SBMS - deel 7 Flashcards

1
Q

‘Echte’ vertigo

A

duizeligheid, 35-55%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

‘near-syncope’ (6)

A

40%, duizeligheid tgv verminderde bloedtoevoer naar hersenen.

  • Orthostase
  • Hypovolemie
  • Vasodilatatie
  • Vasovagaal
  • Ritmestoornis
  • Cardiaal
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Disequilibrium (4)

A

10%, gevoel disbalans bij staan of lopen, vaak secundair aan multipele sensorische stoornissen.

  • Parkinson
  • Cervicale spondylose
  • Perifere neuropathie
  • Vit B12 deficiëntie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

'’Licht in het hoofd’’ (4)

A

Vaag gevoel van ‘licht in het hoofd zijn’ anders dan bovengenoemde 10-25% op basis van verwezen patiënten naar SEH.

  • Angst
  • Hyperventilatie
  • Conversie
  • Psychose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Duizeligheid - onderverdeling

A

echter vertigo -> centraal (15%) vs perifeer (85%)

near syncope,
disequiibrium,
licht in het hoofd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Duizeligheid - perifeer (2)

A

Perifeer (85%)
• Cochleair: BPPD, neuritis vestibularis, M. Meniere, medicatie (aminoglyc)
• Retrochochleair: Vestibulair Schwannoom, meningeoom, schedelbasisfractuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Duizeligheid - centraal (7)

A
Centraal (15%)
•	Vertebrobasilaire insufficiëntie
•	Cerebellair CVA
•	Wallenbergsyndroom
•	Migraine
•	MS
•	Medicatie
•	Zeldzame tumoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Ernstige oorzaken van duizeligheid (5)

A
cereballair CVA,
wallenberg syndroom
TIA  hersensam 
neoplasma
MS
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hyperventilatie / duizeligheid (3)

A

kan leiden tot duizeligheid/neur-syncope of syncope

vertebrobasilaire insufficiëntie, cerebellair infarct of intracerebrale bloeding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hypotensie / duizeligheid

A

Hypotensie veroorzaakt duizeligheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Tachy of bradycardie / duizeligheid

A

afname hartminuutvolume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Onderscheid centrale vs perifere vertigo

A
  • Misselijkheid: Centraal soms misselijkheid, perifeer +++
  • Nystagmus; bij centraal in elke richting en klassiek verticaal, bij perifeer horizontaal of rotatoir vermoeibaar en bij fixatie verminderd.
  • Vertigo is draaiend bij perifeer en ernstiger dan bij centraal
  • Bij centraal is looppatroon en disbalans erg verstoord, bij perifeer meestal gespaard
  • Neurologische afwijkingen meestal bij centrale vertigo en niet bij perifeer
  • Gehoorstoornissen juist wel bij perifeer en niet bij centraal
  • Perifere vertigo begint plots, centraal kan ook langzaam ontstaan
  • Perifeer verergert bij Beweging, bij centraal variabel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Cerebellair CVA

A

veroorzaakt vertigo en ataxie
Hoofdpijn misselijkheid en braken in wisselende mate aanwezig

Test van Romberg (patiënt laten staan met aneengesloten voeten en de ogen laten sluiten) is positief –> instabiliteit of valneiging bij sluiten ogen
• Abducens soms uitgevallen
- Oogdeviatie
- CT geïndiceerd, mogelijk spoedgeval ivm massawerking fossa posterior

centrale oorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wallenbergsyndroom

A

= Lateraal medullair infarct van hersenstam.

symp: Nystagmus, dubbelzien, misselijkheid en braken +

Aan IPSIlaterale zijde infarct:
• Pijn en doofheid gelaat (n. V)
• Ataxie ledematen (cerebellaire vezels)
• Syndroom van Horner (sympathische vezels)
• Dysfagie en heesheid (Nervus IX en X)
• Smaakverlies (nucleus en tractus solitarius)
• Doofheid van arm, romp of been (nucleus cuneatus)

Aan CONTRA laterale zijde
• Gestoorde pijn- en temperatuurzin (tractus spinothalamicus)

centrale oorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Vertebrobasilaire insufficiëntie

A

= TIA van hersenstam tgv vertebrobasilaire insufficiëntie

symp: vertigo,
Dubbelzien, dysfagie, dysartrie, bilateraal visusverlies en BILATERALE afwijkingen
Houdingsveranderingen van invloed, door compressie van ipsilaterale a. vertebralis

Vaak risicofactoren voor cerebrovasculair lijden
Orthosatase kan symptomen verergeren.

centrale oorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Benigne paroxismale positie-afhankelijke duizeligheid (BPPD)

A

Canalolithiasis: accumulatie debris in endolymfe van achterste halfcirkelvormige kanaal
Mn vrouwen 50-70
meestal na 1-5 sec last na een houdingsverandering,

typisch korter dan 30x en recidiverend na houdingsveranderingen
Misselijkheid, braken, nystagmus

Dix-Hallpike kan negatief worden na 2-4 maal, mn icm Eppley manoeuvre –> therapie
Anti-emetica

perifere oorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Neuritis vestibularis (labyrinthitis)

A

= Eenzijdig verlies van perifere vestibulaire functie

symp: hevige vertigo, misselijkheid, braken, spontane nystagmus

Enkele dagen, ernstigste klachten eerste dag

Virale infectie, maar vaak niet aan te tonen.

perifere oorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Ziekte van Menière

A

Toename endolymfe volume me thierdoor distentie endolymfatische systeem.

  • Gestoorde vestibulaire input met gehoorverlies
  • Meestal na 50 jr

Symp: Vertigo, misselijkheid, braken, vol gevoel in aangedane oor, oorsuizen en enkelzijdig gehoorverlies.

Klachten duren aantal uren

Verwijzing KNO arts overwegen.

perifere oorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Onderverdeling hoofdpijn (2)

A

primair / secundair

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Hoofdpijn - primair (3)

A
  • Migraine
  • Spanningshoofdpijn
  • Clusterhoofdpijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Hoofdpijn - secundair (8)

A
  • Hoofd/nek trauma, o.a. subduraal hematoom
  • Craniale of cervicale vaataandoeningen: SAB, reuscelarteriitis, CVA, intracranieel hematoom, cerebrale veneuze trombose, hypertensieve crisis
  • Niet vasculaire aandoeningen: idiopathische intracraniële hypertensie, postdurapunctie, of SNEL groeiende intracraniële tumor
  • Ontwenning: medicatie-afhankelijke hoofdpijn, CO intox
  • Infectie: meningitis, encefalitis, sinusitis, otitis
  • Metabool: hypoxie, hypercapnie, hypoglkemie
  • Craniofaciaal: glaucoom, cervicale spondylose
  • Neuralgieën: o.a trigeminusneuralgie
22
Q

Klinische aanpak bij hoofdpijn op SEH (7)

A
  • Is er bekende hoofdpijn?
  • Plots ontstaan? Ergste ooit? Anders dan ooit te voren?
  • Tekenen van infectie?
  • Recent trauma?
  • Intoxicatie?
  • Papiloedeem?
  • Extracraniële symptomen?
23
Q

Hoofdpijn - alarmsymptomen (9)

A
  • Plots ontstane ‘thunderclap’ hoofdpijn
  • Ergste hoofdpijn ooit (met thunderclap belangrijke aanwijzing voor intracraniële bloeding)
  • Evident anders dan ooit te voren
  • Immuungecompromitteerde status (infecties bijv toxoplasmose)
  • Nieuw ontstane hoofdpijn boven de 50 (glaucoom, intracraniële afwijkingen en reuscelarteriitis)
  • Veranderd bewustzijn
  • Positiieve ‘jolt’ test (verergering bij schudden hoofd)
  • Focale neurologische afwijkingen
  • Rash verdacht voor meningokokkensepsis
24
Q

hoofdpijn icm één wijde lichtstijve pupil

A

is alarmsignaal, o.a. aneurysma op nervus oculomotorius

25
Hoofdpijn icm koorts
menigitis (teken van Brudzinski en Kernig en 'Jolt manoeuvre), maar ook bij SAB
26
Sentinel bleed
= recent ontstane voorafgaande plotse nieuwe hoofdpijn, vaak bij SAB
27
Indicatie voor CT/LP (7)
* Eerste/ernstigste hoofdpijn * Thunderclap headache * Koorts, nekstijfheid, misselijkheid en braken * Nieuw ontstane hoofdpijn boven 50 * Nieuwe hoofdpijn bij bekende maligniteit of HIV * Neurlogische uitval anders dan aura bij migraine * Papiloedeem of sufheid
28
LP veilig bij (3)
- niet comateus is, - geen focale neurologische afwijkingen heeft en - geen papiloedeem
29
SAB
Typisch acuut heftige occipitale hoofdpijn, ergste hoofdpijn ooit, plots ontstaan Kortdurend bewustzijnsverlies mogelijk, soms ook insulten, misselijkheid, braken, meningelae prikkeling (vaak door afbraakproducten in liquor, ontstaan na enkele uren) Sentinel bleed in 10-40% van gevallen, plotselinge heftige hoofdpijn voorafgaand aan SAB BEH: - RR <220/120 mmHg te accepteren - nimodipine voor OK ingreep
30
Ottawa Subarachnoid Hemmorhage Rule:
Voor alerte patiënten ouder dan 15 met ernstige niet traumatische hoofdpijn die maximale intensiteit bereikt binnen 1 uur. NIET voor patiënten met nieuwe neurlogische uitval, eerdere aneurysmata, SAB, hersentumoren, of VG van recidiverende hoofdpijn (= >3 episoden >6 mnd) Verder onderzoek indien 1 of meer van de volgende aanwezig zijn: • Leeftijd >40jr • Nekpijn of stijfheid • Bewustzijnsverlies geobserveerd • Begint tijdens inspanning • Thunderclap headache • Beperkte nekflexie
31
Hypertensieve crisis
Meestal >120-130 mmHg diastolisch >>200-220 mmHg systolisch Gecompliceerd door acute schade aan hersenen, hart, nieren grote vaten of ogen Snelheid van stijging belangirijker dan absolute drukniveau, cerebrale autoregulatie heeft dan namelijk geen tijd gehad om te adapteren
32
Hypertensief noodgeval - definitie
= situatie waarbij acute orgaanschade een snelle en gecontroleerde bloedddrukverlaging vereist met i.v. middelen
33
Hypertensieve urgentie - definitie
situatie waarbij ernstige hypertensie zonder tekenen van acute eindorgaanschade wordt gezien, wenselijk bloeddruk binnen enkele uren te verlagen met orale middelen
34
Ernstige hypertensie - definitie
= situatie waarin bloeddruk lager is dan 200-220 systolisch en 120-130 diastolisch, maarrrrr hoger dan >180/100 , zonder symptomen of acute eindorgaanschade. Dit is GEEN crisis, maar wel risicofactor voor HVZ.
35
Hypertensieve crisis met retinopathie, microangiopathie of acute nierinsufficiëntie:
* Streef MAP -20 tot -25% in enkele uren * Labetalol eerste keuze * Alternatief: nitroprusside, nicardipine, urapidil * Medium care/ICU/CCU
36
Hypertensieve encefalopathie:
* Streef MAP ONMIDDELLIJK -20 tot -25% * Labetalol eerste keuze * Alternatief: nicardipine, nitroprusside * ICU/medium care/ stroke-unit
37
Aortadissectie/ ruptuur
* Streef MAP ONMIDDELIJIK <110mmHg systolisch | * esmolol eerste keuze (Nitroprusside)
38
acuut hartfalen met longoedeem
* Streef MAP onmiddellijk 60-100mmHg * Nitroprusside met lisdiureticum eerste keuze * Alternatief: NTG, urapidil met lisdiureticum * CCU/ICU
39
coronairischemie
* Streef MAP onmiddellijk 60-100mmHg * Eerste keuze: NTG * Alternatief: labetolol * CCU
40
. Herseninfarct met RR >220/120
* Streef MAP -15% in 1 uur * Eerste keuze: labetalol * Slternatief: nicardipine, nitroprusside * Stroke unit/ICU
41
Hersenbloeding RR>180 syst of MAP >130
* Streef MAP in 1 uur onder bovengenoemde waarden * Eerste keuze labetalol * Alternatief idem * Stroke Unit/ICU
42
Herseninfarct behandeld met trombolytische therapie en RR>185/110mmHg
* `MAP -15% in 1 uur net als andere infarct (let op, ander waarde RR hier boven dan gewoon infarct) * Labetalol * Alternatief idem * Stroke unit/ CIU
43
Nifedipine 20mg,
effect na 15-30min en max 4-6 uren effect, kan flushes en hoofdpijn geven
44
Captopril 25mg,
effect na 30-60 min en max 1-2 uren, NIET GEVEN bij angiooedeem of eerder ACE remmer gebruik, soms hypotensie bij geactiveerd RAAS
45
Labetalol 200mg,
effect na 15-30 min, max 2-4 uur, NIET GEVEN bij COPD (relatief) of hooggradig AV block
46
Reuscelarteriitis
* Recent ontstane hoofdpijn, klassiek temporale regio * Klaakclaudicatio * Gevoeligheid van hoofdhuid * Visusstoornissen * Koorts, moeheid, gewichtsverlies * Symptomen van polymyalgia rheumatica * Gevoeligheid en zwelling van één a. temporalis * Verhoogd BSE; Normaal BSE maakt ziekte minder waarschijnlijk * >50jrs • Temporalisbiopt is onderzoek van gouden standaard Echografie 'halo teken' PET scan Corticosteroïden evt al vóor biopt, zkeer bij visusklachten
47
Glaucoom
Mn boven 50jr Oogboldruk verhoogd Ernstige pijn in en rond het oog Visusstoornissen: wazig zien, fotofobie en visusverlies Soms misselijkheid, braken Wazige cornea en verwijde pupil die niet op licht reageert Spoedconsult oogarts
48
Snel groeiende intracraniële tumor
``` Papiloedeem vaak aanwezig Hematoom Maligniteit, primair of metastase Intracranieel abces Subduraal empyeem ``` Oorzaak hersenabces: • 60% lokale infectie: otitis, mastoïditis, sinusitis ethmoïditis • 15% hematogeen (endocarditis, pneumonie, longabces) • 5% tgv trauma, corpus alienum of na neurochirurgie • 10% immuungecompromitteerd Cave hartgeruis, KNO infectie, focale uitval of meningeale prikkeling Subduraal empyeem: meestal lokale infectie (sinusitis/otitis/mastoiditis) soms ook meningitis
49
Oorzaken papiloedeem in relatie tot stoornissen cerebrale homeostase (5)
* Toename intracraniële massa * Toename arteriële druk (hypertensief spoedgeval) * Afname veneuze afvloed (cerebrale veneuze trombose) * Afname liquorafvloed (obstructieve hydocefalus) * Idiopathische intracraniële hypertensie
50
Hoofdpijn tgv intracraniële hypertensie (4)
* Pijn verergert bij wakker worden * Neemt toe bij drukverhogende momenten, bijv hoesten/persen * Neemt toe bij liggen * Dubbelzijdig papiloedeem
51
Centrale veneuze trombose
Wordt vaak gemist!!!!! Verhoogde veneuze en capillaire druk door trombose cerebrale venen of durale sinus Verminderde liquorabsorptie en verhoogde intracraniële druk door occlusie van durale sinus Variabele symptomen Acuut, subacuut of chronisch 90% vd patiënten heeft hoofdpijn Soms focale neurologische uitval, insulten, encefalopathie met bewustzijnsverlies Risicofactoren: hypercoagulabiliteit, infecties, maligniteiten en trauma MRI
52
Migraine
``` Klinische diagnose Criteria voor diagnose migraine zonder aura: ezelsbruggetje STUDIO 54 Tenminste 2 van volgende aanwezig: S evere T hrobbing U nilateral D isabling ``` Tenminste 1 van volgende aanwezig: I ntestinal symptoms O tophobia/photophobia Beide aanwezig: 5 attacks 4 - 74 hour duration