PowerPoints Flashcards
Wie waren de natuurfilosofen?
Thaaxh:
- Thales (624-546) (WATER)
- Anaximander (610-546) (APEIRON)
- Anaximenes (585-525) (LUCHT)
- Xenophanes (570-475) (AARDE EN WATER)
- Heraclitus (535-475) (VUUR + TEGENDELEN)
Wie waren de drie Milesiërs?
- Thales (624-546) (WATER)
- Anaximander (610-546) (APEIRON)
- Anaximenes (585-525) (LUCHT)
Wat zijn enkele kenmerken van de vroege filosofie?
- verklaringen
- beredeneerd
- compleet
- natuurlijke processen (wetmatigheden)
- zoeken naar eenvoud van verklaring
Wat waren de hoofdthema’s van de Natuurfilosofen? Over welke thema’s filosofeerden zij vooral?
- Eerste beginsel of oorsprong (archê)
- Elementen (stoicheia)
- Ontstaan en vergaan
- Bewegingen en verandering
Bij welke filosofen begint de theo-, onto- en epistemologie?
Xenophanes:
- Kritiek op traditionele godsvoorstellingen
- Protoscepticisme
Heraclitus:
- Eenheid der tegendelen
- Flux
Verhouding individuele en kosmische logos
Wie waren de drie Eleaten?
Parmenides van Elea (540-470 v.Chr):
- Filosofie van het Zijn
Zeno van Elea (515-450 v.Chr):
- Paradoxen van veelheid en beweging
Melissus van Samos (ca. 441 vChr):
- Oneindig zijn.
- Beïnvloed door de filosofie van Parmenides, vandaar een Eleaat.
Noem enkele paradoxen van Zeno van Elea.
Van plaats
Van veelheid
Van beweging:
- Achilles en schildpad (wedstrijd hardloper en schildpad. Schildpad krijgt voorrang –> onmogelijk in te halen)
- Dichotomie (om een afstand te overbruggen moet je eerst de helft van die afstand overbruggen ad infinitum)
- Pijl (de pijl is op elk moment in de tijd op een andere plaats. wanneer je dit vastlegt dan is de pijl dus op elk moment dat je hem waarneemt niet aan het bewegen, maar –> rust)
Wie waren de Pluralisten?
Empedocles (485-425)
- 4 elementen -> AARDE, WATER, LUCHT, VUUR / Liefde & Haat
Anaxagoras (500-428)
- Zaden (‘Alles in alles’) / Nous = verstand
(Leucippus) & Democritus (460-370)
- Atomen en lege ruimte / (blind toeval)
Hoe reageerden de Pluralisten op Parmenides? Wat hebben ze met elkaar gemeen en wat zijn de verschillen?
- Alle drie de Pluralisten geloofden in ‘veelheid’.
- Alle drie de Pluralisten geloofden in ‘beweging’.
- Alle drie de Pluralisten geloofden in een quasi ‘onstaan en vergaan’.
Alle drie de Pluralisten geloofden in een quasi ‘verandering’. - Parmenides, Empedocles, Anaxagoras geloofden niet in leegte. De atomisten daarentegen geloofde in een soort van leegte.
Wat houdt ‘hylozoïsme’ in, en wat hebben de Milesiërs daarmee te maken?
De Milesiërs waren achteraf gezien hylozoïsten:
- hylê = materie
- zoê = leven
Hylozoïsme is een filosofische opvatting die stelt dat alle verandering voort komt uit de stof zelf, dat alle materie in zekere zin levend is.
Hierna namen Empedocles en Anaxagoras externe oorzaken aan.
Noem enkele belangrijke kenmerken van Empedocles’ filosofische opvattingen.
- Poneert cyclisch verloop van bol
- In deze bol zijn de vier elementen vermengd
- Deze elementen zijn vermengd naar spreiding. Hierbij zoekt soort naar soort.
- Bewogen door liefde en haat.
- Kosmische en menselijke processen op dezelfde wijze verklaard.
Noem enkele belangrijke kenmerken van Anaxagoras’ filosofische opvattingen.
- Werkt met ‘zaden’ (homoiomeren)
- Deze zaden zijn alle gelijkelijk door elkaar vermengd, en door nous (verstand) in een centrifuge bewogen.
- Nous zelf is altijd apart, zeer fijn, goddelijk.
Wie waren de sofisten? En wie waren enkele bekende sofisten?
Het woord ‘sofist’ werd gebruikt als polemische benaming door filosofen om ze af te grenzen.
- Protagoras
- Gorgias
- Hippias
- Antiphon
- Prodicus
- Critias
Waar lag de focus vooral van de Sofisten?
- Ethiek
- Politiek
- Communicatie (taal, retorica)
Met welke thema’s hielden de Sofisten zich bezig?
De mens centraal
- Eerste ‘cosmopolitisme’
Grondslag van de moraal
- Nomos / phusis-debat (natura vs nurture)
- Sociaal contract-denken
Rol van overtuiging
- ‘Het woord is een machtig heerser’
Status van taal
- Grammatica
- Synoniemen