recruitment Flashcards

1
Q

wat is een recruiter?

A

een recruiter is iemand die werkt aan het invullen van een vacature. brengt vraag en aanbod bij elkaar.

(Vraag van de werkgever. Aanbod van de werkzoekende)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

uit welke 4 delen bestaat het recruitmentproces?

A
  1. Zoeken
  2. Werven
  3. Selecteren
  4. Onboarden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Recruitmentproces: Zoeken
Je gaat bij het zoeken naar personeel als eerste de arbeidsmarkt van de doelgroep in kaart brengen.
welke vragen moet je hiervoor beantwoorden?

A
  1. waar is de doelgroep?
  2. hoe oriënteerd de doelgroep zich op een baan? (denk aan social media, de krant, job boards etc.)
  3. wat zijn de wensen en behoeften van de doelgroep?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Recruitmentproces: Werven
true or false
Het doel van deze stap is om de juiste mensen te zoeken.

A

False. De juiste mensen zoeken doe je eigenlijk al bij de eerste stap: Zoeken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Recruitmentproces: Werven
true or false
Het doel van deze stap is dat de juiste mensen reageren op de vacature.

A

True. Je gaat dus de interesse wekken van de doelgroep en die daarna ook in beweging brengen om te soliciteren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Recruitmentproces: Selecteren
true or false
Bij het selecteren van kandidaten kijk je naar de gehele doelgroep.

A

False. je kandidaten zijn diegene die gereageerd hebben en interesse hebben. iedereen die er dus bij de vorige stap, Werven, uit is gekomen als kandidaat.
Je hebt de doelgroep hier dus al gesegmenteerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Recruitmentproces: Selecteren
True or false
bij de stap selecteren denk je ook na over het selectieproces.

A

True. zonder een goed selectieproces ben je gewoon willekeurig aan het selecteren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Recruitmentproces: Selecteren
True or false
Tests horen bij de stap Selecteren.

A

True. je gaat in deze stap kijken welke selectiemiddelen je inzet, hier vallen tests onder zoals de persoonlijkheidstest en de capaciteitentest.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Recruitment proces: Onboarden

Wat is het doel van het onboardingsproces?

A

het goed integreren van de kandidaat (nu werknemer) binnen de organisatie om deze zo snel mogelijk optimaal inzetbaar te kunnen krijgen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer er vraag is naar personeel zijn er twee soorten vraag.
Wat betekent een uitbreidingsvraag?

A

Uitbreidingsvraag: het nodig hebben van extra personeel vanwege de uitbreiding van de organisatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wanneer er vraag is naar personeel zijn er twee soorten vraag.
Wat betekent een vervangingsvraag?

A

Vervangingsvraag: het nodig hebben van vervangend personeel omdat iemand uit dienst gaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is een strategische personele planning?

A

Een overzicht, of planning, waarin wordt bijgehouden hoeveel mensen er werken, welke kennis en vaardigheden zij hebben en welke vaardigheden zij nog willen/zouden kunnen ontwikkelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is het verschil tussen push en pull factoren?

A

Push factoren: wat stoot de doelgroep af? waardoor krijgen mensen minder interesse in de baan?

Pull factoren: wat spreekt de doelgroep aan? waardoor willen mensen bij de baan soliciteren?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Push of Pull factor?

Een auto van de zaak.

A

Pull Factor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Push of Pull factor?

Een hoge werkdruk.

A

Push Factor.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Push of Pull factor?

Een bedrijfskantine met gezond voedsel dat deels gefinancierd wordt door de werkgever.

A

Pull Factor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Push of Pull factor?

De afbetaling van de studieschuld.

A

Pull Factor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Push of Pull factor?

iedere dag een lange afstand reizen met de auto of het OV.

A

Push Factor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Branding.

Welke drie soorten branding krijgen wij vooral mee te maken binnen recruitment?

A

Employer Branding
Job Branding
Internal Branding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat is het verschil tussen Employer branding en Job branding?

A

Bij employer branding gaat het om de werkgever, het bedrijf. het beeld dat mensen hebben over de organisatie als werkgever. Bij job branding gaat het juist om de baan waar een vacature voor staat. denk bijvoorbeeld aan wat we nu doen voor myjewellery. we kijken specifiek naar de banen die open staan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Job Branding: het gericht vermarkten van een baan aan een specifieke doelgroep door het inzetten van de juiste media en middelen en door in te spelen op de wensen en behoeften van de doelgroep.
op welke 5 aandachtspunten let je?

A
  1. Wie is je doelgroep?
  2. Wat gaat iemand doen?
  3. Wat bied je aan?
  4. hoe maak je de baan aantrekkelijk?
  5. hoe zorg je dat de juiste kandidaat reageert?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

soorten kandidaten: true or false.

Actieve kandidaten hebben op dit moment geen interesse in een nieuwe baan en kijken ook niet rond.

A

False. Actieve kandidaten kijken juist wel rond, ze zijn actief opzoek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

soorten kandidaten: true or false.

iemand die niet actief op zoek is en het naar hun zin heeft bij de huidige baan, maar eventueel wel interesse zouden kunnen hebben wanneer ze worden benaderd noemen we passieve kandidaten.

A

False. deze kenmerken komen overeen met Lantente Kandidaten.

24
Q

soorten kandidaten: true or false.

passieve kandidaten hebben geen interesse in een nieuwe baan en kijken ook niet rond.

A

True

25
Q

soorten kandidaten: true or false.

Joe Jonas van de Jonas brothers heeft het erg naar zijn zin in de band. Disney betaalt goed en is zeker niet een hels bedrijf om bij te werken. hij zou er nooit over na denken om disney te verlaten. hij hoort dat er wat vrienden van hem een band oprichten, DNCE.. dat lijkt hem eigenlijk wel leuk om eens te proberen.

Is Joe Jonas in dit geval een Actieve, Latente of Passieve kandidaat voor DNCE?

A

Cake by the ocean laat zien dat Joe Jonas een latente kandidaat was!

ps. Jonas Brothers rule.

26
Q

Wervingsplan:

Richt je je bij een wervingsplan altijd op actieve kandidaten?

A

Jazeker, je neemt altijd de actieve kandidaten mee. of je ook latente en passieve kandidaten toe gaat voegen hangt af van twee andere factoren.

27
Q

Wervingsplan:
Welke twee factoren zijn van belang als je gaat kiezen om naast actieve kandidaten, ook latente en passieve kandidaten mee te nemen?

A
  1. De complexiteit van de arbeidsmarkt. bijvoorbeeld bij een hoge schaarste.
  2. het belang van de vacature. hoe belangrijk is het om snel iemand te vinden voor de positie?
28
Q

Search engine marketing: SEA.

wat is SEA en hoe leg je dit uit?

A

SEA - Search engine Advertising

Je betaald een search engine om jouw advertentie boven de zoekresultaten weer te geven. je betaald dan per klik.

29
Q

Search engine marketing: SEO

Wat is SEO en hoe leg je dit uit?

A

SEO - Search engine Optimization
Je gebruikt op een strategische manier kernwoorden, afbeeldingen(met kernwoorden) en andere informatie die van belang is. hierdoor wordt je in het algoritme van de zoekmachine makkelijker gevonden en heb je een hogere rang in de zoeklijst. hoe beter de SEO, hoe groter de kans is dat je boven aan de resultaten staat.

30
Q

wat is het verschil tussen SEO en SEA?

A

buiten de O en A is het verschil dat je voor SEA betaald per klik om boven de resultaten een advertentie te plaatsen en bij SEO investeerd in de website om hoger in de resultaten te staan door middel van de content er op. veel moeten doen, dus stuur maar een bericht als het niet duidelijk is.

31
Q

Direct sourcing: True or false

bij direct sourcing benader je potentiele kandidaten op een directe wijze.

A

True. denk bijvoorbeeld aan bellen, instagram DM of facebook/linkedIn.

32
Q

Direct sourcing: True or false

Is een makkelijke manier van werven.

A

False. mensen worden niet graag gebeld voor een andere baan.

33
Q

Social media recruitment: true or false
Een community kan worden opgezet om mensen te laten praten over jouw merk/bedrijf. mensen die veel affiniteit hebben kun je dan benaderen met een vacature.

A

true.

34
Q

Referral recruitment: true or false.

Bij referral recruitment gebruik je je eigen netwerk, of dat van andere medewerkers, om mensen te werven.

A

True. de medewerker krijgt hier vaak een belonging voor als diegene die ze aangewezen hebben aangenomen wordt.

35
Q

Boomerang recruitment: true or false.

Bij boomerang recruitment moet je oppassen dat je niet tegen je hoofd wordt geraakt.

A

True. Dit is waar, pas alsjeblieft altijd op voor vliegende boomerangen..

36
Q

Boomerang recruitment: true or false.

bij boomeran recruitment houd je contact met oud werknemers om deze eventueel in de toekomst opnieuw aan te nemen.

A

True. wel moet je zorgen dat het afscheid met die werknemer in orde was. denk aan een exit-interview.

37
Q

Opnieuw werven van afgewezen kandidaten: true or false.
Hierbij kijk je naar vorige vacatures om mensen te contacteren die het destijds net niet geworden zijn. deze kun je alsnog aannemen.

A

true.

38
Q

magneet recruitment: True or False.

hierbij zet je een magneet langs de deur en kijk je of je iemand aan kan trekken.

A

False. spreekt voorzich. ja. ik verveel me.

39
Q

Magneet recruitment: true or false

je huurt een top kandidaat in om andere top kandidaten aan te trekken.

A

true.

40
Q

Talentpool. true or false:
je verzamelt potentiele kandidaten die interesse hebben in jouw bedrijf en de vacatures. je onderhoudt contact en wanneer er een vacature open komt te staan benader je deze mensen.

A

true. niet veel aan toe te voegen.

41
Q

Werven via evenementen: true or false

je gebruikt danslessen, hollands got talent en andere tv programmas om mensen te werven.

A

false. je gebruikt vakbeurzen, trainingen en opleidingen om mensen te werven.

42
Q

true or false:

STARR staat voor: Situatie, Taak, Aannemen, Resultaat, Reageren

A

False. STARR staat voor

  • Situatie
  • Taak
  • Actie
  • Resultaat
  • Reflectie
43
Q

True or false:

Bij de STARR techniek leg je altijd zelf een scenario voor.

A

false. je vraagt naar echte ervaringen en voorbeelden van de kandidaat.

44
Q

true or false: Valkuilen van de recruiter.

Bij het Halo Effect zie je één negatief ding waardoor je alles van die persoon negatief gaat zien.

A

False. juist het omgedraaide. je ziet iets positief en daardoor is alles aan deze persoon positief.

45
Q

true or false: Valkuilen van de recruiter.

Bij het Horn-effect zie je iets negatiefs waardoor je alles van deze persoon negatief gaat zien.

A

True. het tegenover gestelde van het Halo Effect

46
Q

true or false: Valkuilen van de recruiter.

bij projectie neemt de kandidaat een film mee waar diegene jou mee afleidt.

A

False, maar het zou waarschijnlijk wel werken!

47
Q

true or false: Valkuilen van de recruiter.

Bij projectie zie je dingen van jezelf in de ander waardoor je diegene gaat aannemen.

A

True. denk aan de klonen van richard. allemaal witte oude mannen.

48
Q

true or false: Valkuilen van de recruiter.

Leniency is het zacht beoordelen van zwakke punten.

A

True

49
Q

true or false: Valkuilen van de recruiter.

Stringency is het streng beoordelen van iemands ondergoed.

A

False, het is het strenger beoordelen dan de norm is.

50
Q

true or false: Valkuilen van de recruiter.

Buurman effect komt voor wanneer je beinvloed wordt door de indruk van kandidaten die de huidige voor zijn gegaan.

A

true.

51
Q

true or false: Valkuilen van de recruiter.

Geheugen effect is te zien wanneer je de eerste en laatste kandidaat het beste onthoudt.

A

True!

52
Q

True or false. Selectiemiddelen

Bij een persoonlijkheidsvragenlijst kun je een inschatting maken of het profiel matcht met een bepaald team.

A

true. deze test alleen is echter vaak niet voldoende.

53
Q

True or false. Selectiemiddelen
Bij het assessmentcenter worden kandidaten in werksituaties gestopt waar ze zelf moeten laten zien hoe ze bepaalde situaties oplossen.

A

true!

54
Q

True or false. Selectiemiddelen

een horoscoop is een vorm van een voorspelling met hoge predictieve validiteit.

A

false. er zijn studies gedaan die de resultaten hiervan tegenspreken.

55
Q

True or false. Selectiemiddelen

een intelligentietest heeft een hoge predictieve validiteit

A

true!

56
Q

Onboarding.

Welke 3 doelstellingen heeft onboarding?

A
  1. Zorgen dat de medewerker zo snel mogelijk productief is.
  2. Het succesvol laten zijn van de nieuwe medewerker in zijn carrière.
  3. Zorgen voor behoud van de nieuwe medewerker voor de organisatie.