4E Flashcards
Bij ons thuis
chez nous
Blijkbaar
apparemment
De geldzorgen
Les soucis d’argent
De zeden
Les mœurs
Een ruzie
Une dispute
Genieten van
Profiter de
Gewoonlijk
Normalement
(goed) contact hebben met
Avoir un bon contact avec, (bien) s’entendre avec
Hard
dur
Iets aan iemand uitleggen
Expliquer quelque chose a quelqu’un
Opgeven
Renoncer (a)
Ploeteren
Galérer
Studeren (in het buitenland)
Faire des études (a l’étranger)
uit elkaar gaan
se séparer
van plan zijn
avoir l.intention de
vieren
fêter
wennen aan
s’habiter a
zich zorgen maken over
s’inquiéter de
Als je… en ..met elkaar vergelijkt
Si l’on compare… avec …,
Dan zie je dat..
On constate que…
Dat ziet er echt ingewikkeld uit
ça a vraiment l’air compliqué
Er zijn weinig verschillen tussen
Il y a peu de différences entre
Het grootste verschil is…
La différence la plus importante est…
Ik mis je!
Tu me manques!
Maak je geen zorgen!
Ne t’inquiète pas!
Overdrijf niet zo!
N’exagère pas!
Wat denk je daarvan?
Qu’est-ce que tu en penses?
Wij hebben de gewoon om te…
Nous avons l’habitude de…
Een eenoudergezin
Une famille monoparentale
Hertrouwen
Se remarier
Het hoofd bieden aan
Faire face à
Onophoudelijk
sans cesse
Met elkaar omgaan
Se côtoyer
Een samengesteld gezin
Une famille recomposée
Scheiden
Divorcer
De stiefmoeder / de schoonmoeder
La belle-mère
De stiefvader / de schoonvader
Le beau-père
