Probleem 4: Psychology of the 20th Century Flashcards
Wat was John B. Watson’s kritiek op het lichaam-geest debat in de psychologie in 1913?
Watson vond dat het lichaam-geest debat te veel vanuit een filosofisch perspectief werd aangepakt.
Wat was Watson’s standpunt met betrekking tot het meten van gedrag in de psychologie?
Volgens Watson kunnen we alleen gedrag meten wanneer het visueel en meetbaar is. Abstracte concepten zoals het bewustzijn en de geest kunnen volgens hem niet onderzocht worden.
Wat was Watson’s mening over de focus van psychologie op mensen?
Watson vond dat psychologie te veel gericht was op mensen en stelde voor dat het zich moest concentreren op gedrag van organismen in het algemeen.
Wat was Watson’s houding ten opzichte van genetische factoren in relatie tot gedrag?
Watson wilde gedrag voorspellen en controleren, en daarom wilde hij het belang van genetische factoren verminderen. Hij legde meer nadruk op aangeleerd gedrag en beschouwde vrijwel alleen reflexen als aangeboren gedrag.
Hoe zag Watson de rol van psychologie in relatie tot biologie?
Voor Watson was psychologie een aanvulling op biologie. De bevindingen van psychologie zouden moeten bijdragen aan het begrijpen van de biologische structuur van de mens.
Wat was Watson’s suggestie voor het verklaren van fenomenen van hogere orde, zoals denken, binnen het behaviorisme?
Watson suggereerde dat denken kon worden gezien als sub-vocale spraak, ofwel innerlijke spraak, binnen het kader van behavioristische methoden.
Wat maakte Watson succesvol in de Amerikaanse psychologie en hoe voegde hij psychologie toe aan de natuurlijke wetenschappen?
Watson slaagde erin psychologie bij de natuurlijke wetenschappen te voegen door de focus te leggen op het observeren van gedrag, waardoor hij filosofische overtuigingen achter zich liet.
Wat kenmerkt Watson’s benadering binnen het behaviorisme in relatie tot observatie en concepten van Pavlov’s theorie?
Watson’s benadering binnen het behaviorisme kenmerkte zich door de nadruk op observatie en het gebruik van concepten uit Pavlov’s theorie, zoals stimulus, response, reinforcement, en conditionering.
Welke filosofische stromingen waren van invloed op Watson’s denken, met name in relatie tot het logisch positivisme en het functionalisme?
Watson behoorde tot het logisch positivisme, waarbij alles wat te observeren is, als onderzoekbaar werd beschouwd. Zijn benadering was ook beïnvloed door het functionalisme, dat keek naar de functie van dingen in plaats van naar onderliggende processen.
Wat is reductionisme binnen het context van Watson’s behaviorisme?
Reductionisme in het behaviorisme van Watson houdt in dat complexe zaken worden teruggebracht naar één specifiek ding, namelijk observeerbaar gedrag.
Hoe probeerden sommige behavioristen de beperkingen van Watson’s strict behaviorisme aan te pakken?
Sommige behavioristen voegden interne processen toe aan het model, zoals Tolman die het organisme (O) toevoegde naast stimulus (S) en response (R), en beschouwde interne factoren als hypothetische constructen.
Wat waren enkele variaties binnen het behaviorisme na Watson, met betrekking tot onderwerpen en theoretische complexiteit?
Variaties binnen het behaviorisme na Watson omvatten het uitbreiden van het model naar andere onderwerpen dan leergedrag, zoals de sociale constructie van het zelf (Mead), en variaties in theoretische complexiteit tussen atheoretische benaderingen zoals die van B.F. Skinner en complexe algebraïsche systemen zoals die van Hull.
Wat waren twee kernproblemen die zich voordeden tegen het einde van het behaviorisme in de jaren 1950?
Twee kernproblemen waren:
De organisatie van gedrag: Het klassieke behaviorisme kon complex gedrag, zoals pianospelen of taal leren, niet adequaat verklaren, terwijl cognitieve psychologie daarin succesvoller was.
De terugkeer van instincten: Watson’s idee dat de rat een handig organisme was om gedrag te bestuderen, bleek beperkt omdat andere dieren verschillende resultaten zouden opleveren, en het belang van erfelijkheid werd duidelijk.
Wat was de bredere impact van behaviorisme op het beeld van psychologie en de populaire taal?
Na behaviorisme bleef het beeld van een psycholoog als wetenschapper met een witte labjas die experimenten uitvoert op ratten in een doolhof bestaan. Termen zoals “conditioneren” worden nog steeds regelmatig gebruikt in alledaagse gesprekken, wat aangeeft dat behaviorisme nog steeds in zekere zin invloed heeft.
Wat was de conclusie met betrekking tot behaviorisme?
Behaviorisme was van groot belang voor het methodologisch karakteriseren van psychologie als naturalistische wetenschap. Echter, het verwaarloosde belangrijke filosofische en theoretische vragen en hield geen rekening met de rol van de geest en aangeboren gedrag, zoals instincten. Ondanks kritiekpunten heeft behaviorisme tot in de vroege jaren vijftig grote invloed gehad, maar daarna nam de invloed af vanwege de genoemde kernproblemen.