T4: Netwerkversterkend werken met de buurt Flashcards

1
Q

Vermaatschappelijking van de zorg verwijst naar:

A

= het streven om mensen met beperkingen, chronisch zieken, kwetsbare ouderen, jongeren met gedrags- en emotionele problemen, mensen die in armoede leven, een eigen zinvolle plek in de samenleving te laten innemen, hen daarbij waar nodig te ondersteunen en de zorg zoveel mogelijk geïntegreerd in de samenleving te laten verlopen in plaats van binnen de muren van voorzieningen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Vermaatschappelijking betekent de-institutionaliseren

A

mensen met ondersteuningsnoden zoveel mogelijk laten deelnemen aan de samenleving.

Gespecialiseerde opvang is pas nodig als alle andere bronnen uitgeput zijn: de krachten van de persoon zelf, zijn familie/mantelzorger, de buurt en reguliere dienstverlening. Dit kan bijdragen tot verhoging van de kwaliteit van leven op diverse levensdomeinen.

het daagt de betrokken actoren uit om meer voor elkaar te betekenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Exclusie of uitsluiting

A

De toegang tot de samenleving wordt geweigerd. Je hoort er niet bij omwille van een specifieke kwetsbaarheid, beperking of handicap.

Bv. je mag niet naar een verjaardagsfeestje omdat je verblijft in een residentiële voorziening voor bijzondere jeugdzorg.

Bv. de school stelt zich niet open voor kinderen met een verstandelijke beperking.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Segregatie

A

Personen leven gescheiden van de rest van de bevolking omwille van een gemeenschappelijk kenmerk, vb. fysieke beperking, etniciteit, psychische problemen,… Deze groepen hebben een nauw contact met elkaar maar niet of nauwelijks contact met de rest van de samenleving.

Bv. een residentiële voorziening voor personen met een verstandelijke beperking.
Bv. buurtontwikkeling met aparte delen voor ‘rijke en arme’ burgers
Bv. Paralympische spelen
Bv. Rock for Specials

De term segregatie vraagt ook enige nuancering. De intentie van segregatie is niet steeds vanuit het er niet mogen bijhoren. Het kan om een specialistisch hulpaanbod gaan om cliënten de zorg en ondersteuning te kunnen bieden die zij nodig hebben.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Integratie

A

Iedereen mag meedoen aan desamenleving maar de drempels die een cliënt tegenkomt, dient hij zelf op te lossen. De bestaande structuren doen geen extra inspanning om evt. drempels te vermijden of weg te werken.

Bv. Een persoon die zich verplaatst in een rolwagen kan en mag zich zelfstandig verplaatsen in de binnenstad maar de stadsinfrastructuur (voetpaden, oversteekplaatsen,…) is niet voorzien voor een rolstoel.

Bv. Een kind met ASS mag meegaan op driedaagse schoolreis maar er wordt geen aparte (slaap)kamer voorzien om even tot rust te kunnen komen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Inclusie

A

Bij inclusie gaat het om een volwaardige deelname aan de samenleving. Er wordt geen onderscheid gemaakt met andere burgers, iedereen krijgt gelijke kansen en er is respect voor individuele keuzes. Het gaat dus om de insluiting van kansengroepen in de samenleving.

Bv. een gemeentelijke website die leesbaar is voor personen met een visuele beperking en/of anderstaligen. µ

Bv. een muziekfestival is toegankelijk voor personen met een fysieke beperking.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

De rol van de professional in het inclusieproces

A

Het helpen optimaliseren van de inclusiegedachte en deze als een evidentie binnen de organisatiestructuren en de samenleving mee te verwezenlijken.

De nodige bruggen (helpen) bouwen tussen de cliënt en zijn (directe) omgeving.

De orthopedagogisch begeleider kan de rol van verbinder- coach mee op zich nemen. Via allerlei initiatieven kunnen we de relaties mee uitbouwen.

In de praktijk zien we de verbinders helpen in het realiseren van inclusie a.d.h.v.:
- buddy-projecten
- een cliënt (cliënten) een rol geven in bestaande groepen(organisaties)
- buurtprojecten mee ontwikkelen
- nieuwe ontmoetingsplekken creëren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Omschrijving van kwartier maken / buurtvervlechting

A

Gemeenschappelijk doel: mensen die moeilijk aansluiting vinden door hun kwetsbaarheid of beperking, te laten deelnemen aan het maatschappelijke leven. Het doel is een menswaardig bestaan te midden van andere burgers mogelijk te maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Doelen van kwartiermaken

A

Kwartiermaken kent twee specifieke doelen:
- verhogen van de kwaliteit van leven
- installeren of verruimen van het sociaal kapitaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Doelen van kwartiermaken: verhogen van de kwaliteit van leven

A

Binnen het concept van kwaliteit van leven versterkt kwartiermaken/buurtvervlechting:

  • de zelfbepaling
  • de persoonlijke ontwikkeling,
  • emotioneel welbevinden
  • sociale inclusie
  • interpersoonlijke contacten.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Doelen van kwartiermaken: het versterken van het sociaal kapitaal

A

Voor kwartiermaken en buurtvervlechting is het interessanter om te focussen op “bridging” (overbrugging).

De verbondenheid gebeurt op basis van gemeenschappelijke interesses, situaties en veel minder op basis van gemeenschappelijke status, cultuur of overtuigingen.

De sociale relaties zijn niet zozeer gebaseerd op intensief en blijvend contact tussen mensen maar op oppervlakkig, beperkt en soms tijdelijke contacten die eerder instrumenteel zijn.

Dit kan voldoende zijn om het gevoel te krijgen “erbij te horen” en ervaren te worden als betekenisvolle relaties. Iets wat in groepen met sterke binding veel moeilijker is als nieuwkomer in die groep.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Op welk levensdomein speelt kwartiermaken het meeste in?

A

Uit een onderzoek in Tordale (Torhout) blijkt dat enkel het levensdomein “zelfbepaling” significant groeide bij buurtvervlechting en niet zozeer de domeinen sociale inclusie en interpersoonlijke relaties. De totale beleving van kwaliteit van leven was wel gestegen ten opzichte van hun leven voor buurtvervlechting en in vergelijking met anderen die nog aanbodgericht ondersteund werden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Niches

A

Kwartiermaken en buurtvervlechting richten zich op wat nodig is voor kwetsbare mensen om zich thuis te voelen op bepaalde plekken (niches) in de samenleving, plekken waar ze mogen zijn zoals ze zijn.

Het is streven naar een menswaardig bestaan. Het grote verschil is dat er erkenning is voor het idee dat niet iedereen gelijk is maar wel gelijkwaardig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Uitgangspunten van kwartiermaken

A
  1. Erkenning van de kwetsbaarheid
  2. Gastvrijheid creëren in niches in de samenleving
  3. Opschorting van bepaalde gewoontes of regels zodat aansluiting mogelijk wordt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Uitgangspunten van kwartiermaken: erkenning

A

Er wordt erkend dat de kwetsbare persoon anders is en wellicht anders zal blijven ook al is er een transitie van cliënt naar burger.

Dit verschil geeft fricties en maakt contact moeizaam en ongemakkelijk zowel aan de kant van de kwetsbare burger als aan de kant van andere burgers in de samenleving.

De betrokkene vindt niet vanzelf de weg in de samenleving en voelt snel dat de andere hen niet begrijpt en aanvaardt zoals ze zijn. Het ervaren van uitsluiting heeft grote gevolgen voor de persoon in kwestie. Mensen voelen zich niet erkend. Door gevoelens van angst, schaamte en verdriet, trekken mensen zich terug en raken sociaal geïsoleerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Uitgangspunten van kwartiermaken: gastvrijheid

A

De kwartiermaker of buurtverbinder zorgt ervoor dat de burger die zich uitgesloten voelt, zich welkom kan voelen en begrip ervaart.

Veel activiteiten en organisaties in zorg en welzijn richten zich op het normale waardoor eigenlijk steeds dezelfde mensen bereikt worden.

Daarnaast zijn mensen met een psychische kwetsbaarheid of een beperking jarenlang uit de maatschappij gehaald en beschermd in intramurale voorzieningen.

Dankzij de de-institutionalisering en vermaatschappelijking van de zorg is dit veranderd maar onze maatschappij weet nog niet goed hoe we hiermee kunnen omgaan. Inclusie verloopt zelden spontaan.

Kwartiermaken en buurtvervlechting gaan ervan uit dat een samenleving die ruimte geeft aan betekenisvolle verschillen, rijker en daadkrachtiger is dan een samenleving waar de nadruk ligt op gelijkheid en éénvormigheid.

Streven naar sociale inclusie is niet hetzelfde als streven naar sociale integratie. Sociale integratie is eenzijdig (bijvoorbeeld een inburgeringscursus voor nieuwkomers), bij sociale inclusie wordt van beide kanten een inspanning gevraagd om volwaardig te kunnen deelnemen aan de samenleving.

17
Q

Uitgangspunten van kwartiermaken: opschorting

A

De geldende regels staan participatie van cliënten niet steeds toe.

De kwetsbare mensen voelen de druk om te voldoen aan standaarden waar zij niet aan kunnen voldoen en kunnen daarom niet zichzelf zijn in de meeste plekken in de samenleving.

Sociale integratie blijft moeilijk. Door bepaalde gewoontes, normen en waarden op te schorten, wordt aansluiting mogelijk.

Wat er opgeschort moet worden, is deel van het voorbereidende werk van de kwartiermaker of buurtverbinder samen met alle betrokkenen.

18
Q

Aanpak kwartiermaken

A
  • projectmatig
  • procesmatig
  • participatief
19
Q

Een aantal kenmerken van de handelingstheorie van kwartiermaken die telkens van toepassing zijn:

A
  • Een kwartiermaker/buurtverbinder wordt aangesteld als projectaanjager. (professional)
  • In kaart brengen van wensen en behoeften van de kwetsbare persoon/doelgroep en de buurt, verenigingen, andere diensten.
  • Draagvlak organiseren in betrokken organisaties of samenlevingsverbanden voor deelname van de kwetsbare doelgroep. Het initiatief ligt meestal bij één van volgende actoren:
  • Een lokaal bestuur dat buurtvervlechting opneemt in het lokaal sociaal beleid
  • Ondersteuners van cliënten van een voorziening die “erbij horen” en “betekenisvolle rollen kunnen opnemen” als basisvisie nemen voor hun handelen (in tegenstelling tot aanbodgericht handelen)
  • Cliënten met specifieke vragen
  • Woonzorgcentra, dienstencentra die verplicht worden door het woonzorgdecreet.
  • concrete activiteiten vormgeven en inclusie mogelijk maken
  • krachtgericht werken
  • NIVEA = Niet Invullen Voor Een Ander