Peuter Flashcards
40% 4 vragen
Functioneel spel
Het gebruiken van speelgoed waarvoor het bedoeld is.
Substitutie
Speelgoed vervangen voor een object dat symbool staat voor het speelgoeditem
Driftbuien
Groeiend gevoel van onafhankelijkheid -> peuters komen in opstand wanneer hun autonomie wordt aangetast
Magisch denken
Alles is mogelijk
Animisme
Voorwerpen zijn levend
Artificialisme
Alles is door iemand gemaakt
Finalisme
Dingen hebben een doel
Consolidatie van individualiteit
Peuter van 2 tot 3 jaar accepteert steeds meer dat de verzorgers en het kind verschillende individuen zijn. peuter moet ‘onthechten’ -> verzorger steeds minder ‘opeisen’ Als dit niet lukt > (problematische) symbiotische relatie tussen kind en verzorger