Question 1 Wat is de bewuste geest? Flashcards

1
Q

Wat zijn de 3 soorten mentale toestanden?

A
  • bewuste ervaringen
  • cognitieve toestanden
  • emotionele toestanden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de bewuste ervaringen?

A

What-it-is-likeness (Thomas Nagel) = quale = ervaring van geuren, smaken etc. ervaringen hebben kwalitatieve, subjectieve eigenschappen. het voelt als iets om de kleur geel te zien of een ijsje te eten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de cognitieve toestanden?

A

Mentale toestanden hebben intentionaliteit (aboutness), gaan ergens over –> ze zijn discrete entiteiten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn propositionele attitudes

A

Bepaalde houding ten opzichte van een propositie.
Houding: geloven, denken verbeelden, wensen, willen, hopen
Propositie: bewering (dat-zin)
Jan denkt (houding) dat het regent (propositie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn emotionele toestanden?

A

Mentale toestanden met kwalitatief karakter (qualia) en intentionaliteit.
Het voelt op een bepaalde manier (qualia) om kwaad te zijn op een slechte automobilist (intentionaliteit)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de drie subproblemen van hoe de geest in de fysieke wereld past? (lichaam-geest probleem)

A
  1. Hoe passen bewuste ervaringen in de fysieke wereld?
  2. Hoe passen cognitieve toestanden in de fysieke wereld?
  3. Hoe passen emoties in de fysieke wereld? (<– emoties = combi van 1 en 2 (qualia en intentionaliteit) dus eigk maar 2 vragen!)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn verschillende posities binnen het lichaam-geest debat?

A
  • substantie-dualisme
  • idealisme
  • behaviorisme
  • reductionisme/identiteitstheorie
  • functionalisme
  • connectionisme
  • embodied & embedded en extended mind
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Substantiedualisme

A

De geest bestaat onafhankelijk van het lichaam en vice versa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Idealisme

A

De fysieke wereld is afhankelijk van de geestelijke wereld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Behaviorisme

A

De geest is eigenlijk gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Reductionisme / identiteitstheorie

A

Mentale toestanden zijn hersentoestanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Eliminativisme

A

De geest / mentale toestanden bestaan niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Functionalisme

A

Mentale toestanden worden gerealiseerd door hersentoestanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Connectionisme

A

Mentale toestanden bestaan in neurale netwerken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Belichaamde, gesitueerde en uitgebreide geest

A

De geest is meer dan het brein

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly