Structuurwoordenlijst V5 Flashcards
D’abord
Eerst
Puis
Dan, vervolgens
Ensuite
Vervolgens, dan
Enfin
Ten slotte, uiteindelijk
Finalement
Ten slotte, uiteindelijk
Bien sûr
Natuurlijk
Car
Want
Parce que
Omdat
Ainsi
Zo
Comme
Zoals
Bref
Kortom
Donc
Dus
C’est pourquoi
Daarom
Mais
Maar
Pour + inf
Om te
Pour + subj
Opdat
Cependant
Toch, echter
Malgré
Ondanks
Bien que
Hoewel
Si
Als, indien
Quand
Wanneer, toen
Depuis que
Sinds
De/en plus
Bovendien
En effet
Inderdaad
En général
Over het algemeen
Également
Ook
Certainement
Natuurlijk, zeker
Puisque
Omdat immers
Comme (aan het begin van de zin)
Aangezien
De cette façon
Zo, op die manier
Alors
Dus
De sorte que
Zodat
Par contre
Daarentegen
Quoique
Hoewel, ofschoon
Alors que
Terwijl (tegenstelling)
À moins que
Tenzij
Dès que
Zodra
Jusqu’à ce que
Totdat
Pourvu que
Mits
Au cas où
In het geval dat