effecten op depressie en angst in vergelijking met mindfulness-based stress reduction (MBSR) en mindfulness-based cognitive therapy (MBCT). Over het algemeen worden mindfulness en psychologische flexibiliteit beschouwd als de belangrijkste veranderingsprocessen in op acceptatie en mindfulness gebaseerde behandelingen voor chronische pijn.

18
Q

Wat is de rol van mindfulness en psychologische flexibiliteit in op acceptatie en mindfulness gebaseerde behandelingen voor chronische pijn volgens Veehof (2016)?

A

Mindfulness en psychologische flexibiliteit worden beschouwd als de belangrijkste veranderingsprocessen in deze behandelingen, waarbij mindfulness verwijst naar intentioneel en niet-oordelend bewustzijn, terwijl psychologische flexibiliteit het vermogen is om in open contact te zijn met gedachten en gevoelens en gedrag te veranderen om levensdoelen te realiseren.

19
Q

Welke interventie toonde hogere effecten op depressie en angst in vergelijking met mindfulness-based stress reduction (MBSR) en mindfulness-based cognitive therapy (MBCT) volgens Veehof (2016)?

A

Acceptance and Commitment Therapy (ACT) toonde hogere effecten op depressie en angst dan MBSR en MBCT.

20
Q

Effectiviteit van positieve psychologie interventies bij chronische pijn

Peters (2017) Happy Despite Pain: A Randomized Controlled Trial of an 8-Week Internet-delivered Positive Psychology Intervention for Enhancing Well-being in Patients With Chronic Pain

A

Studie: Peters (2017) voerde een randomized controlled trial uit om de effecten van internet-gebaseerde positieve psychologie interventies te onderzoeken bij patiënten met chronische musculoskeletale pijn.

Methode: De studie omvatte 276 deelnemers verdeeld over drie condities: een internet-gebaseerd positieve psychologie programma, een internet-gebaseerd cognitief gedrag programma en een wachtlijst controle.

Resultaten: Beide behandelingen leidden tot verhogingen in geluk en verlagingen in depressie. Er was geen significant verschil in effectiviteit tussen de twee interventies, maar dit effect werd gemodereerd door opleidingsniveau. Patiënten met een hogere opleiding profiteerden meer van positieve psychologie interventies dan van cognitieve gedragstherapie.

Discussie: De resultaten tonen aan dat internet-gebaseerde zelfhulp interventies van zowel positieve psychologie als cognitief gedrag klinisch nuttig zijn bij de behandeling van chronische pijn. Echter, geen van beide interventies verminderde significant lichamelijke beperkingen of pijnintensiteit.

21
Q

verschil 1e, 2e, 3e golf therapieën

A

Er heeft een verschuiving plaatsgevonden van de focus op het veranderen van gedachten en gevoelens (e.g., CGT), naar
de focus op het verminderen van de invloed van gedachten en gevoelens op onze acties

 In plaats van zich te concentreren op de inhoud van iemands gedachten en interne ervaringen, zijn
gedragstherapeuten uit de derde golf in plaats daarvan meer gericht op de context, processen en functies van
hoe een persoon zich verhoudt tot interne ervaringen (d.w.z. gedachten, driften, sensaties).

Van fixing what’s wrong naar building what’s strong

The first wave viewed conditioning as the best way to promote changes in behavior, and the second wave viewed our thinking or cognitions as the gateway to behavioral change. Third wave approaches, such as ACT, turn things on their head.

22
Q

Wat is Positieve Psychologie?

A

Positieve psychologie is een tak van de psychologie die zich richt op het bestuderen van menselijke krachten, deugden en ervaringen die bijdragen aan een bloeiend leven, in plaats van zich uitsluitend te concentreren op het behandelen van pathologieën.

Ontstaan: Positieve psychologie werd opgericht met als doel het leven naar een hoger niveau te tillen door het versterken van motivatie en ervaringen. Het onderzoekt wat het leven waardevol maakt en kwam voort uit de observatie dat gelukkige mensen langer leven.

23
Q

De broaden-and-build theorie + testen voor deze theorie

A

De broaden-and-build theorie stelt dat positieve emoties de mindset van een persoon verbreden, waardoor persoonlijke hulpbronnen kunnen worden opgebouwd. Dit houdt in dat positieve emoties niet alleen dienen voor directe overleving, maar ook problemen oplossen met betrekking tot persoonlijke groei en ontwikkeling.

Testen:
Voorbeeld 1: Global-Local Visual Processing Task: In dit experiment werden deelnemers blootgesteld aan verschillende emoties, zoals vreugde, kalmte, angst, verdriet en neutraliteit (controle). Vervolgens werd onderzocht of mensen in staat waren om breed te denken door middel van een global-local visual processing task. Personen met positieve emoties vertoonden vaker een voorkeur voor het globale perspectief, wat wijst op een verbreed patroon van denken, zoals voorspeld door de broaden-and-build theorie.

Voorbeeld 2: Creativiteit en Integratief Denken: Experimenten hebben aangetoond dat mensen die positieve emoties ervaren, meer creatief en integratief denken. Ze zijn beter in staat om diverse ideeën en informatie met elkaar te verbinden, wat consistent is met de voorspellingen van de broaden-and-build theorie.

Voorbeeld 3: Sociale Interactie: Positieve emoties kunnen ook de sociale interactie verbeteren. Mensen die zich goed voelen, zijn vaak meer open voor nieuwe informatie en hebben een grotere bereidheid om sociale banden aan te gaan, wat bijdraagt aan een bredere sociale ondersteuning en connectiviteit.

Conclusie: Deze experimenten bieden empirisch bewijs voor de broaden-and-build theorie door aan te tonen dat positieve emoties leiden tot verbrede denkpatronen, creativiteit, integratief denken en verbeterde sociale interacties, wat op zijn beurt bijdraagt aan het opbouwen van persoonlijke hulpbronnen en welzijn.

24
Q

Effect van Positieve Emoties op Chronische Pijn

A

Fredrickson (2003) onderzoekt de adaptieve rol van positieve emoties en hun impact op het welzijn en de fysiologische reacties van individuen.

Theorie: Positieve emoties hebben de neiging de mindset van een persoon te verbreden, wat resulteert in meer creatief, integratief en flexibel denken. Dit kan leiden tot het ontdekken van nieuwe ideeën, acties en sociale banden.

Conclusie: Positieve emoties hebben niet alleen directe voordelen voor het welzijn, maar kunnen ook bescherming bieden tegen de schadelijke effecten van negatieve emoties en toekomstig welzijn en bredere denkpatronen voorspellen. Het cultiveren van positieve emoties kan dus gunstig zijn voor het beheer van chronische pijn.

25
Q

Learned helplessness =

A

een begrip gebruikt om te beschrijven hoe hopeloosheid en andere negatieve gedachtes
kunnen leiden tot klinische depressie. Het is een staat waarbij mensen geloven dat ze een situatie niet kunnen
controleren of veranderen, dus ze proberen het niet eens.

26
Q

Undoing Hypothese (zie afbeelding P63)

A

Deze hypothese suggereert dat positieve emoties de negatieve fysiologische effecten van negatieve emoties kunnen verminderen. Onderzoek toont aan dat mensen die een positieve emotie ervaren na een angstige emotie sneller fysiologisch herstellen dan degenen die een neutrale of verdrietige emotie ervaren.

27
Q

Definitie, Dimensies en Uitkomsten van Veerkracht bij Chronische Pijn

A

Veerkracht bij Chronische Pijn: Integrerend perspectief dat eigenschappen en mechanismen belicht voor duurzaamheid van een goed leven en herstel van distress.

Dimensies:
Veerkracht als aanpassingspoging.
Verschillende veerkracht bij verschillende stressors.
Kwaliteiten van persoon en sociale wereld die veerkracht voeden.

Uitkomsten:
Herstel: Evenwicht na nare gebeurtenissen.
Sustainability: Doorzettingsvermogen en positieve emoties.
Groei: Verbeterd begrip van capaciteiten.

28
Q

Persoonlijkheid, Emotionele en Cognitieve-Gedrag Aspecten van Veerkracht

A

Persoonlijkheid:

Optimisme: Neiging tot positieve verwachtingen ondanks onzekerheid, bevordert actief blijven en doelen bereiken.
Doel in Leven: Begrip en richting in huidig en toekomstig leven, geeft betekenis en intentie om doelen te behalen.
Pijn Acceptatie: Bereidheid om pijn te ervaren, bevordert adaptieve coping.

Emotioneel:

Positief Affect: Ervaren van positieve emoties, versterkt coping bij stress. (broaden-and-build theory) (Dynamisch model van affect DMA–> pos en neg affecten worden meer negatief onder omstandigheden van stress)
Discrete Emotionele Kennis: Vermogen om emoties te herkennen, associëren en reguleren.
Zelf Gefocuste Aandacht: Aandacht voor eigen emoties, gebruikt voor coping bij stress.

Cognitief-Gedrag:

Actieve Coping: Gerichte acties om pijn te controleren ondanks ervaring, leidt tot hogere fysieke activiteit en sociale interactie.
Voordelen Vinden: Herstructurering van cognities voor positieve uitkomsten, efficiënte reactie op stressoren.

29
Q

Trait en State Componenten, Sociale Veerkracht Bronnen en Methodologische Moeilijkheden

A

Trait en State: Stabiele eigenschappen versus dynamische processen.

Sociale Veerkracht: Sociale steun en omgevingsfactoren.

Methodologische Moeilijkheden: Breedte van Chronische Pijn, Demografische Factoren.

30
Q

Criteria voor Veerkracht bij Pijn en Conclusie

A

Criteria voor Veerkracht: Adaptieve coping, Geloven in controle, Emotionele kennis, Optimistische levenshouding.

Conclusie: Veerkracht essentieel voor effectieve aanpassing aan chronische pijn.

31
Q

Er zijn verschillende kwaliteiten van een persoon en zijn/haar omgeving die leiden tot veerkracht.
Je kunt deze verdelen in 2 categorieën:

A
  • Veerkracht bronnen: stabiele persoonlijke eigenschappen, zoals extraversie en optimisme en voordelige sociale
    situaties zoals sterke familieband
    o Dit leidt tot voordelige veerkracht mechanismes (zie hieronder)
  • Veerkracht mechanismes: cognities, affect en gedrag dat wordt toegepast als er blootstelling aan de stressor is
    o Deze mechanismes veranderen de relatie tussen pijn en uitkomst door het versterken van coping
    responses op pijn.

Bronnen van veerkracht en risico factoren en kwetsbaarheden kunnen het best als aparte constructen gezien worden (en dus niet persé als tegenovergestelde van elkaar).

32
Q

Wat zijn de belangrijkste bevindingen van het artikel “Can positive affect attenuate (persistent) pain? State of the art and clinical implications” door Hanssen (2017)?

A

Het artikel bespreekt recente bevindingen over interventies op positief affect en pijn-gerelateerde uitkomsten. Het benadrukt dat positief affect significant de ervaring van pijn vermindert bij zowel gezonde als patiënten populaties. Positieve affect interventies verminderen pijngevoeligheid en versterken welzijn ondanks de pijn, en kunnen de effectiviteit van bestaande behandelingen verbeteren door psychologische en biologische pathways te beïnvloeden.

33
Q

Hoe wordt positief affect gedefinieerd volgens het artikel?

A

Positief affect verwijst naar een staat van positieve emoties en stemmingen, zoals vreugde, plezier en geluk, die een individu ervaart.

34
Q

Hoe kan positief affect de ervaring van pijn beïnvloeden op biologisch niveau?

A

Positief affect kan de ervaring van pijn beïnvloeden door verschillende biologische processen te beïnvloeden, waaronder veranderingen in hersenstructuren, stressrespons, en ontstekingsreacties.

35
Q

Pathways van Positief Affect in Pijnmanagement
Hoe kan positief affect bijdragen aan het management van pijn op gedragsniveau?

A

Positief affect kan helpen bij het tegengaan van angst-vermijdingspatronen, het verbreden van aandacht en het bevorderen van gedragsflexibiliteit, waardoor positieve aanpassing aan pijn wordt versterkt.

36
Q

Wat zijn de klinische implicaties van het gebruik van positief affect in de behandeling van chronische pijn?

A

Positieve psychologie interventies kunnen een waardevolle aanvulling zijn op bestaande behandelingen voor chronische pijn, omdat ze leerprocessen kunnen versnellen, positieve verwachtingen kunnen verbeteren en de motivatie en therapietrouw kunnen verhogen.

37
Q

Affectieve staten variëren langs een aantal dimensies:

A

Affect: zowel kortdurende emoties als stabiele moods.
Affectieve staten variëren langs een aantal dimensies:
- Valentie: subjectieve evaluatie van de ervaarde staat (bijvoorbeeld een niet fijn gevoel zoals angst)
- Arousal: activatie van het sympathische zenuwstelsel in reactie op een gebeurtenis (bijv. hyperarousal)
o Arousal is direct gelinkt aan motivatie
- Actie neigingen: motivationele component van emoties (bijv. ontsnappen)
Emoties hebben dus over het algemeen een adaptieve functie: ze passen je gedrag aan obv wat belangrijk is op dat
moment. Echter, wanneer affectieve staten erg intens en lang zijn, vervalt de adaptieve functie. Bij chronische pijn
wordt dit gezien in dat ze pogingen blijven doen om pijn te vermijden.

38
Q

Hoe kan positief affect leerprocessen beïnvloeden bij patiënten met chronische pijn?

A

Positief affect kan overmatige generalisatie van pijn-gerelateerde angst beperken en inhibitory learning bevorderen, waardoor het positieve aanpassing aan pijn kan versterken en de pijnervaring kan verbeteren.

39
Q

Pathways van positief affect en pijn-gerelateerde uitkomsten

A

Een (neuro)biologische pathway:

Chronische pijn en hersenstructuren: Chronische pijn kan gepaard gaan met veranderingen in hersenstructuren die betrokken zijn bij pijnverwerking. Deze veranderingen kunnen invloed hebben op de modulatie van neerwaartse pijn, waarbij positief affect kan helpen bij het verminderen van deze modulatie.

Stressrespons en neurobiologische veranderingen: Pijnsensatie activeert vaak een stressrespons, zoals verhoogde cortisolniveaus, om met de schade om te gaan. Langdurige blootstelling aan stress kan echter maladaptieve neurobiologische veranderingen veroorzaken, vooral in inhiberende pijn pathways, wat kan leiden tot een toename van pijngevoeligheid. Positief affect kan de cortisolniveaus verlagen, onafhankelijk van negatief affect, en zo bijdragen aan het verminderen van deze veranderingen.

Ontstekingsreacties bij pijn: Pijn gaat vaak gepaard met ontstekingsreacties en effecten van inflammatoire cytokines die perifere zenuwen gevoeliger maken. Positief affect kan de ontstekingen verminderen die bij chronische pijn optreden, waardoor zowel perifere als centrale pijn wordt verminderd.

Pathway door het tegengaan van angst-vermijding patronen:

Positief affect kan voorkomen dat individuen in een neerwaartse spiraal terechtkomen die negatieve pijn-gerelateerde uitkomsten verergert. Het kan helpen bij het vermijden van angst-vermijdende patronen en een opwaartse spiraal creëren waarin positieve aanpassing aan pijn wordt versterkt.
Broaden-and-build model van Fredrickson:

Dit model verklaart de voordelige effecten van positieve emoties door het verbredende effect ervan op aandacht, gedachten en gedrag. Positief affect verbreedt de aandacht, buffert pijn-gerelateerde cognities zoals pijn-catastroferen, en bevordert gedragsflexibiliteit, wat kan leiden tot een verbeterde ervaring van pijn.
Pathway door verbeterd leren:

Conditionering speelt een belangrijke rol bij het leren van voorspellen van pijn, maar het kan moeilijk zijn om de specifieke voorspellers van pijn te identificeren. Positief affect kan helpen bij het beperken van angst en vermijdingsgedrag door het verbeteren van leerprocessen, zoals het limiteren van overmatig generaliseren van pijn-gerelateerde angst en het bevorderen van inhibitory learning.

40
Q
A