Probleem 2 leerdoel 2: verschillen in probleem gedrag tussen kinderen met-en zonder migratie achtergrond Flashcards
Hoe werd het onderzoek van Stevens (2018) uitgevoerd?
Er werden 12 onderzoeken gebruikt. Er waren zelf-rapportages door jeugdigen, ouders en leerkrachten.
Wat waren de resultaten van het onderzoek van Stevens?
Er waren geen eenduidige verschillen in psychische problemen tussen jongeren met- en zonder migratie achtergrond. Er werden verhoogde risico’s gevonden, maar dat was nooit voor:
- Elk type probleem: vb. (zelfrapportage) meer gedragsproblemen en sociale problemen, maar minder hyperactiviteit. Dit verschilde ook per informant, leerkrachten rapporteerden dit namelijk niet.
- Elke informant: vb. leerkrachten rapporteerden bijna twee keer zoveel externaliserend probleemgedrag voor Marokkaans-Nederlandse dan voor Nederlandse. Leerkrachten rapporteerden ook minder internaliserend probleemgedrag voor migranten, terwijl ouders meer rapporteerden.
- Elke migrantengroep: vb. Turks-Nederlands meer internaliserend dan Marokkaans-Nederland.
Wat was de beperking van het onderzoek van Stevens (2018)?
In de verschillende onderzoeken werden verschillende meetinstrumenten gebruikt. De YSR had vier keer zo weinig items als de SDQ en was ook 10 jaar eerder afgenomen.
Wat was het onderzoeksdoel en onderzoeksdesign van Stevens & Volleberg (2008)?
Literatuurstudie van 20 onderzoeken om te kijken of migrantenkinderen een verhoogd risico hebben op mentale gezondheidsproblemen en waarom.
Wat waren de resultaten en conclusie van het onderzoek van Stevens en Volleberg (2008)?
- Sommige studies vonden hogere niveaus van internaliserend en externaliserend gedrag, andere vonden gelijke levels of lagere niveaus.
- Het onderzoek laat wel belangrijke factoren zen die invloed hebben op het niveau van mentale gezondheidsproblemen: gebruikte informanten, kenmerken van de migrantengroep en de kenmerken van het gastland.
Wat is het gouden standaardmodel?
Hoe het beste onderzoek gedaan kan worden.
- De SCICA (interview met kinderen)
- De DISC-P (interview met ouders)
- School informatie
Dit moet uitgevoerd worden door een commissie die bestaat uit een psychiater, twee kinder psychiaters en een psycholoog/antropoloog.
Wat onderzocht de studie van Beam et al (2007)?
Een vergelijking van de psychologische stress, gedragsproblemen en traumatische stress reacties/ervaring van
- onbegeleide minderjarigen vluchtelingen
- immigranten/vluchtelingen
- Nederlandse adolescenten en ouders.
Wat waren de uitkomsten van de hypothesen van Beam et al (2007)?
1) Meisjes rapporteren hogere mate van emotionele stress en jongens meer externaliserende problemen.
2) Oudere leeftijd speelt een rol in de zelfrapportage van de onbegeleide minderjarige vluchtelingen, omdat oudere meer stressvolle gebeurtenissen hebben ervaren.
3) Onbegeleide minderjarige vluchtelingen zullen meer psychologische stress rapporten doordat ze niet begeleid zijn door een ouder/verzorger.
1) Deels, speelde een kleine rol bij de immigranten/vluchtelingen groep en de Nederlandse jongeren groep.
2) Klopt, leeftijd was bij deze groep gerelateerd aan hogere scores op internaliserende problemen, stressvolle gebeurtenissen en PTSS. Voor Nederlanders speelde leeftijd een kleine rol (meer externaliserend gedrag), voor immigranten/vluchtelingen geen relatie.
3) Klopt, deze groep had meer stressvolle levensgebeurtenissen, meer internaliserende problemen en meer traumatische stress dan de andere twee groepen. Maar het aantal stressvolle gebeurtenissen was een insignificante voorspeller voor internaliserende problemen, het verklaarde 25% van de variantie en is daarmee de sterkste voorspeller die is gevonden.
Wat is de conclusie van het onderzoek van Beam et al (2007)?
Onbegeleid minderjarige vluchtelingen hebben een significant hoger risico op het ontwikkelen van psychische problemen dan de andere groepen. Leeftijd is positief gerelateerd aan problemen, geslacht voor de URM groep niet. De URM groep heeft ook de meeste stressvolle gebeurtenissen meegemaakt in vergelijking met de andere groepen, dit is een insignificante voorspeller, maar wel de sterkst gevonden voorspeller.
Wat zijn limitaties van het onderzoek van Beam et al (2007)?
1) De stressvolle gebeurtenissen zijn niet nagekeken door een historische bron
2) De immigranten/vluchtelingengroep was op 1 hoop gegooid, waardoor er geen verschillen tussen onderzocht konden worden.
3) De URM groep was een verzameling uit verschillende landen.
4) Cross-sectioneel
5) De vragenlijsten zijn vertaald, maar niet terugvertaald.
Wat is de conclusie van dit leerdoel?
Er valt geen eenduidige conclusie te stellen, het verschilt heel erg per onderzoek.
