Probleem 3.1 Digital natives en multitasking Flashcards
Digital natives
Iemand geboren na 1984. opgegroeid in digital tijdperk. vaardigheid om meerdere info bronnen tegelijk cognitief te verwerken (multitasken) maar dat klopt niet. Prensky 2 veronderstellingen:
- zouden specifiek en unieke kenmerken hebben die hen anders maakt dan eerdere generaties
- zouden geavanceerde technische digitale vaardigheden en leervoordeuren hebben waar traditioneel onderwijs niet voor geschikt is.
Digital immigrant
geboren vor 1984.
Multitasken
een persoon in staat is gelijktijdig twee of meer infoverwerkingsprocessen uit te voeren die allemaal kennis en infoverwerking vereisen. vb chatten en een lecture volgen
Multimedia principe
Over het algemeen wordt gezegd dat men beter leert van tekst met afbeeldingen dan van enkel tekst
Instructive graphics
afbeeldingen relevant voor het leerdoel. ze vergemakkelijken de leerstof te begrijpen.
Seductive graphics
deze afbeeldingen zijn interessant maar niet relevant voor het leerdoel
decorative graphics
neutrale afbeeldingen niet relevant voor het leerdoel. de afbeeldingen zijn cognitief neutraal en zijn bedoeld om een aangename sfeer te creëren zonder storend te zijn.
Multimedia effect
Instructive graphics vergelijken met gene afbeeldingen. prestatie beter met instructie dan geen
(marginale) Seductive details effect
seductive graphics vergeleken met geen afbeelding, vermindert prestatie wanneer deductieve wordt toegevoegd
media multitasken
wisselen tussen media en leerstof of tussen w/meer medusa.
bottleneck theory of attention
aandacht kan slechts op 1 taak tegelijk worden gericht. komen meerdere stimuli binnen maar er kan er maar 1 door de flessenhals.
scattered attention hypotheses
gevolg bottleneck Theory. stelt dat het brein mentale resources beheert om taken af te ronden. aandacht is een gelimiteerde resource. Media multitasken zorgt voor het versneld uitputten van deze resource, waardoor prestatie vermindert op de oorspronkelijke taak.
Trained attention hypothesis
gevolg bottleneck Theory. stelt dat frequent mediagebruik cognitieve controle kan trainen en verbeteren