Splen Flashcards

1
Q

Welke 4 ligamenten heeft de milt

A

Het lig. splenocolico, lig. splenorenale, lig. gastrosplenicum en lig. phrenicosplenicum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Beschrijf het verloop van de venen milt?

A

De v. lienalis gaat samen met de v. mesenterica inferior. De v. lienalis vervolgt met v. mesenterica superior om de confluens vena portae te vormen (begin van de v. portae)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Beschrijf de innervatie van de milt.

A

plexus splenicus, uit de plexus coeliacus, ganglion coeliacus sinistra en de n. vagus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is splenunculi?

A

Een accessoire milt bij de hilum van de milt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is specifiek bij een miltruptuur

A

teken van kehr (referred pain) linker schouder. ontstaat door prikkeling diafragma wat prikkeling geeft van n phrenicus sinsitra ramus anterior

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is belangrijk bij het afklemmen van de vaten bij een splenctomie?

A

Eerst de arterie dan vena afklemmen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een alternatieve behandeling bij een miltuptuur?

A

Angioembolisatie: via de a. femoralis naar a. lienalis en met gelfoam of coil het vat emboliseren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Geef 3 indicaties voor een partiële splenectomie.

A

Lymfomen, splenomegalie, infiltratie groei van pancreascarcinoom en mistruptuur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Beschrijf de 2 benaderingen voor de milt.

A

Anterieure benadering: incisie in lig. gastrolienale–> toegang bursa omentalis. Posterieur: incisie lig. splenorenale–> toegang peritoneale ruimte.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Noem oorzaken voor splenomegalie.

A

Leverziekten (cirrose, hepatitis), hematologische maligniteiten, infecties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Noem oorzaken voor hepatosplenomegalie.

A

acute virale hepatitis, infectieuze monoplasmosis, histoplasmosis, hematologische maligniteiten, lysozymale stapelingsziekten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly